Aalten, net als Jeruzalem op zeven heuvelen gebouwd
Nog altijd is Aalten het enige gereformeerde dorp in de overwegend rooms-katholieke en vrijzinnige Achterhoek. Het wordt wel het Jeruzalem van het oosten genoemd, vanwege de ligging op zeven heuvelen.
In dikke plakken gesneden kruidkoek, dampende koffie. „De deur staat bij ons altijd open”, zegt Gerdien Heikoop-Neerhof. Ze komt uit een gezin van zes kinderen. Vader was koster en kende iedereen. Hij werd op zijn begrafenis een „mannelijke Martha” genoemd. Hij overleed dit jaar. Gerdiens moeder vindt het fijn dat al haar kroost nog in Aalten woont.
Het dorp Aalten. Gerdien (1970) heeft haar wortels nog niet hoeven te beproeven (haar man kwam vijftien jaar geleden van Gorinchem naar de plaats van zijn bruid). Anderen deden dat wel. En dan blijkt dat een geboren Aaltenaar in den vreemde heimwee blijft hebben naar dat verre plekje in de Achterhoek. Een van hen is de Nijkerker Leendert de Boer, die over zijn Aaltense jeugd een boek schreef: ”Zeven kinderen en een orgel” (2009).
Rijke historie
Het dorp Aalten heeft bijna 13.000 inwoners. Aan de ‘poort’ van Aalten staan imponerende garages en bedrijfspanden, wat een tikje grootsteeds aandoet. De kern van het dorp ligt in een verrassend heuvelachtig gebied – in de volksmond de zeven heuvelen genoemd. „Reden waarom ze Aalten wel het Jeruzalem van het oosten noemden”, zegt Rietje Doodeheefver die er rondleidingen verzorgt. Ze laat bezoekers kennismaken met de rijke historie van Aalten, dat meerdere namen heeft gehad (Aladon, Aladna, Alethnin) en dat later Aalten ging heten, van ”altus”, het Latijnse woord voor hoogte.
Doodeheefver wijst op het Museumplein met het Frerikshuus en het Verzetsmuseum. Ze brengt haar gasten op de Köstersbulte met de Oude Sint-Helenakerk en haar zeldzame fresco’s. Ze dwaalt er door de gängeskes – een uniek padenstelsel langs de ”goarden” of gaarden (tuinen) waar keuterboertjes voor eigen gebruik hun groenten en graan verbouwden, fruit teelden of een koe hielden. „Zo’n paadje was twee kruiwagens breed, zodat ze elkaar konden passeren.”
Met terechte trots toont ze de markt met de oude herberg en de patriciërshuizen die de grandeur van de voorbije tijd uitstralen. Vreemd is dat Aalten geen stadsrechten heeft. Maar dat komt doordat het nabije boekenstadje Bredevoort die al had.
Fienen en poepfienen
Eigenlijk wil geen Aaltenaar het horen: Aalten is een gereformeerd dorp. Vroeger werden de gereformeerden de ”fienen” genoemd – de christelijke gereformeerden de ”poepfienen”. Nog maar enkele decennia geleden was Aalten een gereformeerde enclave in een overwegend rooms-katholiek en vrijzinnig gebied, wat te maken had met de grenzen van de graafschappen.
Beroemd is de dappere houding van de Aaltenaren in de Tweede Wereldoorlog. Toen herbergden ze vanuit christelijke roeping wel 2500 evacués en onderduikers – een kwart van de toenmalige bevolking. Nog altijd is het dorp overwegend kerkelijk met een grote sociale structuur.
Anno 2012 voelen veel inwoners van Aalten zich bevrijd van hun christelijke veren en doen ze weinig meer aan de godsdienst. Anderen treuren over de teloorgang van kerk en christendom.
Wim Mak, gepensioneerd conrector van de scholengemeenschap, neemt een tussenpositie in. Hij heeft Aalten anders zien worden, minder gesloten en minder christelijk. Het strenge is er af. De orthodoxen zijn niet langer bang om een gezang te zingen. Ook minder christelijk: zo had je een weekopening op school en zo werd die afgeschaft. Ongerust maakt hij zich er niet over: „De christenen die ervoor uit willen komen, gaan voor hun zaak. Het bijzondere van deze tijd is dat we met elkaar meer naar eenheid zoeken.”
Saanmhorigheid
Van de Aaltenaren ondervindt Mak veel hartelijkheid, al spreekt hij het dialect niet en moet hij dat ook niet proberen. Afwachtend tegenover nieuwkomers, maar ook vriendelijk, trouw en behulpzaam als je hen beter leert kennen, zo kwalificeert hij de Aaltenaren.
Er heerst saamhorigheid in het dorp. Toen in 2009 bekend werd dat de 27-jarige Joanne Noordink na een maandenlange vermissing bleek te zijn vermoord, verkeerde het dorp in een shock. De snoepzakken die kinderen volgens een oude traditie krijgen wanneer ze een gelukkig nieuwjaar komen wensen, worden sindsdien geleverd door de stichting Mukwana, die Noordink in 2006 oprichtte. Zo eert Aalten haar nagedachtenis, door geld in te zamelen voor de weeskinderen in Uganda, wier lot zij zich had aangetrokken.
Hetty Veldhuis van Veldhuis Man en Mode is gehecht aan Aalten en het reilen en zeilen in het dorp. „Je kent elkaar. In de weekkrant Aalten Vooruit houd ik bij wie er is geboren en overleden, zodat ik een kaartje kan sturen. Het contact maakt het dorp zo fijn, ik zou het missen. Ik ken heel veel mensen van klein af aan.”
Scholen
In Aalten zijn drie protestants-christelijke basisscholen, een openbare en een rooms-katholieke school. Ook is er voorgezet onderwijs: het Christelijk College Schaersvoorde. Voor de voorzieningen hoeft niemand te emigreren. Alles is er in Aalten, hoewel je voor het echte shoppen toch naar Doetinchem, Winterswijk of Bocholt gaat.
Vergrijzing en krimp spelen Aalten zeker parten. Maar als je kijkt naar de Achterhoek in zijn geheel valt het mee, zegt Johan Pennings, twaalf jaar raadslid voor de ChristenUnie in Aalten. „Het perspectief is dat de leegloop zich hier later zal voltrekken dan in andere gemeenten.” In de buurtschappen en gemeenten om Aalten heen slaan vergrijzing en krimp harder toe.
Pennings is het enige CU-raadslid in de hele Achterhoek – op een gemeenteraad van 21 zetels. „We hebben een keer twee zetels gehad en zitten altijd net tegen een tweede aan. Met de progressieve partij wordt op verschillende onderdelen van beleid meer samengewerkt dan met het CDA”, zegt hij. „De C wordt door het CDA in Aalten bepaald niet uitgedragen.”
Pennings is tevreden over de begroting van de gemeente. Ook over de meerjarenraming uit hij zich positief. Een bezuinigingsronde is er zeker wel geweest. Drie jaar geleden ging men met de kaasschaaf over de ambtelijke organisatie. Ook in de harde sector is stevig bezuinigd. „Maar de volgende ronde zal voor de burger zwaarder uitpakken.”
Veel minima
Aalten is een gemeente met een laag inkomen per hoofd van de bevolking, vertelt Pennings. „Er zijn relatief veel minima – dat is de structuur van de Achterhoek. Er zijn hier geen echt grote bedrijven en in de agrarische sector (Aalten telt zo’n 250 tot 300 agrarische bedrijven) heeft een schaalvergroting plaatsgehad die leidde tot een afname van het arbeidspotentieel. De meeste mensen werken in de technische beroepen. Jongeren met ambities gaan elders studeren en komen niet terug. Door de crisis in de bouwbedrijven die je in Aalten veel hebt, zijn er banen op de tocht komen te staan.” Gunstig is dat Aalten bijna geen bouwgrond in eigendom heeft, zodat de gemeente zich daar geen buil aan kan vallen.
Toch dreigen de voorzieningen minder te worden. Aalten probeert al twee jaar het zwembad van de hand te doen, omdat het niet kan concurreren met Bahia Bocholt. De middenstand wordt elk jaar kleiner, een zorg voor de Federatie Aaltense Middenstand. „Twaalf jaar geleden was het kernwinkelgebied groter. Het lijkt alsof er elk jaar een straat met winkels verdwijnt. Overal vallen gaten. Voor 2020 zal naar verwachting 25 procent van het huidige winkelbestand niet meer bestaan”, meent Pennings. Het raadslid verwacht overigens niet dat de winkels alle 52 zondagen zullen opengaan als gemeenten straks zelf mogen bepalen wanneer er binnen de gemeenten koopzondagen plaatsvinden.
„Koopzondag? Nee, liever niet”, zegt Hetty Veldhuis terwijl ze koffie met een pepernoot presenteert. „De zondag is er voor het gezin en de familie”, vindt Veldhuis, die lid is van de Federatie Aaltense Middenstand.
Duitsland
Kampt Aalten met een trek naar Duitsland? Dat is verleden tijd, zegt Pennings. „De huizen in Duitsland zijn nu niet veel goedkoper meer dan in Nederland. Verder zijn de fiscale verschillen zo fors dat het verhuizen naar Duitsland grote gevolgen heeft.”
Pennings raadt de gemeente aan zich in het herindelingsproces –Den Haag streeft naar gemeenten van 100.000 inwoners en meer– proactief op te stellen. Met wie gaat Aalten samen? Bij de laatste herindeling, die uit Den Haag werd opgelegd, werd Dinxperlo tegen de zin van de inwoners bij Aalten gevoegd. „We moeten ons nu al beraden welke kant we op willen. Nemen we het heft in eigen handen of laten we het gebeuren?”
Dit is het zevende deel in een serie van twaalf over christelijke dorpen. De afleveringen verschijnen iedere laatste zaterdag van de maand in Accent.
Synagoge
In het centrum van Aalten bevindt zich een kleine synagoge. Het gebouwtje is goed gerestaureerd en mooi ingericht. Halverwege de negentiende eeuw was de Joodse gemeente in Aalten zodanig gegroeid dat de wens om een eigen sjoel te hebben sterker werd. In 1857 werd een synagoge gebouwd. Tot aan de Tweede Wereldoorlog was die het centrum van een levendig Joods gemeenschapsleven. Een plaquette aan de zijkant van de synagoge herinnert aan de wegvoering van de leden van de Israëlitische gemeenschap. In de oorlog werd de synagoge leeggeroofd. Het gebouw werd een opslagplaats voor munitie.
Na de oorlog werden enige kostbare bezittingen zoals de meer dan honderd jaar oude Thorarollen en geborduurde mantels weer in het gebouw teruggebracht. Burgers hadden ze verborgen gehouden. De meeste gemeenteleden die de Holocaust hadden overleefd, verhuisden naar elders. Het vereiste aantal mannen voor het houden van diensten werd vaak niet gehaald. De synagoge dreigde te vervallen. In 1984 werd het gebouw verkocht aan de Stichting Vrienden van de Aaltense Synagoge. Daarna werd het pand gerestaureerd. Op 29 december 1986 werd de synagoge met een plechtige Chanoekaviering opnieuw ingewijd. Het gebouw is open voor bezoekers.