NANTWICH – Bij het monument voor de slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog draait een straatmuzikant zijn elektronische deuntjes. Aan de overkant staat ”Queen’s Aid House”, het sterfhuis van Matthew Henry, High Street 46, Nantwich.
De marktplaats Nantwich wordt beheerst door Parish Church Nantwich (ook bekend als St. Mary’s Church). De kerk, meer dan 800 jaar oud, staat breeduit op het grasveld. Binnen staan stoelen op een prachtige mozaïekstenen vloer. In het koor zit veel middeleeuws houtsnijwerk en er zijn glas-in-loodramen rondom. Hier worden iedere zondag maar liefst vier diensten gehouden. De Parish Church behoort tot de Engelse staatskerk, toen ook al, en dus was Matthew Henry híér niet welkom.
Rechts van de stenen preekstoel (vijftiende eeuws) staat een drieklaviers orgel, in 1890 gemaakt door Forster and Andrews, orgelmakers te Hull. De Nicholas Chapel is vandaag gereserveerd voor meditatie en gebed.
Het ”Queen’s Aid House” is oud en scheef, verzakt en vaak weer opgelapt. Beneden zit The Nantwich Book Shop, boven een drukbezocht koffiehuis.
Beneden is er niets dat herinnert aan de bewoners van toen. Boven is het redelijk in oude stijl gebleven. Van de dame van het koffiehuis mogen we ook wel even naar de zolder. „Daar waren vroeger de slaapkamers.”
Een historisch minitrapje leidt naar een stoffige zolderverdieping. Hier ergens stond zijn bed, daar was de woestijnreis ten einde. Henry’s laatste woorden, hier op zolder uitgesproken, waren: „Een leven in de dienst van God en Zijn gemeenschap besteed, is het meest troostvolle en het vermakelijkste leven dat iemand in deze wereld kan leiden.” Drie uur later ontsliep hij, dinsdagmorgen, op 22 juni 1714.
In de dagen van Matthew Henry was het ”Queen’s Aid House” de pastorie van Joseph Mottershead. De woning werd gebouwd in 1584, kort nadat een grote stadsbrand in december 1583 alles had platgebrand. Het huis is vooral bekend door een houtinscriptie uit 1584 waarop staat dat koningin Elizabeth I zich sterk maakte voor wederopbouw van de stad na de grote brand. Vandaar de naam: ”Queen’s Aid House”.
Grote delen van het huis zijn niet meer in originele staat. Het huis heeft dienstgedaan als café, kruidenierswinkel, snoepwinkel en sigarenzaak. Nu verkoopt men er kranten en boeken, koffie en thee.
Op 21 juni 1714 was Matthew Henry op reis, van Chester naar Hackney. Onderweg struikelde zijn paard, zijn berijder viel. Toch wilde Henry verder reizen, want hij had beloofd om die avond in Nantwich (15 mijl verderop) te zullen preken, bij zijn vriend Joseph Mottershead. Dat wilde hij niet afzeggen.
In het Presbyterian Meeting House te Nantwich preekte Henry die avond over Jeremia 31:18. Het Meeting House stond aan de Pepperstreet. In die tijd heette de Pepperstreet Ratunrowe, de rattensteeg.
In de huidige Pepperstreet is niets wat zou kunnen herinneren aan een kerkelijk Meeting House. De beheerder van het Nantwich Museum komt echter in rap tempo met een oud boek aan. Daaruit blijkt dat aan de Pepper Street wel degelijk het Meeting House van Mottershead heeft gestaan. Op diezelfde plaats (Pepperstreet 32) staat nu het postkantoor.
In het Meeting House van destijds werd Henry’s vriend Joseph Mottershead begraven, in de buurt van de preekstoel.
Matthew Henry bleef die nacht in huis bij Joseph Mottershead, aan de High Street. Na een beroerte overleed hij, 52 jaar oud. Zijn zuster Sarah schreef in haar dagboek: „Om ongeveer zeven of acht uur in de morgen nam, met een nauwelijks merkbare zucht, met een lichte trilling, de onsterfelijke ziel de vlucht naar het land van eeuwigdurende vrede en rust.”
Op vrijdag 25 juni 1714 werd Matthew Henry begraven in de Trinity Church te Chester, „omringd door een grote menigte die zijn nagedachtenis de laatste eer wilde bewijzen.”
De Engelse Bijbelverklaarder Matthew Henry werd geboren op 18 oktober 1662. In verband met zijn 350e geboortejaar bezoeken we in Engeland en Wales vijf plaatsen die in zijn leven van belang waren. Dit is het slot.