Een stukje Noorwegen in Rotterdam
De Noorse Zeemanskerk in Rotterdam, onder aan de Euromast, is een uniek gebouw. Het staat te boek als het grootste houten kerkgebouw van Nederland. De Rotterdammers kennen het als „het kerkje in het park.” De kopie van een zestiende-eeuwse Noorse dorpskerk viert dit jaar haar honderdjarig bestaan.
Ds. Ole Andreas Holen, sinds 2012 predikant van de Noorse Zeemanskerk, verontschuldigt zich. De restanten van de negentigste kerstmarkt, die traditiegetrouw in november wordt gehouden, zijn nog niet opgeruimd. Net als vijftig jaar geleden –ze was toen nog kroonprinses– opende prinses Beatrix nu ook de kerstmarkt. Vol trots wijst ds. Holen op de levensgrote foto uit 1974 die een hoek van de leeszaal siert.
Sinds 1924 organiseren Noorse vrouwen in klederdracht een kerstmarkt. Dit jaar kwamen er 3000 kooplustigen op af, onder wie veel Noorse gezinnen. Geholpen door vijftig vrijwilligers zijn de vrouwenverenigingen van de Zeemanskerk het hele jaar bezig met de voorbereiding van de markt. Zo houdt de Noorse Zeemanskerk een traditie levend. Ds. Holen: „De opbrengst komt ten goede aan onderhoud en instandhouding van de kerk. Dit jaar bedroeg die 62.000 euro.”
De Noorse zeemansmissie in Nederland begon in 1876 in Amsterdam. In de Koepelkerk daar hield ds. Jonas Dahl de eerste kerkdienst. In 1882 werd een eigen pand betrokken. Van daaruit werden ook de Noorse zeelui in de havens van Den Helder, Rotterdam en Dordrecht bediend. In 1892 verhuisde de zeemansmissie van Amsterdam naar Rotterdam, dat inmiddels het centrum van het scheepvaartverkeer met Scandinavië was geworden.
In 1906 kwam ds. Jens Andreas Saxe naar Rotterdam. De zeemanspredikant droomde ervan ooit een Noorse zeemanskerk te bouwen. In 1914 ging zijn droom in vervulling. In Het Park verrees de Noorse Zeemanskerk. Voetbalverenigingen protesteerden omdat zij een deel van hun sportterrein moesten opofferen voor de kerk. Een deel van de Rotterdamse gemeenteraad vonden ze aan hun zijde, maar burgemeester Zimmerman wierp zijn gezag in de strijd, waarna de raad zich alsnog achter het bouwplan schaarde. In Het Park werd een Noorse zeemanskerk gebouwd met leeszaal, koffiekamer en pastorie. Het hout kwam uit de Noorse bossen.
In 1937 stond de kerk in de weg vanwege de bouw van de Maastunnel. Bouwvakkers rolden op boomstammen het houten kerkgebouw 170 meter verder. Daar bevindt het zich nog altijd, aan de rand van Het Park, onder aan de Euromast.
Naar de wens van ds. Saxe werd in 1914 het interieur van de kerk beschilderd. De Noorse schilder Domenico Erdmann liet geen plekje op het plafond onbedekt. Ds. Ole Andreas Holen: „Direct op het hout schilderde Erdmann vogels en planten, het Lam van God en ook Jezus met Zijn elf discipelen. De verrader Judas kreeg geen plek. Wel legde Erdmann humor in de schilderingen. Zo gaf hij de apostel Judas Thaddeüs het gezicht van ds. Saxe, Filippus dat van mevrouw Saxe, Mattheüs dat van burgemeester Zimmerman en in dat van Thomas schilderde hij zijn eigen gezicht.”
Elke zondag houdt ds. Holen een Noors-lutherse kerkdienst. De hele week is de Zeemanskerk een sociaal, cultureel en religieuze ontmoetingsplek voor alle Noren die zich voor korte of langere tijd in ons land ophouden. Elke dag reist ds. Holen naar de Botlek of naar Europoort. Daar bezoekt hij op de schepen Noorse zeelieden.
In het stadspark achter de kerk houden de Noren elk jaar op 17 mei een optocht in klederdracht. Het is de datum waarop Noorwegen –dit jaar twee eeuwen geleden– een eigen grondwet kreeg.
Hecker 30 jaar organist Zeemanskerk
Gelijktijdig met het eeuwfeest van de Noorse Zeemanskerk viert Jan Hecker zijn dertigjarig jubileum als organist.
In 1984 ging Hecker met een vriend mee naar de Zeemanskerk. Hij werd verliefd op ene Judith én op het orgel dat Van Leeuwen uit Leiderdorp daar had gebouwd. „Algauw werd ik organist en ook voorzitter van de kerkenraad”, zegt Hecker.
Na bijna 65 jaar is het veertien registers tellende instrument aan restauratie toe. Volgens Hecker moet de pneumatiek gereviseerd worden en vallen sommige orgelpijpen bijna om. Het orgel is volgens hem bijna niet meer te stemmen.
In de liturgie gaan Noorse volksklanken goed samen met Nederlandse melodieën, aldus Hecker.