Hervormde kapel Tynaarlo is nu schietbaan
ZUIDLAREN – Eeuwenlang klonken er psalmen, preken en gebeden en vulde de ruimte zich met orgelklanken. Nu is de hervormde kapel in het Drentse Tynaarlo in gebruik als schietbaan. En dit is geen uitzondering in Drenthe.
In het boek ”Gods huisjes. Drentse kerken van bescheidenheid” (uitg. In Boekvorm, Assen), dat donderdag in de synagoge van Zuidlaren werd gepresenteerd, portretteren Eric le Gras en Hans Ladrak tientallen kerkjes, evangelisatiegebouwen en synagogen in Drenthe. Sommige gebouwen doen nog steeds dienst als godshuis, maar het merendeel heeft een nieuwe functie gekregen of staat leeg.
Aanleiding voor de uitgave was de interesse van auteur Hans Ladrak voor kleine religieuze gebouwen. „Zolang ik in Erica woon, bijna dertig jaar, rijd ik langs een ruïne aan het Dommerskanaal. Ik kwam erachter dat het ooit een kerkje is geweest. Na nader onderzoek bleken er in Drenthe nog veel meer van dit soort afgelegen godshuisjes te zijn. Samen met Le Gras besloot ik deze gebouwen in kaart te brengen, voor ze verdwijnen.”
In het boek staat per Drentse gemeente een inventarisatie van de aanwezige religieuze gebouwen, gecompleteerd met interviews met betrokkenen, kerk- en bouwhistorische informatie en tientallen –soms paginagrote– kleurenfoto’s van fotograaf Sake Elzinga.
Een prominente plaats krijgt het evangelisatiekerkje in de buurtschap Amsterdamscheveld, tussen Erica en Schoonebeek. Het dak, een fraai houten tongewelf, zit vol gaten, de muren staan scheef en zijn gescheurd. De collectezakken –onder het spinrag– hangen er nog, evenals het psalmbord en de doopvont. De kerk is in het bezit van een particulier, die er na een brand echter geen gat meer in zag het gebouw op te knappen.
Het zogeheten kerkje van Oonk is niet het enige dat dreigt te verdwijnen. Ook het houten gebouwtje Bethel in Stuifzand staat sinds 2003 leeg. Tot 1955 hield de Nederlandse hervormde evangelisatie er haar diensten, daarna was het in gebruik bij verenigingen. De nieuwe functie van het gebouw is nog onbekend.
Sommige godshuizen zijn gesloopt, zoals in Drouwenermond, waar de hervormde kerk uit 1920 vorig jaar moest wijken voor de uitbreiding van de tuin van bewoners. Andere kerken kregen een nieuwe functie als woonhuis, winkel, opslagplaats, kapsalon, kinderdagverblijf, dierenartspraktijk of zelfs als schietbaan, zoals de voormalige hervormde kapel Filadelfia in Tynaarlo.
Een klein deel van de religieuze gebouwen die in het boek staan, is nog in gebruik als godshuis. Zoals de hervormde kerk in Geesbrug, die twee jaar geleden haar honderdjarig bestaan vierde, hoewel de kerkgang er ook afneemt. Of de hersteld hervormde kerk Eben-Haëzer in Vledderveen uit 1933.
Bescherming
Volgens de auteurs verdienen de geportretteerde kerkgebouwen bescherming van de overheid. Ladrak: „Als grote kerken worden afgebroken, valt dat op, maar als het om kleine gebouwtjes gaat, is daar weinig aandacht voor. Terwijl ook zij een zichtbaar getuigenis zijn van de religieuze geschiedenis van Drenthe.”
Over de toekomst van kleine kerkgebouwen in Drenthe is Ladrak weinig positief. „Volgens cijfers van de Protestantse Kerk sluiten gemiddeld twee kerken per week de deuren. Er zullen dus nog heel wat gebouwen vrijkomen. Het is de vraag wat daarmee gaat gebeuren.”
Ladrak bemerkt wel dat er de laatste jaren meer aandacht is voor het behoud van cultureel erfgoed. „Maar de bewustwording komt laat op gang. Een groot deel van de gebouwen is al verdwenen.”
Volgens Ali Edelenbosch, voorzitter van stichting Het Drentse Landschap, zijn de godshuizen „kleine pareltjes die het waard zijn om beschermd te worden.” Ze maakt zich zorgen over de verdwijnende cultuurhistorie in Nederland. Edelenbosch overhandigde donderdag het eerste exemplaar van ”Gods huisjes” aan Karl Loeff, landelijk directeur van Erfgoedvereniging Heemschut. Het boek ligt vanaf vrijdag in de winkel.