Wat 't Huisje in Purmerend, Care Almere en de gg Veenendaal gemeen hebben
Pal naast de Wereldwinkel in hartje Purmerend, op de hoek van de Schoolsteeg en de Zuidersteeg, hangt een bordje aan een hek: ”’t Huisje – Diaconie Protestantse Gemeente”. Het is ’t huisje van de buurt.
Dinsdagochtend, halfelf. De huiskamer van ’t Huisje loopt vol met buurtbewoners en bekenden. In totaal zijn het er zo’n twaalf, dertien. Op iedere tafel brandt een kaars. Aan de wand hangt de tekst ”Bid af en toe eens wat, al is het maar een zinnetje, maar ga er wel van uit dat God je hoort.”
Onder het motto ”Huis van God en mensen” wil de protestantse gemeente Purmerend omzien naar de buurt. Toen half december Purmerend werd opgeschrikt door een zware explosie en enkele woningen onbewoonbaar waren geworden, stelde de kerkelijke gemeente haar Taborkerk in de Maasstraat open als buurthuis. Iedereen was welkom: getroffen buurtbewoners, politieagenten en ook de burgemeester.
Daarnaast verleent de protestantse gemeente steun aan het project Schuldhulpmaatje, werkt ze mee aan de plaatselijke Voedselbank, organiseert ze een maandelijkse maaltijd voor de wijk en is ze actief in het werk voor vluchtelingen. „Wij richten het oog naar buiten.”
Eenzaamheid
Op de zolderverdieping van ‘t Huisje zitten Marian van Ettekoven en Elly van de Waerdt aan tafel, twee leden van het college van diakenen. Wat motiveert hen? Van Ettekoven: „We leven in een tijd waarin mensen vereenzamen. Bij ons ontmoeten ze elkaar en vinden ze ook een luisterend oor. We bieden aandacht, gezelligheid, ruimte voor een gesprek. Het is niet zo dat we in ieder gesprek de Bijbel op tafel leggen, maar heel soms gaat het zomaar de diepte in en kom je toch bij de Bijbel uit. Met Kerst hebben we samen ”Stille nacht” gezongen. Het ontroert je dan toch dat al die mensen dat nog kennen.”
Van de Waerdt: „De samenleving verhardt. Mensen hebben andere mensen nodig. Een enquête heeft uitgewezen dat sommigen voor een bezoek aan de inloopochtend hun bed uit komen. Zo is er hier een klein sociaal netwerkje ontstaan. Voor medemensen in nood zijn wij vaak het laatste redmiddel. Zo kan de kerkgemeenschap dus ook zichtbaar zijn in de grote stad.”
Drempel
Sommige bezoekers van het inloophuis zijn lid van de protestantse gemeente. Anderen horen niet bij de kerk. De drempel is vaak te hoog. Van Ettekoven: „We hadden een vaste bezoeker die niet bij de kerk hoorde. Toen hij ging sterven, wilde hij als laatste nog een keer naar de inloopochtend op donderdag. Hij is met de wensambulance naar ons toe gebracht. Bij zijn uitvaart vanuit de Taborkerk waren alle vaste bezoekers aanwezig.”
God vraagt in de Bijbel dat we naar elkaar omzien, zeggen beiden. Van de Waerdt: „De Bijbel is onze inspiratiebron. In het Nieuwe Testament roepen de zeven werken van barmhartigheid ons op om er voor de ander te zijn, vooral voor de ander die kwetsbaar en eenzaam is. Jezus is ons Voorbeeld. Hij was de barmhartigheid Zelf. Voor Hem telde geen status. Hij zocht het hart van de mensen. Zo koos Hij ook Zijn leerlingen, van visser tot belastingambtenaar.”
Mattie Huizinga (81) uit Purmerend is een van de vaste bezoekers van ’t Huisje. Wat komt ze doen vanmorgen? „Ik zoek contact, gezelligheid. Vaak zijn het dezelfde mensen die hier komen. Dan ken je elkaar dus. Heel soms praten we over de Bijbel, over Israël of Oekraïne, of over ons levenseinde. Want dat is wel een vraag voor iedereen: hoe loopt het met ons af?”