De innige omhelzing van kerk en Kremlin
Sinds het proces rond de vrouwelijke punkgroep Pussy Riot praten Russen weer over het geloof. Opera’s en tentoonstellingen over religie zijn meer omstreden. „Dit is het begin van een grotere invloed van de Russische-Orthodoxe Kerk.”
Tweemaal stond de Moskouse galerie van curator Marat Gelman opeens in de vuurlinie. De laatste keer, in oktober, liepen 200 tot 300 etnische kozakken en Russisch-orthodoxe christenen al zingend naar de galerie. Ze hadden religieuze en militaire kleding aan en droegen vaandels en iconen. De toegangspoort van het terrein, de voormalige wijnfabriek Vinzavod en tegenwoordig een centrum van moderne kunst, werd gesloten.
De galerie was voorbereid op de komst van de kozakken en de orthodoxe christenen. „We wisten dat ze zouden komen”, zegt de 35-jarige Natalja Pelevine in de galerie, waarvan ze projectcoördinator is. „We hadden vijftien eigen bewakers ingezet.”
Eenzelfde groep mensen had tijdens de openingsdag in september de toegang van de galerie geblokkeerd. ”Geestelijke strijd” heette de tentoonstelling. Binnen hingen zeven werken. ”Free” stond er op eentje, waarbij drie gezichten bedekt waren met een rode, een groene en een blauwe bivakmuts. Dat is het symbool van de vrouwelijke Russische punkgroep Pussy Riot, waarvan twee leden twee jaar strafkamp opgelegd kregen wegens „vandalisme gemotiveerd door religieuze haat.” Aan een lange muur hangen opnieuw de hoofden van de drie vrouwen, nu omringd door een aureool. Zo’n afbeelding herinnert aan de iconen van de Russische-Orthodoxe Kerk.
Pussy Riot trad in februari op met een punklied in de Christus-Verlosserkathedraal in Moskou. Rusland maakte zich op voor de presidentsverkiezingen in maart met toenmalig premier Vladimir Poetin als (later winnende) kandidaat. „Heilige maagd Maria, verjaag Poetin”, zongen de vrouwen met bivakmuts vanaf het altaar. Een protest tegen de in hun ogen nauwe relatie tussen de Russisch-Orthodoxe Kerk en de overheid.
Drie leden van Pussy Riot werden in augustus veroordeeld tot twee jaar strafkamp. Tijdens het hoger beroep in oktober kreeg een van hen een voorwaardelijke straf en loopt sindsdien vrij rond.
Door de Pussy Riotzaak staat religie weer in de aandacht. Niet alleen bij Vinzavod, maar ook bij andere culturele instellingen. Een theater in de Zuid-Russische stad Rostov aan de Don had voor eind september de omstreden rockopera Jesus Christ Superstar gepland, maar schrapte deze voorstellingen nadat Russisch-orthodoxe christenen hadden geklaagd over heiligschennis.
Het Russische parlement bereidt naar aanleiding van het optreden van de punkband een strengere wet tegen godslastering voor, die kan leiden tot vijf jaar gevangenisstraf. Al vroeg Poetin in november aan de parlementariërs geen haast te maken met de wet.
Nek
De 23-jarige theologiestudent Dmitri Tsorionov behoorde tot de groep protesteerders in Vinzavod. Als activist doet hij vaker mee aan protesten. Tijdens het eerste vonnis tegen Pussy Riot in augustus stond hij buiten bij het gerechtsgebouw. Toen droeg hij een groot kruis om zijn nek. Die dag werd hij samen met Pussy Riotaanhangers opgepakt en belandden zij allemaal op het politiebureau, waar de discussie tussen beide kampen oplaaide.
In een stolovaja, een eetkantine uit de Sovjet-Unie, in het centrum van Moskou legt hij uit waarom hij de schilderijen in de galerie van Marat Gelman verafschuwt. „Wij identificeren ons met de iconen. Ze gaan terug naar de geschiedenis van ons geloof. Daar spot je niet mee. Die beledig je niet. Dan tref je de meerderheid van de bevolking. Het is een aanval op onze kerk.”
De Russisch-Orthodoxe Kerk herwint haar verloren terrein. Onder de atheïstische communisten werd ze uit het openbare leven verwijderd. Kerken werden vernield. De eerste Russische president Boris Jelstin gaf de kerk meer ruimte. Onder zijn opvolger Vladimir Poetin kreeg zij definitief meer ruimte.
In Moskou herrijzen nieuwe kerken. De kerk eert Poetin omdat hij Rusland op het juiste pad heeft gebracht na de chaotische jaren na de val van de Sovjet-Unie in 1991. Daarom noemde patriarch Kirill, het hoofd van de Russisch-Orthodoxe Kerk, Poetin in februari „een wonder van God.” De grondwet schrijft wel een scheiding van staat en kerk voor.
Die innige omhelzing is momenteel op een hoogtepunt, denkt Pelevine in Vinzavod. „Sinds de Pussy Riotzaak is de doos van Pandora opengegaan. Dit hing in de lucht. Religie is politiek geworden. De onderzoekscommissie heeft foto’s gemaakt van Gelmans schilderijen. De politie heeft de kunstenaar en de initiatiefnemer van het concept verhoord vanwege het aanzetten tot haat.”
De overheid gebruikt de Russisch-Orthodoxe Kerk momenteel, stelt Pelevine. Van de Russische bevolking beschouwt 75 procent zich als orthodox christen. „Ik heb zelf een kruis om mijn nek. Rusland is altijd een orthodox-christelijk land geweest, waarbij staat en kerk gezamenlijk optrekken, behalve tijdens het communisme. Poetin is minder populair dan voorheen. Hij zet zichzelf neer als een religieus persoon. Door de strijd aan te gaan met critici van het geloof wil hij het volk achter zich krijgen. Veel mensen volgen de kerk en de overheid zonder erbij na te denken.”
„Dit is het begin van een grotere invloed van de kerk”, zegt activist Tsorionov opgetogen over de straffen tegen Pussy Riot en de strengere godslasteringswet. „In de politiek, in het leger, bij de politie, bij de rechterlijke macht en op scholen. Wie de regels van de kerk volgt, zit op de juiste weg.”
De Russisch-Orthodoxe Kerk en Poetin kunnen niet zonder elkaar, concludeert Tsorionov met een zeker genoegen. „Poetin heeft de kerk nodig, zodat de bevolking zich kan identificeren met zijn land. De kerk heeft een sterke leider als Poetin nodig om een rol te spelen in de samenleving. Orthodoxe christenen zijn conservatief. Poetins voorganger Dmitri Medvedev was te zwak en te liberaal.”
Nationalisme
De 32-jarige Pjotr Tsjistjakov van het Centrum voor Godsdienststudies aan de Humanitaire Universiteit in Moskou beaamt de woorden van Tsorionov. „De kerk en de regering spelen gezamenlijk twee kaarten: nationalisme en een sterke staat. De macht flirt met de kerk in de hoop dat ze hierin meegaat. De kerk ondersteunt de overheid. Ze raadt de mensen af om naar protestbijeenkomsten van de oppositie te gaan. Beide instituten –kerk en staat– kennen geen vrijheid van meningsuiting.”
Maar de invloed van de Russische-Orthodoxe Kerk kent zijn beperkingen. Ze zwijgt over de Pussy Riotzaak, hoewel was gehoopt dat ze het voor de drie vrouwen zou opnemen.
Schandalen kent de kerk ook, zoals een horloge van 30.000 euro om de pols van patriach Kirill. Zijn openlijke steun aan Poetin valt niet altijd goed, meent Tsjistjakov. „Dit heeft veel nadenkende mensen teleurgesteld. Ze hadden verwacht dat de kerk zou helpen bij de creatie van een maatschappelijk middenveld.”
Tsjistjakov vreest de gevolgen van de eventuele nieuwe godslasteringswet, die de verhoudingen binnen de samenleving op scherp zet. „Dit kan leiden tot een tweedeling in de maatschappij, haat tussen gelovigen en niet-gelovigen, tussen leden van verschillende godsdiensten en mensen van verschillende nationaliteiten. De gebeurtenissen in Rostov aan de Don en Vinzavod bevestigen dit.”
Dit is het eerste deel in een tweeluik over geloofsvrijheid in Rusland.