Gesprek over seksualiteit en zwangerschap mag niet beperkt blijven tot voorlichting over anticonceptie
Ruim veertig procent van de vrouwen die een abortuskliniek bezochten, heeft niet stilgestaan bij de kans op een zwangerschap of achtte die kans klein. Dat is zorgwekkend, want seksualiteit en verantwoordelijkheid kunnen niet los van elkaar worden gezien.
Vrouwen die voor abortus kiezen, onderschatten niet zelden de kans op zwangerschap, zo concludeerde Rutgers dinsdag. Het expertisecentrum seksualiteit vroeg –in samenwerking met het Nederlandse Genootschap van Abortusartsen– aan vrouwen die tussen half april en eind juli 2024 een abortuskliniek bezochten of ze anticonceptiemethoden gebruikt hadden om zwangerschap te voorkomen; en zo ja, welke dat waren.
Aanleiding voor het onderzoek vormde de stijging van het aantal abortussen van ruim 31.000 in 2021 tot 39.300 in 2023 in Nederland. Het Rutgers benadrukt overigens dat het dinsdag verschenen onderzoek niet geschikt is om deze stijging te verklaren.
De bevindingen uit de Rutgerspublicatie zijn opvallend te noemen. Zo’n 59 procent van de vrouwen blijkt een vorm van anticonceptie gebruikt te hebben in de maand voorafgaand aan hun zwangerschap. Ruim vier op de tien zwangeren (41 procent) deed dat niet. Van deze laatste groep verklaarde bijna de helft niet te hebben stilgestaan bij de mogelijkheid van zwangerschap (22 procent) of dacht men dat daarop slechts weinig kans was (27 procent).
Dat zo’n grote groep niet nadenkt over de kansen op zwangerschap of die kansen verkeerd inschat, laat volgens Rutgers zien dat er meer kennis, voorlichting en gesprek nodig is over vruchtbaarheid en de werking van anticonceptie. Dergelijke informatie is immers essentieel om zwangerschap te voorkomen, aldus het expertisecentrum.
Toch mag het gesprek over seksualiteit en zwangerschap niet beperkt blijven tot voorlichting over de werking van voorbehoedsmiddelen. Integendeel. Daarin moeten meer fundamentele noties centraal staan, zoals de beschermwaardigheid van het ongeboren leven –ook als dat ongepland is– en de verantwoordelijkheid die onlosmakelijk met seksualiteit gepaard gaat.
De Bijbel roept op het nieuwe leven, als dat gegeven wordt, met dankbaarheid te ontvangen. Abortus is geen gemakkelijke oplossing die op afroep beschikbaar is bij een onbedoelde zwangerschap – en zo mag dat dan ook nooit beschouwd of geframed worden.
Het inhoudelijke gesprek over zwangerschap en seksuele omgang moet daarom zeker niet gaan over het zoveel mogelijk faciliteren en stimuleren van keuzes rond abortus en anticonceptie. Maar om het vormen van een cultuur waarin seksualiteit wordt gezien als een waardevolle gave van God, die met verantwoordelijkheid omgeven is. En met een besef van de intrinsieke waarde van élk leven, omdat dat gewild is door de Schepper.
Als die noties ontbreken, verwordt de gedachtevorming over seksualiteit en vruchtbaarheid al snel tot een eng gesprek.