Herdenking in Joriskerk Amersfoort: Liefde en dood bieden tegen elkaar op
AMERSFOORT. „Ze verdelen mijn kleren onder elkaar, en werpen het lot over mijn mantel.” Deze woorden uit Psalm 22, in een bewerking van Kees Waaijman, krijgen op dit moment „een nieuwe dimensie”, zo zei ds. K. van der Kamp van de Raad van Kerken woensdagavond in de Joriskerk in Amersfoort.
Terwijl de stoet rouwwagens met slachtoffers van de vliegramp van vorige week van Vliegveld Eindhoven naar Hilversum rijdt, komen in de Amersfoortse Joriskerk zo’n duizend rouwenden samen. Op het plein voor de kerk volgen nog eens honderden de dienst – waarvan fragmenten ook via de Amerikaanse nieuwszender CNN live worden uitgezonden.
„Mister Poetin, send my children home”, klinkt het. Het zijn de woorden van een wanhopige moeder. „Hun verdriet, hun onmacht, hun wanhoop snijden ons door de ziel”, luiden de woorden die de koning maandag sprak. Dan zingt het koor: „Als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft.”
Het is muisstil als Irma het woord neemt. Ze wil haar vriendin Barbara eren, die met haar gezin omkwam tijdens de ramp. Het valt haar zwaar. Even stopt ze, als de emoties haar te veel worden. ”Samen”, is het thema van haar toespraak. Samen ging ze met haar vriendin Barbara naar de lagere school. Samen trokken ze 45 jaar op. „Ooit zullen wij weer samen zijn”, besluit ze.
Dan klinkt er een bewerking van Psalm 22. „Als water ben ik uitgegoten, heel mijn gebeente is ontwricht, mijn hart is gesmolten als was, weggevloeid in mijn ingewanden.”
In een tweede persoonlijk woord vertelt Richard Roest, voorganger van de Nederlands gereformeerde kerk (Ngk) Leidsche Rijn, over het verlies van Frederique en Robert-Jan uit Vleuten. De twee waren lid van deze gemeente. „Vrijdagavond liep ik in een stille tocht naar hun huis. Ik hield een fakkel hoog in de lucht. Heel hoog, want de liefde zal overwinnen. We smeken God om Zijn onverslaanbare liefde. Nabestaanden, houd moed, heb lief.”
Voorgangers uit kerken die bij de Raad van Kerken in Nederland zijn aangesloten spreken een gebed uit: de scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, dr. A. J. Plaisier; de bisschop van Rotterdam, dr. J. H. J. van den Hende; ds. H. J. van Hout, voorzitter van de Raad van Kerken en ds. N. K. Atmadja van de Paaskerk in Amstelveen. Ds. Van Hout bidt „dat het recht z’n loop mag hebben” en ds. Atmadja stelt met gebroken stem dat „zij die vielen niet uit Uw handen vallen.”
De overdenking gaat over Romeinen 8:38 en 39. Ds. K. van der Kamp, algemeen secretaris van de Raad van Kerken, vertelt hoe hij als kind op 5 mei naar het vuurwerk ging kijken. „Ik was er zo bang voor dat ik helemaal tegen mijn moeder aankroop. Mijn hoofd in haar hals. Haar kalme ademhaling gaf mij rust. Zo schuilen wij bij elkaar op deze dag van nationale rouw. En ik verlang ernaar ook God te voelen en de relatie die ik met Hem heb. En Zijn ademhaling.”
Naar aanleiding van de tekst uit Romeinen stelt de predikant dat „Paulus teert op Gods sympathie. Liefde en dood bieden tegen elkaar op, maar de liefde leeft.”
Nadat de doopsgezinde ds. J. Nijwening de aanwezigen de zegen heeft meegegeven, klinkt lied 416. Ondertussen gaat het publiek naar buiten, een bloem in de hand. Bij een bloemstuk in de vorm van een vliegtuig midden op het plein staan ze stil. Vanuit het historische bedehuis klinkt het: „Ga met God en Hij zal met je zijn. In Zijn liefde je bewaren, in de dood je leven sparen.”