Betogers Bahrein van plein verjaagd
MANAMAH – Betogers in het rijke oliestaatje Bahrein zijn keihard aangepakt toen ze kampeerden op een centraal plein in hoofdstad Manamah. Daarbij zijn minstens vier doden gevallen en vijftig gewonden, aldus oppositiepartij al-Wefaq donderdagochtend.
Duizenden demonstranten hadden het Parelplein dinsdag bezet. Ze doopten het om tot Tahrirplein, in navolging van het plein in Caïro vanwaar betogers de Egyptische president Hosni Mubarak verdreven. De sjiitische betogers eisen meer zeggenschap van de soennitische machthebbers.
De oproerpolitie kwam met tientallen pantserwagens naar het plein. Agenten schoten met rubber kogels en schoten volop met traangas. Een oppositieleider sprak over een „wilde en ongerechtvaardigde aanval op een vreedzame bijeenkomst.”
De minister van Binnenlandse Zaken van Bahrein meldde op Twitter dat „het plein is schoongeveegd’ van demonstranten. De autoriteiten zeiden dat ze geen keus hadden, ondanks een Amerikaans verzoek om terughoudendheid.
De verdeeldheid tussen de sjiitische en soennitische moslims in Bahrein is al aanleiding tot sporadische onrust sinds de jaren negentig. Bahrein is daardoor kwetsbaar voor de onrust die zich dit jaar verspreidt in Noord-Afrika en het Midden-Oosten.
De grootmachten Saudi-Arabië en Verenigde Staten beschouwen de soennitische koning als een bolwerk tegen het sjiitische Iran. De VS hebben een grote marinevloot in Bahrein.
Om de macht te behouden heeft de koninklijke familie steeds de bevolking laten delen in de vele olie-inkomsten. Bij het begin van de protesten deze maand bood de koning Hamad Ibn Isa al-Khalifa elk gezin nog 2000 euro.