Kerk & religie
Van de Loosdrecht is held van de Toraja’s

DRIEBERGEN. De christelijke kerk is prominent aanwezig in Torajaland en zendeling ds. A. A. Van de Loosdrecht is er een held. Dat constateerde ds. J. Ouwehand tijdens een reis in juli naar het gebied in Sulawesi in Indonesië.

Jan van Reenen
30 August 2013 14:07Gewijzigd op 15 November 2020 05:33
Ondanks de kerstening is de Torajacultuur nog altijd dominant aanwezig in Torajaland. Beeld Fotopedia
Ondanks de kerstening is de Torajacultuur nog altijd dominant aanwezig in Torajaland. Beeld Fotopedia

De directeur van de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) bezocht Torajaland ter gelegenheid van het feit dat het zendingswerk daar honderd jaar geleden begon.

Torajaland is een bergachtig gebied in Sulawesi met grote stukken oerwoud. „Als je door een soort poort het gebied Tana Toraja in rijdt, kom je opeens in een heel andere omgeving. De huizen hebben er een typische bouw. Elk dorp heeft een kerk, waarvan de toren tientallen meters hoog oprijst. Een groot aantal ervan is gebouwd naar Nederlands model.”

Ds. Ouwehand vond het ontroerend om te staan bij het graf van de vermoorde zendeling Van de Loosdrecht, net buiten Rantepao. In Bori, de plaats waar hij is vermoord, staat een metershoog standbeeld van hem. „Van de Loosdrecht is de grote held van de Toraja’s. Iedereen kent hem. Je ziet zijn afbeelding op T-shirts en auto’s. Wie zou dat bij zijn dood gedacht hebben?”

GZB-medewerker ds. W. Poldervaart viel de eer te beurt om bij een van de scholen van de Toraja’s een standbeeld te onthullen van de tweede GZB-zendeling, Johannes Belksma.

Het viel ds. Ouwehand op dat de Torajacultuur dominant aanwezig is in het gebied. Dat is niet alleen te zien aan de bouw van de huizen met de hoog opgaande daken in de vorm van een boot en de horens van karbouwen (buffels) aan de muren, het blijkt ook bij de dodenfeesten, waarvan hij er een meemaakte. De doden worden gebalsemd en blijven soms jarenlang thuis opgebaard staan. Pas later worden ze met een bijzondere ceremonie naar een grot overgebracht. Tijdens deze dodenfeesten worden ter ere van de dode veel karbouwen en varkens geslacht. Het kost de familie soms een vermogen.

De GZB-directeur vroeg zich af hoe het christelijk geloof zich verhoudt tot deze gebruiken en hij staat daarin niet alleen. „Tijdens de feestelijkheden ter ere van het honderdjarig jubileum van de GZB vroeg de synodevoorzitter van de Gereja Torajakerk zich af of het geld niet beter besteed kon worden aan de toekomst van de kinderen. Er is zorg over de jongere generatie, die in een snel veranderende tijd opgroeit. Honderd jaar geleden leefden de Toraja’s in primitieve omstandigheden, nu is het gebruik van moderne communicatiemiddelen als televisie, internet en mobiele telefoon er heel gewoon. Dat heeft grote invloed op het leefpatroon van de jeugd.”

De kerk in Torajaland is niet te vergelijken met de kerkgenootschappen in de gereformeerde gezindte, zegt ds. Ouwehand. „Het gaat daar minder over het individuele heil dan over de gemeenschap als geheel. Het is voor de Toraja’s belangrijk om bij de kerk te horen. Ik sprak een oudere vrouw, Paulina Sarira, wier hoogste levensverlangen het was dat de kerk in het dorp zou worden afgebouwd, omdat verbondenheid met de kerk voor haar essentieel was. De preken komen misschien oppervlakkig over, toch geven de kerken in Toraja ons wel een les mee. In ons land zijn veel kerkelijke gemeenteleden sterk individualistisch ingesteld. De gevolgen zie je om je heen. Gemeenschap is een Bijbels begrip. Laten wij van de Toraja’s leren hoe we daarmee moeten omgaan.”


Honderd jaar GZB-zending

DRIEBERGEN. Honderd jaar geleden begon de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) met zendingswerk.

Op 30 juli 1913 werd zendeling
A. A. van de Loosdrecht vanuit Veenendaal uitgezonden naar Indonesië. Tijdens de dienst strekten 32 dienaren des Woords
hun handen zegenend over hem uit.

Van de Loosdrecht vertrok met
zijn vrouw naar Sulawesi, dat toen
nog Celebes heette. Hij werkte in Torajaland onder een heidense bevolking. Zijn werk duurde niet lang. Op 26 juli 1917 bracht een inlander hem in Bori met een speerstoot om het leven.

Het werk ging door. De GZB stuurde vele zendelingen naar Torajaland, dat vijftig jaar lang het enige zendingsgebied van de organisatie is geweest. In 1947 werd de Gereja Torajakerk zelfstandig en ging een eigen koers varen. De GZB en de Protestantse Kerk in Nederland onderhouden banden met deze Indonesische kerk.

Honderd jaar na de komst van Van de Loosdrecht is er in het gebied een christelijke kerk met ruim 500.000 leden, 1000 gemeenten en 650 dienstdoende predikanten. Torajaland is een van de weinige gebieden in Indonesië waar de protestantse kerk volkskerk is.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer