Kerk & religie

Bijbel in Gewone Taal wil „direct leesbaar en begrijpelijk” zijn

DEN HAAG. In het World Forum in Den Haag heeft woensdag de presentatie plaats van de Bijbel in Gewone Taal (BGT).

Klaas van der Zwaag
1 October 2014 08:15Gewijzigd op 15 November 2020 13:16

Zeven jaar is er gewerkt aan een vertaling die zowel betrouwbaar –rechtstreeks vertaald uit de grondtekst– als „direct leesbaar en begrijpelijk” wil zijn. Het eerste exemplaar wordt overhandigd aan koning Willem-Alexander.

De BGT lijkt op het eerste gezicht op uitgaven zoals de Groot Nieuws Bijbel (GNB) en Het Boek, maar deze vertalingen zijn wat taalniveau betreft niet toereikend, stelt dr. Matthijs de Jong in zijn toelichtende boek ”Hoe vertaal je de Bijbel in gewone taal? Uitgangspunten, keuzes, dilemma’s” (uitg. Jongbloed, Heerenveen). Ook deze ‘laagdrempelige’ vertalingen maken nog gebruik van ingewikkelde taal, gecompliceerde zinnen en onbekende woorden. De Jong: „Een toegankelijke tekst vraagt niet alleen om gewone woorden en heldere zinnen, maar ook om een goede tekststructuur en een logische samenhang.”

De Jong werkt als Bijbelwetenschapper bij het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) –de opdrachtgever van de BGT– en is een van de vertalers van de BGT. Na de totstandkoming van de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) in 2004 werd volgens hem de behoefte aan een complete Bijbelvertaling in gewone taal alleen maar sterker. In 2007 ging het project Bijbel in Gewone Taal van start. Doel was een betrouwbare vertaling, geschikt voor een volwassen doelgroep en bruikbaar voor een zo breed mogelijk lezerspubliek.

Er werd vooral gekozen voor een „zeer toegankelijk doeltekstniveau”, zodat zo veel mogelijk lezersgroepen bediend zouden worden. Tegelijkertijd wil de BGT een volwaardige vertaling zijn uit de bronteksten, gekenmerkt door een zorgvuldig gebruik van taal en stijl. „Wél duidelijk maar niet ‘uitleggerig’ of versimpeld; in begrijpelijke, gewone taal, maar niet simplistisch of kinderachtig.”

Letter, geest en ziel

In zijn boek stelt De Jong dat het proces van vertalen zich afspeelt tussen brontaal en doeltaal. Er is geen absolute maatstaf die bepaalt welke positie een vertaling zou moeten innemen ten opzichte van beide polen. Normen van goed vertalen omschrijft de Bijbelwetenschapper met drie trefwoorden: betrouwbaarheid, begrip en beleving. Deze drie normen willen respectievelijk de letter, de geest en de ziel van een tekst tot hun recht laten komen.

Een goede vertaling honoreert alle drie, aldus De Jong. Maar het gaat om algemene normen die in de praktijk zeer verschillend kunnen worden ingevuld. „Wat de één een betrouwbare weergave vindt, vindt de ander juist te letterlijk en daarmee een vervorming van wat de tekst zegt. Wat de één te vrij vindt, treft volgens een ander de kern.”

De Jong vergelijkt de nieuwere vertalingen met de Statenvertaling (SV). Bij de SV staat volgens hem ”de letter” voorop, het behoud van formele brontekstkenmerken, zoals woordvormen, taaleigen en grammaticale constructies van de Bijbelse talen. De ”geest” –het begrip van de tekst– komt veelal aan bod in de kanttekeningen. „Daar staat wat een uitdrukking of een vorm van Bijbels taaleigen in feite betekent.” In moderne vertalingen zoals de GNB en de NBV is het precies andersom, schrijft hij. Deze vatten het vertalen op als een communicatieve handeling. Ze willen aan de lezer de betekenis overdragen die in de brontekst besloten ligt.

Beperkte woordenschat

Het criterium van de gewone taal betekent dat moeilijke woorden vermeden worden. Hoe frequenter een woord in de algemene taal gebruikt wordt, hoe bekender het is. De vertalers van de BGT hebben daarom gekozen voor een beperkte woordenschat van nog geen 4000 woorden, dit in onderscheid met de ruim 11.000 woorden in de NBV.

De vertalers ervoeren dat de keuze voor gewone taal een grote beperking oplegde die regelmatig tot hoofdbrekens heeft geleid. „Maar het is verbazend hoeveel je kunt zeggen met gewone woorden, en vooral: hoe treffend je de dingen kunt zeggen in gewone taal”, aldus De Jong. „Bij goed gebruik biedt gewone taal schoonheid, puurheid en directheid.”

Voor de duidelijkheid wordt een prijs betaald, erkent hij – maar iedere vertaalaanpak heeft zijn prijs, voegt hij daaraan toe. Wanneer lezers een tekst begrijpen, levert dat voldoening op en blijven zij niet met een vervelend gevoel als buitenstaander zitten. De moeilijkheden in een voetnoot of elders te verduidelijken in plaats van in de vertaling zelf te stoppen, is wat de vertalers betreft geen optie.

Kinderen

De duidelijkheid van de BGT kan volgens De Jong soms nieuw licht werpen op zijns inziens problematische teksten. Hij citeert Psalm 137:9 in de NBV: „Gelukkig hij die jouw kinderen grijpt en op de rotsen verplettert.” De BGT heeft: „Gelukkig zijn de mensen die jouw inwoners grijpen en ze allemaal vernietigen.” Te vrij vertaald? De Jong merkt in zijn boek op dat de stad Babel volgens het toenmalige culturele stereotype van een stad als vrouw werd gezien. De ”kinderen” staan voor de inwoners van de stad. Het gewelddadige element wordt in de BGT niet uit de tekst gehaald, maar wel het misverstand dat het expliciet over het vermoorden van kinderen. „En dát is voor veel lezers ook precies het pijnpunt.”


Lees ook:

Vertalers Bijbel in Gewone Taal ronden werk af (Reformatorisch Dagblad, 21-02-2014)

Bijbel in Gewone Taal ook voor vmbo’ers (Reformatorisch Dagblad, 13-05-2009)

Bijbel in gewone taal moet in 2014 af zijn (Reformatorisch Dagblad, 06-06-2008)

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer