Buitenland
Egyptische ds. Ibrahim zag zijn kerk in vlammen opgaan

APELDOORN. De moslimbroederschap in Egypte heeft aanhangers opgeroepen vrijdag massaal de straat op te gaan voor een landelijke „mars van de woede.” Christenen houden hun hart vast. „Dit wordt een heel gevaarlijke dag voor ons. Ik bid om bescherming”, zegt ds. Sameh Ibrahim, wiens kerk woensdag in vlammen opging.

Mark Wallet
16 August 2013 06:51Gewijzigd op 15 November 2020 05:19
Zijbeuk van de uitgebrande koptische Amir Tadroskerk in de Egyptische stad Minya. Beeld EPA
Zijbeuk van de uitgebrande koptische Amir Tadroskerk in de Egyptische stad Minya. Beeld EPA

Het was in vijftien minuten gebeurd. Gemaskerde mannen waren naar de kerk gekomen, overgoten het gebouw met olie en staken het in brand. „In een kwartier was de kerk volledig verwoest”, zegt de presbyteriaanse predikant Sameh Ibrahim telefonisch vanuit de Egyptische stad Minya.

De presbyteriaanse kerk van Minya, een stad op zo’n 250 kilometer ten zuiden van Caïro, is een van de tientallen kerken in Egypte die de afgelopen dagen door radicale moslims zijn aangevallen. „We zijn ernorm geschokt”, zegt ds. Ibrahim.

De predikant had de aanval op zijn kerk niet verwacht. Het gebouw van de kleine presbyteriaanse gemeente van Minya staat in een dichtbevolkte wijk waar veel moslims wonen. Een brand in de kerk kan zomaar overslaan naar hun huizen of zelfs naar de nabijgelegen moskee.

De kerkgemeenschap is zwaar getroffen door de aanval. „We zijn een kleine gemeente en hebben de middelen niet om de kerk op te bouwen. Maar we zijn vooral dankbaar dat er geen personen zijn gewond of gedood. De kerk is uiteindelijk maar een gebouw.”

Wie de daders van de brandstichting precies waren, weet ds. Ibrahim niet. „Ze hadden hun gezichten bedekt. We hebben aangifte gedaan bij de politie en hopen dat die hen kan opsporen.”

Dat de aanval uit radicaal islamitische hoek kwam, ligt echter voor de hand. Het ging duidelijk om een georkestreerde actie. Niet alleen de presbyteriaanse kerk, maar ook veel andere kerkgebouwen in Minya moesten het woensdag ontgelden. „Na ons was de naburige koptische Anba Musakerk aan de beurt”, aldus de presbyteriaanse pastor.

In Minya wonen veel christenen: in de stad is bijna de helft van de bevolking christen. Bijna nergens in het land is het percentage kopten zo hoog. Volgens ds. Ibrahim heeft de moslimbroederschap in de stad echter eveneens een grote aanhang. „Radicale islamitische groepen hebben hier veel invloed”, zegt hij. „Dat boezemt ons angst in.” Hij wijst op de armoede en de ongeschooldheid van veel jongeren als voedingsbodem voor radicalisme.

Ds. Ibrahim wil alle moslims zeker niet op één hoop gooien. „Een grote groep moslims hier uit de wijk heeft geholpen om de brand in de kerk te blussen.” Dergelijke berichten komen uit meer steden en dorpen in Egypte. In sommige plaatsen vormden moslims een keten rond kerkgebouwen om die te beschermen tegen de aanvallen.

Voor de radicale moslims vormen de christenen echter een gemakkelijk doelwit, aldus de predikant. „We zijn een duidelijk herkenbare vijand.”

In toespraken tijdens de demonstraties van het pro-Morsikamp in Caïro moesten de kopten het de laatste weken vaak ontgelden. Zij zouden de schuld zijn van alle problemen in Egypte.

De presbyteriaanse ds. Ibrahim uit Minya is blij dat het gedaan lijkt met de invloed van de moslimbroeders in zijn land. Hij is er zich echter van bewust dat de beweging onder de bevolking nog wel degelijk invloed heeft en dat het daarom nog lang onrustig kan blijven. De predikant bidt daarom voor een spoedig einde aan het geweld en voor rust en vrede in zijn land.

Niet alleen kerken, maar ook andere christelijke instellingen waren het doelwit van aanvallen. Zo werden er verschillende boekwinkels van het Egyptisch Bijbelgenootschap geplunderd en in brand gestoken.

Directeur dr. Ramez Atallah van het Bijbelgenootschap was er niet door verrast, zei hij telefonisch vanuit Caïro. „Op een van de winkels was eerder deze week het woord ”islamistisch” gespoten. De boodschap was duidelijk: het gebouw was door de radicalisten toegeëigend.” Het is voor Atallah tevens een bewijs dat de aanvallen niet zomaar voortkwamen uit een oprisping van geweld, maar wel degelijk waren voorbereid.

Dr. Atallah benadrukt echter dat niet alleen kerken, maar ook politiebureaus en banken zijn aangevallen. „Het gaat heel de Egyptische samenleving aan. De moslimbroeders laten hun ware aard zien”, zegt hij. „Het gepraat over democratie betekent niets.”

De Bijbeluitgever benadrukt dat de christenen zich echter niet zullen laten intimideren. „We bouwen de boel weer op en gaan verder”, laat hij weten. „Natuurlijk zijn veel christenen bang, maar velen voelen ook mee

met de woorden die (de koptische, MW) paus Tawadros recent sprak: We zijn bereid ons op te offeren voor dit land.”

De massaliteit van het protest tegen president Morsi heeft Atallah overigens als „een enorme bemoediging” ervaren. „Het geeft aan hoeveel moslims in Egypte gematigd zijn en in vrede met ons willen samenleven.”

Atallah geeft zelfs aan bijzonder hoopvol voor de toekomst te zijn. Van een ophanden zijnde burgeroorlog is volgens hem geen sprake. „Daarvoor is de aanhang van de moslimbroeders veel te klein geworden. Het gaat nog maar om een hele kleine minderheid.” Atallah is blij dat de Egyptische veiligheidsdiensten een einde hebben gemaakt aan de betogingen van de moslimbroeders.

Of de verschijning van paus Tawadros aan de zijde van generaal Sissi op televisie, vlak na de coup, bij heeft gedragen aan het geweld tegen christenen? Atallah durft het niet te zeggen, maar vond het optreden vooral „een prachtig moment.” „Dat de paus de hele Egyptische bevolking via de televisie toesprak, was ongekend. Het gaf aan dat er een nieuw tijdperk is aangebroken.” Hij schat in dat „zeker 99 procent” van de christenen blij was met Tawadros’ optreden.

Het ziet ernaar uit dat het in ieder geval de komende dagen nog spannend zal blijven voor christenen in Egypte. Ds. Ibrahim uit Minya geeft aan dat de dienst van zondag wellicht niet door zal gaan. „Ik zou niet weten waar we zo snel heen zouden moeten”, zegt hij. Volgens Atallah zijn ook in Caïro meerdere kerkdiensten van vrijdag en zondag afgelast. „De politie heeft beloofd de kerken te zullen bewaken, maar er is simpelweg te weinig politie om dat goed te doen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer