Binnenland

Urker kotter UK 167 gaat piraten vangen

URK – De kotter UK 167 van de gebroeders Kramer uit Urk gaat in plaats van schol piraten vangen. Een Russisch beveiligingsbedrijf wil het schip inzetten om vrachtschepen op de Indische Oceaan te beschermen tegen Somalische kapers.

21 November 2012 16:24Gewijzigd op 15 November 2020 00:22
De UK 167 van de Urker broers Lub en Jelle Kramer wordt in Den Helder omgebouwd tot patrouilleboot. Foto Lub Kramer
De UK 167 van de Urker broers Lub en Jelle Kramer wordt in Den Helder omgebouwd tot patrouilleboot. Foto Lub Kramer

„De huidige scholprijs maakt gezonde bedrijfsvoering onmogelijk”, zegt Lub Kramer (54), samen met zijn vier jaar jongere broer Jelle eigenaar van het schip. „Sinds de eeuwwisseling zijn door ieder jaar terugkerende adviezen van wetenschappers –steevast door de politiek overgenomen– de toegestane vangsthoeveelheden drastisch beperkt. Daardoor kreeg de vishandelaar te weinig vis aangevoerd en moest deze noodgedwongen overgaan tot het importeren van Aziatische vis. Het gevolg is dat de markt totaal bedorven is. Een kilo schol brengt op dit moment op de visveiling evenveel op als dertig jaar geleden.”

Behalve met vangstquota en lage visprijzen hebben de vissers te maken met stijgende energieprijzen en onderhoudskosten. De vloot veroudert omdat er geen geld is voor nieuwe schepen. Aanpassing van de brandstoftank zodat deze op goedkopere olie kan varen, levert nauwelijks geld op. De olieprijs stijgt evenredig met de dieselprijs.

De Kramers zijn niet de enige Urker vissers die overgaan tot ingrijpende maatregelen. Ook collega-vissers spannen zich in om het brandstofverbruik terug te brengen. „De laatste jaren is bijvoorbeeld het elektrisch vissen redelijk succesvol. Dat zorgt soms tot brandstofbesparingen van wel 40 procent”, aldus Kramer.

Alle inspanningen ten spijt lukt het slechts enkele vissers om een boterham te verdienen met vissen. Velen proberen daarom hun schip te verkopen aan een scheepsmakelaar. „De situatie in de visserij zorgt er echter voor dat er nauwelijks kopers zijn en de vraagprijs is erg hoog. Dat komt doordat veel schippers zich bij aanschaf flink in de schulden hebben gestoken. Dat geld moet op de een of andere manier wel worden terugverdiend.”

Ook de gebroeders Kramer zetten hun kotter in de etalage. „Mede gezien onze leeftijd dachten wij: als er een goede koper komt, dan moeten we ons schip maar verkopen. Via een Amerikaanse makelaar, een zogenaamde ”broker”, meldde zich in september een Russische ondernemer.” Vorige maand maakte de kotter de laatste visreis.

De koper, het Russische beveiligingsbedrijf Moran Security Group, wil het schip als patrouilleboot inzetten op de Indische Oceaan. Voordat het zover is, moet de kotter flink worden omgebouwd. Er moeten verblijven worden gemaakt voor vijftien extra bemanningsleden. Op het dek moet ruimte komen voor een aantal robuuste en snelle RIBs (Rigid Inflatable Boats). Dat zijn opblaasbare boten die razendsnel overboord gezet kunnen worden. Op dit moment wordt er in Den Helder hard gewerkt om dit voor elkaar te krijgen.

Als alles volgens plan verloopt, vaart het schip volgende week naar Malta om de laatste reparaties te ondergaan, waarna het bewapend wordt. Daarna vaart het via het Suezkanaal door naar Djibouti. Deze havenstad op de grens van Ethiopië en Somalië wordt de nieuwe uitvalsbasis van de UK 167. Van daaruit gaat het schip patrouilleren op de Indische Oceaan.

De gebroeders Kramer blijven voorlopig op hun oude schip en varen in elk geval mee tot Malta. De nieuwe bemanning moet wegwijs gemaakt worden op de kotter, zowel op de brug als in de machinekamer. Ook biedt de Moran Group de mogelijkheid om mee te gaan op patrouille en onder contract te gaan werken bij het beveiligingsbedrijf. Hierover beraden de broers zich nog. De Russische taal is hiervoor geen belemmering. „De kapitein spreekt goed Engels. Met hem kan ik prima communiceren.”

Kramer, sinds 1994 eigenaar van het schip, is gelaten onder de verkoop. „Dit was een goede optie. Niet alleen vanwege de omstandigheden in de visserij, ook wat betreft de prijs die we voor het schip gekregen hebben. We kunnen hier goed mee uit de voeten.”

Zowel Kramer als zijn broer hoopt met Kerst weer terug te zijn in Urk. De geboren visserman heeft nog geen idee wat hij daarna gaat doen. „Ik hoef niet per se opnieuw de visserij in, maar blijf wel graag voorlopig op zee. Misschien wel piraten vangen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer