Cultuur & boeken
Eenzame meester van vrije vorm

Tweehonderd jaar geleden werd Frédéric Chopin geboren. Het belang van deze Poolse componist voor de ontwikkeling van de romantiek in de muziek is lang onderbelicht gebleven. Adam Zamoyski probeert van zijn beroemde landgenoot een zuiver beeld te schetsen, ontdaan van de legenden waardoor diens muzikale betekenis niet naar voren kwam.

S. M. W. Bezemer
In 1965 speelde een deelneemster aan een zomercursus op Hydepark tijdens de middagpauze ‘even’ alle 24 preludes van Chopin uit haar hoofd. Vanaf dat moment is de muziek van deze componist, die ik daarvoor eigenlijk maar een treurwilg vond, voor mij gaan leven.

Chopin heeft nooit van zijn verwijfde salonimago af kunnen komen. Hoewel bijna alle grote pianisten zijn werk in hun repertoire hebben, blijft er om deze meester van de vrije vorm toch een zekere waas van onbestemdheid hangen.

Dat heeft zeker te maken met de manier waarop tegen zijn persoon wordt aangekeken: een zwak en twijfelmoedig mens met neurotische trekjes. Gelukkig kunnen we dat beeld nu bijstellen, dankzij de recente vertaling van de biografie van Adam Zamoyski. Deze Poolse historicus, die eerder furore maakte met enkele boeken over Napoleons Oost-Europese avonturen, heeft geprobeerd de ware gedaante en betekenis van Chopin vast te leggen.

Fryderyk Franciszek Chopin werd op 1 februari 1810 geboren op een landgoed ongeveer 50 kilometer buiten Warschau. Ondanks zijn opvallende muzikale begaafdheid zag zijn vader niets in een muzikale carrière voor Frédéric. Op den duur zwichtte hij echter voor het aandringen van onder anderen zijn broodheer.

Het schijnt echter dat het wonderkind zichzelf het meeste heeft geleerd, want zijn pianotechniek was totaal anders dan die tot dan toe gebruikelijk was. Chopins techniek was vooral gericht op de intensiteit van de klank. Hij speelde nooit hard, vaak zelfs te zacht. De concerten die hij met groot orkest gaf waren dan ook meestal geen succes.

Trouwens, hoe ouder hij werd, hoe terughoudender hij werd wat betreft het spelen in het openbaar. Dat had ook als reden dat men in die tijd geacht werd een optreden zelf te organiseren. Dat laatste lag de teruggetrokken Chopin helemaal niet.

Na een wat moeizame aanloop belandde hij in 1831 in Parijs, waar hij zich snel een plaats wist te verwerven in het bloeiende salonleven. Die salons waren eigenlijk culturele broedplaatsen, georganiseerd door adellijke dames die kunstenaars uitnodigden om met elkaar te discussiëren en, in het geval ze uitvoerende kunstenaars waren, zich te laten horen. Chopin drong snel door tot de hoogste kringen en was geliefd bij prinsessen, markiezen, ministers en andere grootheden.

Collega’s bewonderden Chopin, hoewel ze het lang niet altijd met hem eens waren. Zo hadden Chopin en Mendelssohn niets op met elkaars muziek, maar ze zagen wel elkaars genialiteit. De manier van pianospelen zoals Franz Liszt deze voorstond, vond Chopin verschrikkelijk, evenals diens zucht naar publiciteit, maar hij genoot wel de achting van de Hongaarse virtuoos. En ook Berlioz was in de ogen van Chopin veel te spectaculair en zonder inhoud, terwijl Berlioz toch hem hoogschatte en een necrologie schreef waarin hij vooral Chopins ‘politieke’ invloed benadrukte. Ook zo’n misverstand overigens: Chopin was politiek nauwelijks geïnteresseerd, zeker op latere leeftijd.

Wat was hij dan wel voor een mens? Een in zichzelf gekeerde dandy die hield van uitgaan en vooral van veel geld uitgeven, volgens Zamoyski. Financieel heeft hij dan ook herhaaldelijk zijn mogelijkheden overschat. Aan de andere kant speelde hij uitgevers tegen elkaar uit door hun muziek te beloven die hij dan weer aan een ander gaf, vanwege een hogere gage. Hij redde het steeds weer omdat hij met zijn spaarzame optredens schatten verdiende.

Zijn sociale leven was echter beperkt. Dat kwam doordat zijn Frans slecht bleef. Hij had dan ook enkele Poolse vrienden die hem soms met raad en daad bijstonden, maar die hij ook graag als boodschappenjongens gebruikte.

Over Chopins liefdesleven is na zijn dood enorm gespeculeerd, maar de enige serieuze verhouding die hij heeft gehad was met de schrijfster George Sand. Deze relatie duurde ongeveer negen jaar. Daarna had Chopin nog wel contact met vrouwen, maar dat waren vooral leerlingen en bewonderaars. Deze dames waren vaak van hoge adel, hetgeen een nadere verbintenis bij voorbaat uitsloot.

Eigenlijk kun je zeggen dat Chopin uitsluitend voor zijn kunst leefde. Dat al die prachtige mazurka’s, walsen, nocturnes, etudes barcarolles en fantasieën niet vanzelf ontstonden, moge blijken uit de depressies waarin de componist regelmatig verkeerde. Zat hij in Parijs, dan wilde hij zomers graag naar buiten – George Sand bezat een kasteel in Nohant, een dorp in Centraal-Frankrijk. Maar als hij daar was, kwam Chopin niet tot werken en verveelde hij zich.

De componist stierf op 17 oktober 1849 in Parijs aan tuberculose, in het bijzijn van zijn zus Ludwika en Sands dochter Solange Clésinger.

De veel genoemde eenzaamheid van Chopin bestond feitelijk alleen in zijn kunstenaarschap. De enige met wie hij over dit onderwerp kon praten, was de beroemde schilder Eugène Delacroix. Jammer dat deze daar nooit iets over op papier heeft gezet.

Met het geloof heeft Chopin gedurende zijn leven weinig gehad. Wel wilde hij kort voor zijn dood ineens het sacrament ontvangen, iets wat hij altijd had afgewezen. Maar verder heeft hij tijdens zijn leven nauwelijks een kerk vanbinnen gezien.

Zijn enige verzoek was een uitvoering van het Requiem van Mozart bij zijn uitvaart. Die heeft hij gekregen. Mozart was zijn idool. Beethoven was hem te heftig.


Chopinjaar

Chopin. De biografie, Adam Zamoyski; uitg. Balans, Amsterdam, 2009; ISBN 9789460032172; 351 blz. + cd; € 35,-.

Overal ter wereld wordt gevierd dat de grootste componist die Polen ooit voortbracht 200 jaar geleden het levenslicht zag.

Polen zelf organiseert in dit Chopinjaar een heel aantal activiteiten. Al in januari opende de bekende Chinese pianist Lang Lang in Warschau het feestjaar. Afgelopen week werd in de Poolse hoofdstad een marathonconcert gegeven waarbij meer dan 250 musici en zangers 171 uur lang werken van Chopin speelden. Ook werden er speciale geboortedagconcerten (met onder anderen Daniel Barenboim) gegeven en had een internationaal congres plaats. Maandag werd in Warschau het Fryderyk Chopin Museum officieel geopend.

In het Canadese Mississauga (Ontario) loopt momenteel het Canadian Chopin Festival, dat komend weekend wordt afgesloten.

In Nederland is de Bulgaarse pianiste Marietta Petkova bezig met een solotournee waarin Chopin een grote plaats inneemt. Tijdens 22 concerten, de laatste in december in het Amsterdamse Concertgebouw, speelt ze werken van Mozart, Chopin en Robert Schumann. De laatste werd eveneens 200 jaar geleden geboren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer