Kommakwestie speelt niet alleen bij Kohlbrugge
Leestekens doen ertoe. Denk aan de kommapreek van dr. H.F Kohlbrugge (1803-1875) uit 1833. Onlangs speelde een andere kommakwestie, waarover De Telegraaf zich voor de rechter moest verantwoorden. NRC rapporteerde erover.

De zaak was aangespannen door Stichting Federatie Islamitische Organisaties (FIO). In De Telegraaf (17-1) had columniste Nausicaa Marbe geschreven over „een solidariteitsdemonstratie met Gaza, georganiseerd door aan Hamas gelieerde organisaties, Milli Görüş en de koepelorganisatie FIO”. Die laatste reageerde zwaar gebelgd.
Volgens de rechter was er strikt taalkundig gezien niets mis met de gewraakte passage. Toch zou de doorsnee lezer gemakkelijk een foute conclusie kunnen trekken, „omdat die het subtiele onderscheid tussen komma en dubbelepunt niet (meteen) ziet”. De Nederlandse Vereniging van Journalisten sloeg er verontwaardigd op aan. „Je kunt geen stuk meer schrijven als een rechter gaat bedenken wat een lezer erin zou kunnen lezen, maar wat er niet staat.” Er stond inderdaad niet: „aan Hamas gelieerde organisaties: Milli Görüş en FIO”. Let op de dubbelepunt.
Ook een foutief geplaatste komma in een bankoverschrijving kan gevoelige gevolgen hebben
Over de betekenis en de plaats van de komma is heel wat afgepraat en geschreven. Taalkundige Wim Daniëls wijdde er zelfs een boek aan. Als uitvinder van de komma geldt Aristophanes van Byzantium (circa 275-180 voor Christus), beheerder van de befaamde bibliotheek van Alexandrië. In zijn voetspoor waarschuwde Augustinus (354-430), bisschop van Hippo, dat een misplaatste komma of zelfs het ontbreken daarvan kan leiden tot een verkeerde uitleg van Bijbelwoorden.
Daar kwam de Elberfeldse predikant Kohlbrugge achter. Bezig met zijn preek over Romeinen 7:14 ontdekte hij het belang van de komma. In het Grieks ontbreekt die weliswaar, maar in de vertaling is ze van onschatbare waarde. We moeten niet lezen: „Want wij weten dat de wet geestelijk is, maar ik ben vleselijk verkocht onder de zonde...” Tussen vleselijk en verkocht hoort een komma. Het zou Kohlbrugges theologie voortaan stempelen.
Tegelijkertijd gaf de kommapreek verwijdering met een deel van het Reveil. Wie Kohlbrugge verkeerd begrijpt, noemt hem antinomiaan, alsof hij beweert dat de wet er in het geloofsleven niet meer toe doet. Hij sprak van „onheilige heiligen”. Echte heiliging is genade van God door Jezus Christus.
Kommakwesties keren regelmatig terug. Iemand schreef: „Ik zat op haar, schoot en rustte uit.” Ook een foutief geplaatste komma in een bankoverschrijving kan gevoelige gevolgen hebben.