OpinieOpinie

Vrijheid van onderwijs maakt samenleving veerkrachtig

Onderwijsvrijheid ondergraaft de democratische rechtsstaat niet. Ze versterkt haar juist. De liberale premier Cort van der Linden had dat door.

Mirjam Bikker
26 March 2025 14:57Leestijd 5 minuten
„Onderwijs is nooit waardenvrij en geen enkele leraar staat ”neutraal” voor de klas.” beeld iStock
„Onderwijs is nooit waardenvrij en geen enkele leraar staat ”neutraal” voor de klas.” beeld iStock

De geschiedenis leert dat polarisatie geen nieuw verschijnsel is. Begin vorige eeuw botsten confessionele partijen enerzijds en seculiere partijen (voornamelijk liberalen) anderzijds fel over de inrichting van het onderwijs. Toch kwam het in 1917 tot een doorbraak: de grondwetswijziging die de gelijke bekostiging van bijzonder en openbaar onderwijs vastlegde. De Lager Onderwijswet van 1920 was het sluitstuk van die historische onderwijspacificatie. Wat kunnen we leren van deze historische gebeurtenis?

Begin vorige eeuw botsten confessionele en seculiere partijen fel over de inrichting van het onderwijs

Het was dr. J.Th. de Visser die als minister van Onderwijs zorgde voor de totstandkoming van de wet in 1920. Een wet waar we nog steeds de vruchten van plukken. Samen met anderen stond ik tijdens een symposium over een recent verschenen biografie over hem stil bij zijn verdiensten. Ook premier Cort van der Linden, liberaal, speelde in 1917 een cruciale rol. Hij geloofde niet dat de staat zijn opvattingen moest opleggen aan de samenleving. Nee, het was de taak van de overheid om ruimte te scheppen waarin bestaande overtuigingen konden bloeien. Een visie die juist vandaag opnieuw relevant is. Want onderwijsvrijheid ligt opnieuw onder vuur.

Steeds vaker wordt artikel 23 van onze Grondwet neergezet als een achterhaald reliek uit verzuilde tijden

Nooit waardenvrij

Steeds vaker wordt artikel 23 van onze Grondwet neergezet als een achterhaald reliek uit verzuilde tijden. Als een belemmering voor kansengelijkheid. Alsof scholen die geworteld zijn in een levensbeschouwelijke traditie –denk aan de rijkdom van de Reformatie– een risico vormen voor de democratische rechtsstaat. Die redenering gaat voorbij aan de kracht van onderwijsvrijheid: juist geworteld onderwijs draagt bij aan een weerbare, verbonden samenleving.

Onderwijs is namelijk nooit waardenvrij. Geen enkele leraar staat ”neutraal” voor de klas. Iedere school geeft richting, maakt keuzes, draagt idealen over. En dat is niet erg – sterker nog: het is van grote waarde. Want kinderen worden niet alleen gevormd door lesstof, maar juist ook door de waarden die daaronder liggen. Wat is belangrijk? Hoe kijk je naar jezelf, de ander, de wereld?

Voor ouders –ook voor mij persoonlijk– is het van diepe betekenis dat een school niet alleen kennis overdraagt, maar ook opvoedt. Dat een kind mag leren: jij bent kostbaar, door God geschapen. Dat je leert leven in verbondenheid, met respect voor mens en natuur. Dat is ”Bildung” (het Duitse woord voor ”vorming”) in de beste zin van het woord. En dat gebeurt dagelijks, door duizenden juffen en meesters, door docenten die met liefde en overtuiging hun vak uitoefenen.

Identiteit

Juist in een tijd van geopolitieke spanningen en maatschappelijke druk is zo’n moreel kompas voor nieuwe generaties onmisbaar. Recent sprak ik met Oekraïense veteranen die vochten voor de vrijheid van hun kinderen. Hun boodschap is helder: vrijheid is niet vanzelfsprekend. Het bepaalt ons er eens te meer bij dat een samenleving die geen gedeelde overtuigingen meer kent, ontworteld raakt en verzwakt. En juist dát dreigt te gebeuren als we onderwijs alleen nog benaderen als economisch instrument.

Juist de levensbeschouwelijke scholen dragen met overtuiging bij aan burgerschap en democratisch bewustzijn

Neem de recente plannen van het kabinet om meer te gaan sturen op het onderwijsaanbod van hogescholen en universiteiten. Alles moet aansluiten op de arbeidsmarkt en de regionale economie. Natuurlijk is het belangrijk dat jongeren een goede plek vinden op de arbeidsmarkt. Maar waar blijft de aandacht voor levensbeschouwing, voor identiteit, voor de vorming van verantwoordelijke burgers? Neem de pabo, waarop docenten van de toekomst leren hoe ze kijken naar kinderen, hoe ze aan hen zullen lesgeven.

Omgekeerde wereld

Zelfs de Onderwijsraad legt in zijn rapport de nadruk op een „gemeenschappelijke kern” van democratische waarden die scholen dan eventueel mogen aanvullen met eigen accenten. Maar dat is precies de omgekeerde wereld. Het zijn juist de levensbeschouwelijke scholen die met overtuiging bijdragen aan burgerschap en democratisch bewustzijn. Vanuit een diepere bron.

Het is daarom zorgwekkend dat het huidige regeerakkoord pleit voor politiek neutrale lesmethoden. Ik zie een wet in voorbereiding die toezicht regelt in het informele onderwijs waarbij de onderwijsinspectie als scheidsrechter moet bepalen wat wél en wat níet acceptabele geloofsopvattingen zouden zijn. Dat is een glijdende schaal. Neutraliteit klinkt aantrekkelijk, maar leidt vaak tot een monocultuur. Tot een onderwijslandschap waarin verschillen worden weggemoffeld in plaats van gekoesterd.

Wie écht om democratie geeft, moet de durf hebben om pluriformiteit te verdedigen. Ook, nee juíst vanuit christelijke kring, waarin we zo goed beseffen wat onze basis is en wat we ons land te bieden hebben. De kracht van Nederland is juist dat verschillende overtuigingen naast elkaar kunnen bestaan – en elkaar opscherpen. Dat is geen zwakte, maar een teken van volwassenheid en moed. En ja, dat vraagt vertrouwen. In ouders, in leraren, in scholen, in de samenleving.

Hoop

De hervormde dr. De Visser was de eerste minister van Onderwijs die met overtuiging stond voor onderwijsvrijheid. Hij was verbindend en betrokken. Zijn erfgoed is nog springlevend. En het is tijd dat ook liberale partijen zich dat weer herinneren. Want hun eigen premier Cort van der Linden begreep al dat de staat geen wereldbeeld moet opleggen, maar ruimte moet geven aan wat er leeft in de samenleving.

Wie wil bouwen aan een samenleving met veerkracht moet investeren in vorming. In scholen die geworteld zijn in waarden. Die kinderen leren wat vrijheid is en hoe je verantwoordelijkheid neemt. Onderwijsvrijheid ondergraaft de democratische rechtsstaat niet. Ze versterkt haar juist.

Want hoe je naar de wereld kijkt, bepaalt met welke moed je erin staat. En alleen gewortelde mensen kunnen tegen een storm. Zo groeit een nieuwe generatie op als verantwoordelijke mensen. Die weet hebben van een rijke traditie en verlangen om de hoop die in hen is door te geven.

De auteur is fractievoorzitter van de Tweede Kamerfractie van de ChristenUnie. Dit is een verkorte versie van de toespraak die zij op 21 maart hield op het CHE-symposium naar aanleiding van een recent verschenen biografie van dr. J.Th. de Visser.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer