Fracties Flevoland verdeeld over voorstel verbouwen provinciehuis
De Statenfracties in Flevoland zijn verdeeld over het voorstel van Gedeputeerde Staten voor een verbouwing van het provinciehuis. Onder meer VVD en ChristenUnie vroegen woensdag in een commissievergadering om meer tijd voor het nemen van een besluit, maar ze kregen daarvoor onvoldoende steun. Een meerderheid van de commissieleden sprak zich uit tegen uitstel, waardoor het voorstel zoals gepland wordt besproken in de Statenvergadering van 26 februari.
De kosten van de geplande werkzaamheden op de begane grond en op de vierde verdieping van het provinciehuis zijn nog niet openbaar, omdat het werk nog moet worden aanbesteed. Statenlid Kjell van Wijlandt van de Partij voor de Dieren constateerde dat het bij de verbouwing om „veel geld gaat”, zonder dat hij een bedrag noemde. Hij vroeg zich af of de verbouwing wel nodig is.
VVD-Statenlid Franco Achtien stelde dat het voorstel nog niet rijp is voor besluitvorming in de Statenvergadering. Hij zou onder meer graag zien dat de Staten worden meegenomen in „architectonische keuzes”. Commissielid Benjamin van Bilsen van ChristenUnie vroeg ook om meer tijd. „Met een paar maanden extra zou je kunnen voorkomen dat je wordt opgezadeld met zaken waarmee je niet opgezadeld wilt zijn.”
Andere fracties lieten weten het jammer te vinden dat er in het collegevoorstel slechts twee scenario’s voor de verbouwing worden geschetst en dat er daardoor niet zoveel te kiezen valt. Zij kondigden aan extra wensen voor de verbouwing aan te dragen via amendementen en moties op het Statenvoorstel.
Gedeputeerde Toon van Dijk (PVV) zegde toe te onderzoeken welke ruimte er nog is voor de Staten om invloed te hebben als de provincie van het schetsontwerp naar het uiteindelijke ontwerp voor de verbouwing gaat. Daarvoor zou bijvoorbeeld een klankbordgroep kunnen worden gevormd.
Het provinciehuis is volgens het Statenvoorstel gedateerd en niet representatief. Volgens Gedeputeerde Staten kunnen met het uitstellen van de renovatie op korte termijn wellicht kosten worden bespaard, maar zullen die op langere termijn stijgen door oplopend onderhoud.