22 jaar cel voor moord op Daan Mellée in 2018
De rechtbank in Almelo heeft vrijdag een man en een vrouw veroordeeld tot 22 jaar cel voor de moord op de 26-jarige Daan Mellée in 2018 in Enschede. Volgens de rechtbank hebben Debbie G. (38) en Daniël V. (41) samen de moord beraamd en die „meedogenloos en koelbloedig” uitgevoerd.
„De moord is uit wraak gepleegd, als vergelding voor de mishandeling van de vrouw door het slachtoffer eerder die nacht”, aldus de rechtbank. „De man en de vrouw hebben daarmee voor eigen rechter gespeeld.”
De straffen vallen drie jaar hoger uit dan de eisen van het Openbaar Ministerie in oktober bij de behandeling van de zaak. De rechters lieten daarbij zwaar meewegen dat het tweetal is blijven ontkennen iets met de dood van Mellée te maken te hebben. Ook zijn veel vragen onbeantwoord gebleven. Daarmee lieten G. en V. de nabestaanden met veel vragen zitten, waardoor ze de verwerking voor hen des te moeilijker maakten, aldus de rechters.
Een derde verdachte, tegen wie het OM negen jaar celstraf had geëist wegens medeplichtigheid, is vrijgesproken. De rechters oordeelden dat er onvoldoende bewijs is en dat hij niet had kunnen weten dat G. en V. van plan waren Mellée van het leven te beroven.
Mellée werd op 3 juli 2018 dood aangetroffen in de woning van G., met wie hij samenwoonde. Hij bleek met drie kogels, waarvan twee in zijn hoofd, van dichtbij te zijn doodgeschoten. Op de avond ervoor had Mellée G. zwaar mishandeld. Ze had toen haar boezemvriend G. opgetrommeld om haar bij te staan. Aan meerdere mensen vertelde ze dat ze wel twee vrienden kende die bereid waren Mellée om te brengen. Al gauw werd G. opgepakt, maar ondanks DNA-sporen op hulzen en schotresten op haar kleding ook weer vrijgelaten. Pas in 2021 kwam er weer beweging in de zaak, onder meer door onderschepte chatberichten en verklaringen van mensen in de naaste omgeving van G. en V.
Dat het pas na zes jaar tot een proces kwam wijt justitie aan de complexiteit van de zaak. Het dossier bevatte veel tegenstrijdigheden en zelfs valse verklaringen van derden waarvoor de verdachten geld hadden betaald. Ook hadden de verdachten zelf leugens verteld waardoor op zeker moment nog een vierde, vermeende betrokkene in beeld kwam.