Gevoel van eenheid in Nieuwe Kerk
„Een waardig en verdiend afscheid.” Het applaus voor prinses Beatrix maakte indruk op de gasten die de inhuldiging van koning Willem-Alexander in de Nieuwe Kerk bijwoonden. „De eed van de koning raakte echter de kern”, vindt SGP-raadslid Van den Bosch.
Hijltje Vink (59) uit Stolwijk zat in de Nieuwe Kerk op de achterste bank. „In een herenbank, die wat hoger is dan de meeste zitplaatsen. Ik zag vrijwel alle gasten de kerk binnenkomen. Ook prinses Beatrix en de prinsesjes en de leden van de koningshuizen. De inhulding zelf kon ik volgen door om een pilaar heen te kijken en mij een beetje uit te rekken.”
Vink zat net als de andere genodigden uit de diverse provincies al rond twaalf uur in de kerk. Ze vond de sfeer er gemoedelijk. „Ik heb lang gestaan om de binnenkomende mensen goed te kunnen zien, en dat vormde geen enkel probleem. Vooraf was gezegd dat toiletbezoek lastig zou zijn. Toch ben twee keer naar de wc geweest, enkel omdat ik het leuk vond om in de kerk rond te kijken.”
De saamhorigheid onder de gasten in de Nieuwe Kerk maakte indruk op Vink. „Het lange applaus nadat Willem-Alexander zijn moeder had bedankt, was ontroerend. Ik kreeg bijna tranen in mijn ogen. Prinses Beatrix heeft dit verdiend.” Vink is haar acht pleegkinderen dankbaar dat ze haar opgaven voor de inhuldiging. „Wij hebben in ons gezin een spreuk die doelt op het vertrek van pleegkinderen: „Als het feest voorbij is, hebben wij het verhaal nog.” Dit gezegde geldt ook voor vandaag.”
Rillingen
Tim Adriaanse (46) uit Oost-Souburg is een van de 25 Zeeuwen die geselecteerd werden om de inhuldiging bij te wonen. „Toen ik de kerk binnenstapte, speelde Bernard Winsemius net op het orgel. De rillingen liepen me over mijn rug. Op dat moment besefte ik goed dat ik iets belangrijks mee ging maken.”
Vanaf zijn wat hogere zitplaats onder het hoofdorgel kon de Zeeuw het koningspaar binnen zien komen. „Een indrukwekkend moment.” Nog meer indruk maakte het zingen van het Wilhelmus. „Geweldig! Het was jammer dat niet ieder uit volle borst meezong, zoals wij in onze kringen gewend zijn.”
De inhuldiging zelf volgde Adriaanse op een scherm in de kerk, omdat hij achter een pilaar zat. „Het was fijn dat Willem-Alexander de woorden ”Wat de toekomst brenge moge” aanhaalde. Daarin proefde ik iets van zijn kerkelijke achtergrond. De waardering die hij voor zijn moeder uitsprak, zegt iets over de verhoudingen binnen de koninklijke familie.”
Adriaanse genoot van de sfeer in de kerk. „Op de juiste momenten was het heel stil. Het gejuich van de mensen buiten deed mij ook goed. Je voelt je een op dergelijke momenten.”
Stoel van Margriet
Joyce van de Kasteele (22) uit Poortvliet kon na afloop van de inhuldiging de kroon en de scepter bekijken. Ze heeft een zwak voor prinses Margriet. „Ik mocht ook even op de stoel van prinses Margriet zitten. Een beveiliger heeft er een foto van gemaakt. Margriet wist dat ik in de kerk was. Ze is vlak langs mij gelopen, maar we hebben geen oogcontact gehad.”
Van de Kasteele noemt het applaus voor prinses Beatrix het meest indrukwekkende moment van de inhuldiging. „Het was een waardig en verdiend afscheid. Ik heb genoten van de aanwezigheid van de verschillende vorstenhuizen en van hun kleding. Ze liepen vlak langs mij de kerk in. Ik zag Máxima via de andere ingang binnenkomen. Wat had ze een prachtige blauwe jurk aan. Het is lang geleden dat we het diadeem dat ze droeg hebben gezien. Het geeuwen van Amalia vond ik vertederend.”
Van de Kasteele vindt het jammer dat het lijflied van de Oranjes, ”U zij de glorie”, niet gezongen is. „Willem-Alexander gaf niet, zoals prinses Beatrix in 1980, aan dat hij kracht uit zijn geloof putte. Toen hij sprak over de toekomst, verwachtte ik dat hij de regel ”Mij geleidt des Heeren hand” zou aanhalen, maar dat gebeurde helaas niet.”
Van de Kasteele kijkt terug op een „waardige plechtigheid. De muziek uit ”Alexander’s Feast” van Händel sloot bijvoorbeeld naadloos aan op het vertrek van het koninklijk paar uit de kerk.”
Wim van den Bosch (70) uit Nieuwer ter Aa reageerde blij verrast toen hij een uitnodiging voor de inhuldiging ontving. Het SGP-raadslid van de gemeente Stichtse Vecht was geselecteerd omdat hij het langstzittende raadslid –bijna 35 jaar– in de provincie Utrecht is. „Ik vond het bijzonder om bij de inhuldiging te mogen zijn, samen met wereldgroten en vertegenwoordigers van bestuurlijk Nederland. Ik heb alles intens beleefd, ook het binnenkomen en vertrekken van de gasten.”
Eed
Het raadslid waardeert het dat de formele vergadering in de context van de Grondwet plaatsvond. Dit houdt in dat in de Grondwet verankerd is hoe een regerend vorst aan de macht komt.”
Van den Bosch hoorde de koning de naam van de Heere niet in zijn toespraak noemen. „Toch beleed hij in de eed zijn afhankelijkheid van God. Voor mij het meest wezenlijke moment van de middag.” Het viel het raadslid op dat „relatief veel Kamerleden de eed aflegden en dat vertegenwoordigers van de overzeese gebiedsdelen vrijwel allemaal de eed aflegden.
De aanwezigen in de kerk en de kijkers en de luisteraars in heel Nederland hebben de Naam van God horen uitspreken”, merkt Van den Bosch op. „Hopelijk geeft dit opening tot een gesprek. Zoals een kind dat nooit van God gehoord heeft, vraagt naar de betekenis van het randschrift ”God zij met ons” op een munt van 2 euro.”