Moeizame weg van Kenia naar Kollum
Een ligbad, een toiletpot en een gasfornuis. In een vluchtelingenkamp in Kenia illustreren ze de Nederlandse luxe. Hier worden vluchtelingen met praktisch onderwijs voorbereid op hun komst naar Nederland. „Als we heel erge honger hebben, mogen we dan ook alleen met een lepel eten?”
Nederland selecteert jaarlijks 500 vluchtelingen in buitenlandse VN-kampen die voor een verblijf in Nederland in aanmerking komen. Eefje Blankevoort en Karijn Kakebeeke volgden met pen en camera twee groepen uitgenodigde vluchtelingen gedurende anderhalf jaar.
Ze waren erbij toen een selectiecommissie van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) in Kenia en Syrië bepaalde wie zich in Nederland mochten vestigen. Het bericht dat ze naar Europa mogen, is voor de bewoners van de kampen als „het winnen van de jackpot.” Zij krijgen de kans om hun leven als vluchteling achter zich te laten. „Maar een nieuw leven opbouwen in een vreemd land is een moeizaam proces van vallen en opstaan, teleurstelling en bijgestelde verwachtingen.”
Hoewel de vluchtelingen al in de VN-kampen in Syrië –het betreft hier een groep Irakezen– en Kenia op de Nederlandse situatie worden voorbereid, plaatst hun nieuwe thuisland hen regelmatig voor verrassingen. De zevenjarige Ayub kan zijn ogen niet geloven als hij ziet dat een hond zijn baasje een poot geeft. „Iedereen is hier zo beleefd mama, zelfs een hond geeft een hand!”
Tijdens de cursus ”Kennismaking Nederlandse samenleving” verbazen sommige vluchtelingen zich over heel andere zaken, zoals ongehuwd samenwonen en homoseksuele relaties. Intussen zoeken ze hun eigen weg in de maatschappij. De een vertelt dat hij dagelijks naar de sportschool gaat, de ander dat hij wekelijks de kerk bezoekt.
Na een verblijf van enkele maanden in een asielzoekerscentrum in Amersfoort krijgen de vluchtelingen een woning toegewezen. Een deel van de groep belandt in het Friese Kollum, dat als „het Syberië van Nederland” wordt beschouwd. „We zullen er allemaal doodvriezen”, zegt Shewangiza als hij zijn nieuwe woonplaats voor het eerst heeft bezocht.
Blankevoort is erin geslaagd een realistisch beeld te schetsen van de weg die uitgenodigde vluchtelingen gaan. Ze schroomt niet om behalve positieve ervaringen de teleurstellingen van de mensen eerlijk te benoemen en de vinger te leggen bij wat er bijvoorbeeld in hun begeleiding misgaat.
Het boek bevat tientallen –vaak veelzeggende– foto’s van Kakebeeke. Zij toont de vluchtelingen onder meer in hun dagelijkse bestaan: in het azc, op het voetbalveld, bij de kringloopwinkel, in hun woning en in de kerk. Deze foto’s vormen een verhaal op zich.
Voor sommigen kost de integratie extra moeite. Bijvoorbeeld voor de dove twintiger Fidele (Rwanda) die in Afrika nooit onderwijs heeft gehad. Mede dankzij een speciaal programma voor dove allochtonen zet ook hij voorzichtig zijn eerste stappen op het pad van integratie in Nederland.
De vluchtelingenjackpot, Karijn Kakebeeke en Eefje Blankevoort; uitg. Post Editions, Rotterdam, 2011; ISBN 978 94 6083 038 9; 264 blz.; € 25,-.