Zeeman Jaap-Willem gaat vaak met het vliegtuig naar zijn werk
In de zeevaart komt het geregeld voor dat je moet vliegen om bij het schip te komen.

De halve wereld over vliegen hoort erbij, al is de afgelegde afstand niet altijd even groot. De laatste tijd varen we veel in de Middellandse Zee en als het dan weer tijd is om te wisselen, moeten we wel het vliegtuig pakken. Persoonlijk vind ik dat niet erg, want vliegen vind ik leuk. Alleen als ik moet overstappen terwijl ik maar een klein stukje hoef te vliegen, is dat minder prettig, ook al is dat niet onoverkomelijk.
Als zeeman krijg je je ticket opgestuurd en wordt alles voor je geregeld door de collega's op kantoor. Als er een wijziging in de planning ontstaat, kan het zijn dat een ticket omgeboekt of gecanceld moet worden. Dat is gelukkig vaak mogelijk doordat we op zeemanstickets vliegen. Die zijn makkelijker te wijzigen of te annuleren.
We hoeven overigens niet altijd te vliegen. Als het even kan, proberen we elkaar af te lossen met rijdend vervoer. Dan gaan we met een busje. Vol met spullen, voedsel en de nieuwe bemanning rijden we dan naar het schip en lossen we de oude bemanning af. De verlofgangers nemen het busje mee terug naar Urk of naar huis. Op die manier besparen we heel wat kosten. Een stuk rijden vind ik ook niet erg. Het is gezellig en ook makkelijk om je koffer achterin te zetten en bij het schip weer eruit te halen. Dat scheelt een hoop gesjouw.
Jaap-Willem Meijer vaart op zee voor het bedrijf Global Seatrade uit Urk.