Dat is bewust gedaan, aldus een woordvoerster van de gemeente vrijdag. „We vonden het niet nodig de huizen uitbundig aan te kleden met oranje versieringen. We willen het witte karakter van Thorn aan de koninklijke familie laten zien. We hebben mensen opgeroepen vooral de vlag uit te hangen.” Een verbod op versieringen is er overigens niet.

Dagenlang merken de inwoners van Thorn al dat de Oranjes komen. Sinds donderdagochtend is het centrum taboe voor gemotoriseerd verkeer. Militairen, sommigen te fiets, houden de toegangswegen in de gaten.

Vrijdag werd er nog uitgebreid geoefend voor de grote dag. Een nep-koningin, compleet met hoedje en boeketje, liep de route en stond stil bij de diverse optredens. Kinderen namen plaats achter hun lessenaartjes voor lessen met het Thorner Laesplenkske (leesplankje). Met een stopwatch werd bijgehouden hoe lang iemand de pseudo-koningin bezighield, want het echte bezoek aan Thorn mag niet langer dan een uur duren.

Ook in Weert, de tweede plaats in Limburg die de koninklijke familie bezoekt voor de viering van Koninginnedag, waren de voorbereidingen vrijdag in volle gang. Zo werd over de route een twee meter brede oranje loper uitgerold. Het is voor het eerst dat op Koninginnedag over de gehele route een loper ligt.

Bomen langs de route kregen oranje strikken en ook de dranghekken werden met oranje linten versierd. Langs de route komt ongeveer 2500 meter aan dranghekken te staan. Verder plaatste de gemeente acht tv-schermen in de stad. Niet voor alle verwachte 80.000 bezoekers is zaterdag plek achter de dranghekken. Het grootste deel van de bezoekers kan het koninklijke bezoek alleen via televisieschermen volgen.