Onderwijs & opvoeding

Een knipbeurt bij de AVRO-kapper

HILVERSUM. Burgemeester Gert-Jan Kats (SGP) van de gemeente Zuidplas groeide op in Hilversum-Noord, een buurt waar hij de basisschool bezocht, een balletje trapte, in de zomer viste, in de winter schaatste en dagelijks 15 kilometer fietste om het Reformatorisch Dagblad te bezorgen. „Geweldig om dit allemaal weer te zien. Er komt zo veel boven.”

1 August 2013 09:16Gewijzigd op 15 November 2020 05:04
Burgemeester Kats voor de woning waar hij zijn basisschoolperiode doorbracht. Foto Erik Kottier
Burgemeester Kats voor de woning waar hij zijn basisschoolperiode doorbracht. Foto Erik Kottier

Feilloos rijdt Kats (42) naar de woning aan de Snelliuslaan 79, waar hij opgroeide. De buurt uit zijn jeugdjaren kent hij als zijn broekzak. Hij wijst naar de overkant. „Daar woonde het kosters­echtpaar van de gereformeerde gemeente, waar we destijds als gezin –vader, moeder, broer en zus– kerkten. Als mijn ouders 
’s avonds niet thuis waren, keek ik vanuit onze woonkamer bij hen naar binnen. Dan voelde ik me prettiger.”

Op weg naar het gemeentehuis, dat Kats als burgemeester natuurlijk graag even wil zien, doemt het viaduct vlak voor het Media Park op. „Voor een knipbeurt bij de kapper moesten we altijd over deze brug. Mijn vader, destijds chef kas bij de NMB Bank, kende de man die veel tv-persoonlijk­heden als klant had. Thuis noemden we hem gemakshalve de AVRO-kapper.”

Her en der doemen woningen op waar Kats als jochie het Reformatorisch Dagblad bezorgde. „Een flinke krantenwijk, waarvoor ik elke dag zo’n 15 kilometer moest fietsen.” De lommerrijke Sumatra­laan kent Kats vooral van de zondagse kerkgang. Een kerkgebouw staat er al sinds 1983 niet meer. Een bordje bij de inrit laat zien dat de plek is ingenomen door een fotografiebedrijf.

Het wateroppervlak van een flinke vijver, op een steenworp afstand van het ouderlijk huis van Kats, ligt te schitteren in de zon. „Het krioelde er van de karpers, waar we ’s zomers op visten. In de winter kon je er prima rondjes schaatsen.”

Achter het groene struik­gewas rondom de vijver ligt de Noorderbegraafplaats. Kats wandelt rustig tussen de honderden zerken door. „De jong gestorven opa en oma van mijn moeders kant liggen hier begraven. Ik weet niet of ik de steen kan vinden, want het is al zeker 25 jaar geleden dat ik hier ben geweest.” De zoektocht naar het graf duurt niet lang. Op een stukje gras onder een boom staat een eenvoudige grafsteen. Jan Gerrit Groenenberg en Alida van Kuilenburg rusten er tot de laatste dag.

De reformatorische Petrus Dathenusschool die Kats in zijn jeugd bezocht, blijkt plaats te hebben gemaakt voor woningbouw. Een belletje naar zijn ouders, die in Zeeland op vakantie zijn, zet Kats op het spoor van de nieuwe locatie van de school. „Toch maar even binnen kijken”, zegt de SGP-burge­meester met een grijns.

De stemming op de school is uitgelaten, want de zomervakantie staat voor de deur. Meester Bosch, van wie Kats nog les heeft gehad, is er vandaag niet. Juf Korver herkent haar gast direct. „Ik heb hem niet in de klas gehad, maar hem later regelmatig ontmoet in de tijd dat hij burgemeester in het Zuid-Hollandse Liesveld was en net als ik in Groot-Ammers woonde.”

Juf Huisman kijkt enigszins twijfelend als ze Kats haar lokaal ziet binnenkomen. Dan, als ze zijn naam hoort: „Jij bent dus die burgemeester! Je broertje heb ik nog wel in de klas gehad.”

De twee wisselen herinneringen uit aan vroeger, aan de periode dat de Petrus Dathenussschool was aangewezen op vervallen noodlokalen. „Het dak lekte en overal liepen muizen”, aldus Huisman.

In de schoolhal kijkt Kats mijmerend voor zich uit „Dertig jaar geleden verliet ik deze school. Wat is de tijd voorbijgevlogen en wat voel ik me opeens oud.”

Pal voor het appartementen­complex aan de Comes Oolenstraat 35, waar Kats’ leven begon, pakt hij een fotoalbum uit zijn jeugd erbij. Zijn vinger streelt de vergeelde kiekjes van vakanties en het gezinsleven. Een glimlach speelt om zijn mondhoeken. „Hier zit mijn moeder met mij als baby op haar arm op het muurtje voor dit huis waar we nu staan. Bijzonder.”

Even is hij stil en zegt dan: „Toen ik twee jaar was, was ik er heel slecht aan toe door paratyfus.” Zijn hand wijst naar het groezelige grintstrookje naast het appartementencomplex. „Als kind stopte je die steentjes weleens in je mond. Destijds liepen daar veel ratten. Hun urine heeft me waarschijnlijk besmet. Gelukkig mocht ik weer beter worden. Daarin zie ik Gods sparende en leidende hand.”


Levensloop G. J. Kats

Leeftijd: 42

Opgegroeid in: Hilversum

Woonplaats nu: Nieuwerkerk aan den IJssel

Studie: bedrijfsinformatica

Functie: burgemeester van de gemeente Zuidplas


zomerserie Bakermat

In deze serie keren Nederlanders met een publieke functie terug naar de plaats waar ze opgroeiden. Vandaag deel 3.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer