Binnenland

Bezinning op normen met stadsdebat

Met het opstellen van tien gouden stadsregels wil het gemeentebestuur van Gouda de inwoners stimuleren tot bezinning op waarden en normen. „Burgers moeten met elkaar in gesprek over wat kan en wat niet kan”, zegt wethouder P. van der Sluijs (ChristenUnie). „Mijn hoop is dat dit leidt tot een moreel reveil.”

Ben Tramper
5 September 2002 11:18Gewijzigd op 13 November 2020 23:47
Wethouder P. van der Sluijs (ChristenUnie). - Foto RD
Wethouder P. van der Sluijs (ChristenUnie). - Foto RD

Minister-president Balkenende heeft zijn pleidooi voor bezinning op waarden en normen in de samenleving nauwelijks uitgesproken, of het gemeentebestuur van Gouda presenteert een lijst met tien gouden stadsregels waarmee het de verloedering in de stad een halt wil toeroepen.

Een mooiere samenloop van omstandigheden kan wethouder Van der Sluijs zich niet wensen. „De stadsregels sluiten naadloos aan bij de oproep van Balkenende”, zegt hij. „Het project past ook prima bij het voorstel van minister Heinsbroek om onder de burgerij meer gezag te kweken voor politie, docenten en overheid. Toen ik zijn voorstellen las, vroeg ik me af of hij die soms bij ons in het stadhuis had afgekeken. De regels kwamen bijna letterlijk overeen.”

De Goudse geboden spreken heldere taal. „Wat je stuk maakt, moet je zelf betalen.” Van de tien fatsoensnormen die de inwoners samen met de gemeente hebben opgesteld, is dat de belangrijkste. „Gebruik geen geweld”, zo luidt de tweede norm. Op de vijfde plaats: „Spreek Nederlands, dan begrijpen we elkaar.” De zevende fatsoensregel betreft verkeersgedrag: „Hardrijden is bloedlink, dus doe normaal.” Wat wethouder Van der Sluijs betreft, mag de achtste er ook zijn. Hij citeert: „Ouders voeden hun kinderen zelf op.”

De regels zijn opgesteld nadat de gemeente de afgelopen twee jaar intensief overleg heeft gevoerd met buurtverenigingen, inwoners en belangengroeperingen. Het gemeentebestuur zette een debat over waarden en normen op touw nadat vanuit de samenleving de roep om een publieke gedragscode steeds luider werd.

„Mensen spraken nadrukkelijk hun onbehagen en gevoelens van onveiligheid uit. Zij vroegen hardop om duidelijke regels. Om de toenemende onrust het hoofd te bieden, hebben wij toen het plan opgevat daarover met elkaar in gesprek te gaan”, aldus Van der Sluijs.

In juni kregen alle inwoners 35 regels voorgelegd. Zij konden via een enquêteformulier aangeven welke tien voor hen de belangrijkste zijn. Woensdag presenteerde Van der Sluijs de uitkomsten. Ruim 3800 burgers gaven een reactie. „Wat je stuk maakt, moet je zelf betalen.” Die regel is voor driekwart van de respondenten de voornaamste.

Nogal wat inwoners spraken hun scepsis uit over de actie. Zonder strenge handhaving zal er volgens hen van naleving weinig terechtkomen. Van der Sluijs wil echter „bewust niet” beginnen met een hard, repressief optreden. „Natuurlijk doet de politie in Gouda aan handhaving. Maar het doel van dit plan is primair dat mensen met elkaar in gesprek raken. Daardoor is het mogelijk dat zij elkaar beter leren begrijpen en respecteren.”

Door onderlinge contacten wordt volgens Van der Sluijs ook duidelijk waarop burgers elkaar kunnen en mogen aanspreken. „Woensdag was ik op de Houtmansgracht. Een automobilist reed tegen het verkeer in en sloot zich vervolgens op een vrijpostige manier aan bij de rij voor het verkeerslicht. Iemand stapte toen uit en maakte hem erop attent dat dat geen manier van doen was. Dat sprak mij aan. Het moet mogelijk zijn elkaar te wijzen op hinderlijk gedrag.”

Van der Sluijs beseft dat de kans op een handgemeen in zulke gevallen niet denkbeeldig is. „Dat is reden temeer waarom we met elkaar in gesprek moeten gaan en moeten blijven.” Hoe dat concreet gestalte krijgt, kan hij nog niet aangeven. „Wel is al duidelijk dat communicatie met alle inwoners intensief zal zijn”, aldus de wethouder. Hij denkt aan overleg met wijkteams, scholen, kerken en verenigingen.

Van der Sluijs, sinds dit jaar namens ChristenUnie en SGP wethouder, juicht de toenemende aandacht voor waarden en normen toe. Tien jaar geleden was het bijna onmogelijk om het onderwerp in raadsdebatten aan te snijden, zegt hij. „Bij algemene beschouwingen riepen we altijd op tot het stellen van regels en tot een terugkeer naar de geboden van God, omdat die heilzaam zijn voor alle mensen. Maar dat vond nauwelijks weerklank. Het verheugt mij te zien dat het tij nu keert.”

Tegelijk is Van der Sluijs zeker niet een en al optimisme. „Ik beluister om zo te zeggen vooral een roep om herwaardering van de geboden die op de tweede tafel van Gods wet staan. Maar vanuit mijn politieke achtergrond verlang ik naar méér. Ten diepste gaat het mij ook en vooral om een terugkeer tot ál Gods geboden.”

Van der Sluijs hoopt dat het een tot het ander leidt en dat in Gouda ook een diepere bezinning op gang komt over de bronnen waaruit waarden en normen worden geput. „Het is voor mij een worsteling hoe ik daaraan een stimulans kan geven. Mijn persoonlijke opvattingen draag ik graag uit. Ik zie het als een opgave om onze samenleving terug te brengen tot de dienst van God. Maar de realiteit stelt daar beperkingen aan. Toch ben ik blij met de huidige discussie. Hopelijk werkt het onder Gods zegen mee tot een reveil.”

Dit is de eerste aflevering van een tweeluik over waarden en normen in de praktijk.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer