Kerk & religie
Bijbels onderwijs in een Siberische tsjoem

VORKUTA – Een knappend houtvuur in de kachel verspreidt een behaaglijke warmte. Het ene na het andere gezang klinkt in de tent. Zo beroerd is het leven op de toendra niet.

Terwijl de Nentsische familie in een tsjoem rondom de houtkachel zit, verkondigt een Russische voorganger het Evangelie. Foto RD
Terwijl de Nentsische familie in een tsjoem rondom de houtkachel zit, verkondigt een Russische voorganger het Evangelie. Foto RD

Het klinkt misschien idyllisch; toch zijn de leefomstandigheden op de Siberische toendra allerminst vriendelijk. De ijzige koude, die negen maanden per jaar in het gebied heerst, blijft een factor van betekenis.

De tsjoems, de tenten waarin de Nentsen wonen, zijn op alle manieren beschermd tegen de elementen. De wind krijgt nauwelijks vat op de met stokken in de grond staande bouwsels. En een dubbele laag rendierbont zorgt ervoor dat de kou buiten blijft.

Terwijl hete thee in kommen geschonken wordt, opent een Russische evangelist de Bijbel. Voor de nacht invalt, wordt overdacht dat de rijkdom van het kennen van Christus niet opweegt tegen alle genoegens van de wereld. Diverse Bijbelse voorbeelden worden aangehaald. Hoe kunnen wij die rijkdom verkrijgen? „Door te worden als een bedelaar. Geloven is de hand ophouden, om alles van de Heere te ontvangen.”

De Nentsische mannen en vrouwen luisteren aandachtig. Het is nog maar een jaar of tien geleden dat ze voor het eerst met het Evangelie in aanraking kwamen. Een broeder uit een nabijgelegen tsjoem was de ‘eersteling’ die tot bekering kwam.

Na de toespraak verdwijnen twee meisjes naar een vlakbij gelegen tsjoem. Ze gaan daar de kachel opstoken, zodat de gasten uit Rusland en Nederland straks in een warm bed belanden.

Ondertussen pakt de Wit-Russische voorganger Nicolai Karpovitsj de gitaar, die hij gedurende de reis over de toendra overal bij zich draagt. Wat kent iedereen? Het blijkt lastig om melodieën te vinden die én de Nentsen én de Russen én de Nederlanders kennen. Toch blijken ”Stille nacht” en ”Welk een Vriend is onze Jezus” universeel.

Rond halfelf in de avond blijkt de tsjoem gereed waarin we overnachten. Buiten is het aardedonker. Zo ver het oog reikt, zijn sterren zichtbaar. Dergelijke beelden moet Abraham gezien hebben. Maar het noorderlicht dat zich een aantal keren vertoont, was er in Ur vast niet.

Behalve het geblaf van enkele honden is het stil. De eindeloze sneeuwvlakte ontvouwt zich aan alle kanten. Uit twee van de drie tsjoems in het kampement komt een rookpluim ten teken dat de kachel brandt.

In de ‘slaaptsjoem’ blijkt het inmiddels ook behaaglijk. „Geniet er nog maar even van”, zegt voorganger Nicolai Gontsjarov uit Vorkuta. „In de loop van de nacht gaat de kachel vanzelf uit. Morgenochtend is het binnen -30 graden.” Gedurende de nacht blijken een dik skipak, een speciale slaapzak en laarzen van rendierbont echter warm genoeg om zonder stijve spieren de ochtend te halen.

Dit is het vierde en laatste deel van een serie. Eerdere afleveringen zijn te vinden in het dossier Nentsen. Het Reformatorisch Dagblad maakte een uitgebreid digitaal magazine over de Nentsen in Siberie. Het magazine Zending in Siberië bevat foto’s, video’s en verhalen.


Vrede in een zwak hart

Nog vier maanden, dan hoopt Alla Sobodieva (19) te trouwen. Al drie jaar bereiden zij en haar toekomstige man zich voor op het leven in een eigen tsjoem. Hij maakt de tent, zij naait kleren.

Dat Alla tot een huwelijk zou komen, was nog maar kortgeleden allerminst zeker. Op haar elfde levensjaar balanceerde ze door een hartafwijking op het randje van de dood. Een zware operatie volgde. „Het gaat nu goed, maar als ik me inspan, voel ik pijn op mijn borst.”

Ze was nog maar een klein meisje toen het Evangelie verkondigd werd in het gezin. Dat zorgde voor een grote omwenteling. „Vader verbrandde zijn afgodsbeeldjes en alcohol kwam de tent niet meer in. Onze ouders werden liever en oplettender. Ze spoorden ons aan de Heere te zoeken.”

Hoewel ze dankbaar was voor de veranderingen thuis, verzette Alla zich innerlijk tegen het dienen van de Heere. „Het wereldse leven trok veel meer.”

Een droom, waarin ze meende midden in de hel te staan, veranderde haar. „Ik vroeg een bekeerde oom om raad. Hij wees me op de enige weg tot behoud: Christus. Ik mocht me door genade aan Hem overgeven en kreeg vrede in mijn hart.”


De artikelen in deze serie kwamen tot stand in samenwerking met Stichting Friedensstimme. Deze organisatie ondersteunt zendingswerk in Rusland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer