Familiedrama door de oorlog
Heulde tante Thea met de Duitsers of was ze een verzetsheldin die velen het leven redde? Een „moffenhoer” of iemand die in het hol van de leeuw haar leven op het spel zette? Of allebei?
Zonder er doekjes om te winden ontrafelt oud-journalist Jan Hopman het verleden van zijn familie. Het oorlogsverleden met name, al werd dat gestempeld door het vooroorlogse verblijf in Duitsland en zette het een onuitwisbaar stempel op de sfeer en verhoudingen ná de oorlog. Uit deze familie –zoals in zo veel andere– ging de oorlog nooit meer weg, al moest er maar zo min mogelijk over gesproken worden. Het bleef een splijtzwam.
Tante Thea werkte aan de Amsterdamse Euterpestraat –berucht omdat de Sicherheitsdienst daar zijn schrikbewind uitoefende– als secretaresse van SS-Sturmbannführer Willy Lages. Die verdacht haar er wel even van dat ze met het verzet samenspande, maar dat wist ze handig af te wimpelen.
En dan was er nog oom Jan Hoogensteijn, die mensen verraadde, schilderijen van Joden stal, maar ook contacten met het verzet had. Hij zocht een veilig heenkomen in Venezuela. De oorlog deed een aanslag op de moraal.
Voor Hopman was het een puzzel om dat allemaal uit te zoeken. Zo leest zijn boek ook: als een verzameling puzzelstukjes waarvan er af en toe één op zijn plaats valt. Het vraagt inspanning van de lezer. Er blijven stukjes ontbreken, omdat de betrokkenen hun geheimen tot hun dood verzwegen. Het speurwerk loopt dan ook uit op een pagina vol onbeantwoorde vragen.
Een eerlijk boek; geen boek om vrolijk van te worden.
Boekgegevens
”Zwijgen over de Euterpestraat”, Jan Hopman; uitg. Free Musketeers, Zoetermeer, 2012; ISBN 978 90 484 2569 3; 157 blz.; € 15,95.