UTRECHT - „Een middelgroot bedrijf met een verzuim van 8 procent rekende onlangs uit dat een procentpunt verzuim de organisatie ruim 1 ton per jaar kost”, meldt Arbo Unie op haar website. De landelijke arbodienst helpt werkgevers om deze cijfers via gezondheidsmanagement terug te dringen. Preventie speelt een grote rol.

Gezondheidsmanagement is een van de speerpunten van de Arbo Unie. Het begrip gaat over „belasting in het werk, belastbaarheid van de werknemer(s) en het verbeteren van de balans daartussen.”

„Alleen met gezonde werknemers en gemotiveerde medewerkers heb je een gezond bedrijf”, aldus het nieuwe radiospotje van Arbo Unie, sinds deze week te horen op verschillende zenders. Als „de kracht” van Arbo Unie wordt hier genoemd de vele specialisten die het bedrijf in dienst heeft, „zodat er altijd iemand is die een antwoord heeft op je vraag.” Zo heeft de organisatie psychologen en psychotherapeuten in dienst, plus ergonomen, bedrijfsmaatschappelijk werkers, RSI-deskundigen en arbeids- en organisatieadviseurs.

De arbodienst biedt verzuimbegeleiding, voert welzijnsonderzoeken uit, doet medische keuringen en periodieke onderzoeken. Verder begeleidt de dienst organisaties bij onder andere veiligheids- en leeftijdsbewust personeelsbeleid.

Op het gebied van stress biedt de organisatie trainingen aan, zowel voor leidinggevenden als medewerkers. Ze gaan over stressmanagement, teambuilding en verzuimbegeleiding, assertiviteit, conflicthantering en omgaan met stress. Daarnaast zijn er één- en driedaagse workshops voor preventiemedewerkers.

De wettelijk verplichte preventiemedewerker werd geïntroduceerd in 2005; hij of zij is de centrale persoon binnen een bedrijf waar het gaat om veiligheid, gezondheid en welzijn van medewerkers. Hij is op de hoogte van regelgeving, kan die vertalen naar de werkvloer en onderhoudt contacten met zowel collega’s en het management als de arbodienst. Sinds 2007 mag in een organisatie met maximaal 25 werknemers de werkgever zelf als preventiemedewerker optreden; voor die tijd mocht dat volgens de Arbowet alleen in een bedrijf met niet meer dan vijftien medewerkers.

Dirk de Groot, veiligheidsdeskundige bij Arbo Unie, heeft jarenlang trainingen voor preventiemedewerkers gegeven. „In een training kijken we eerst of de deelnemers in hun organisatie op een goede plaats zitten, waar ze kunnen adviseren en signaleren.”

In de praktijk begint het werk van een preventiemedewerker met het inventariseren van risico’s op de werkvloer. Dan maken ze een plan van aanpak en organiseren ze evaluatiemomenten. „Het kost ontzettend veel moeite om het draaiende wiel van arbozorg op gang te brengen”, weet De Groot. „En als je vervolgens denkt: Nu draait het, en je stopt er helemaal geen energie meer in, dan loopt het alsnog spaak.”

De meeste cursisten verrichten hun werk als preventiemedewerker naast andere bezigheden, ziet de arboman. „In een industrieel bedrijf met 250 mensen heeft een preventiemedewerker ongeveer twee dagen werk.” Grotere bedrijven hebben fulltime preventiewerkers.

Het voordeel van deze mensen is dat ze „heel dichtbij” andere collega’s werken, aldus De Groot. „Ze hebben oog voor onrust op de werkvloer, kunnen slechte ontwikkelingen ter sprake brengen. Met hun deskundigheid kunnen ze de werkgever bijstaan.”

De één- of driedaagse training „wijst mensen de weg”, zegt De Groot. „We vertellen waar ze wat moeten zoeken. Tja, een opleiding tot arbodeskundige duurt twee jaar.”

Dit is het vijfde deel in een serie over werkstress. Morgen: een coach.

Tips voor arbomensen
- Zet de deur naar je praktijk of kantoor wijd open.
- Vraag eens aan een medewerker hoe het gaat en luister naar het antwoord.
- Oordeel niet te snel: een griepje is soms ook echt niet meer dan een griepje.
- Inventariseer en signaleer tijdig risicofactoren binnen een organisatie.
Bron: brochure ”Hoofdzaken” van Stichting Pandora
(www.stichtingpandora.nl).