Litouwse burgers nemen de wapens op: „Rennen… staan… dekking!”
Vúúr! Granaten dreunen. Mitrailleurs lossen salvo’s. Kogels fluiten. Militairen duiken weg. Het anders zo rustige Kaisiadorys is veranderd in oorlogsterrein.
De 8000 inwoners leven deze dagen in een vesting. Wie Kaisiadorys binnenrijdt, moet zigzaggend tussen zandzakken en Tsjechische egels –een verdedigingsobstakel tegen tanks– door langs een controlepost met zwaarbewapende militairen: de AR-15 dreigend in de lucht geheven. Sommige auto’s worden er tussenuit gepikt. Ter controle.
Het scenario: een buitenlandse mogendheid –lees Rusland– valt Litouwen aan. Waar en wanneer, is onbekend. De opdracht is om strategische objecten, zoals de plaatselijke energiecentrale, het gemeentehuis en het station, van vrijdagmiddag tot zondagnacht te beveiligen. Niet alleen tegen indringers van buitenaf; ook in de stad bevinden zich krachten die onder één hoedje spelen met de vijand.
Lachertje
„Vandaag pakken we het serieus op”, zegt Linas Idzelis, de hoogste commandant van de Litouwse Schuttersbond, een vrijwilligersorganisatie die de strijdkrachten van Litouwen bijstaat. Normaliter oefenen de ”Sauliai” –Litouws voor schutters– maandelijks in de bossen. „Maar als het oorlog is beperkt het wapengekletter zich niet tot buiten de stad”, zegt de goedlachse Idzelis. „Vandaar deze keer een oefening in het stadscentrum.” Ruim 700 tot de tanden bewapende mannen oefenen dit weekeinde mee.
Voor een Russisch invasieleger zijn ze een lachertje. Wél kan het vrijwilligersleger de strijdkrachten bijstaan door hen in crisistijd werk uit handen te nemen. Toen dictator Aleksandr Loekasjenko in 2020 Syrische vluchtelingen dumpte, bewaakten Schutters de grenzen, tijdens de coronapandemie zetten ze noodhospitalen op, en met de NAVO-top in 2023 bewaakten leden van de Schuttersbond de openbare orde. In geval van een invasie of bezetting bieden ze ook gewapend burgerverzet, kunnen Schutters inlichtingenwerk doen of zo nodig sabotageacties uitvoeren.
„De krijgsmacht vecht aan de poorten van ons land; wij beschermen het binnenland in tijden van crisis” - Linas Idzelis, commandant van de Litouwse Schuttersbond
„Eigenlijk is het heel eenvoudig”, zegt Idzelis. „De krijgsmacht vecht aan de poorten van ons land; wij beschermen het binnenland in tijden van crisis.” Zo handhaven Schutters de openbare orde en beveiligen ze de kritieke infrastructuur – bijgestaan door politie, brandweer en medische hulpdiensten.
Staatskas
De Schuttersbond bestaat enkel uit vrijwilligers, zoals Ieva*. „In het normale leven ben ik als hr-manager op kantoor verantwoordelijk voor het personeelsbeleid”, zegt de dame in legerkleding. Samen met haar man, broer en schoonzus sloot ze zich twee jaar geleden aan bij de Schuttersbond. „Ik weet dat ik in oorlogstijd moet vechten. Maar dan ben ik bereid om voor mijn land te sterven”, vertelt ze.
24 februari 2022. Dat was hét moment waarop Ieva en veel Litouwers met haar zich realiseerden dat oorlog met Rusland ook in Litouwen een realistisch scenario is. „Sindsdien nam het aantal Schutters met ruim duizend man per jaar toe”, geeft Idzelis aan. „Vooral jongeren sluiten zich bij de Schuttersbond aan.”
Ruim een derde van de Schutters is tussen de 11 en 18 jaar oud. Vechten zit er op die leeftijd nog niet in. „Je zingt nationale liederen, leert over de geschiedenis van het land en oefent met het maken van formaties”, weet de 20-jarige Povilas*, die op elfjarige leeftijd bij de Schuttersbond begon, te vertellen. De organisatie is er niet alleen voor verdedigingsdoeleinden. Povilas: „Zie het als een bredere culturele instelling.”
Sinds twee jaar valt de Schuttersbond onder het ministerie van Defensie. Waar de Schutters vroeger financieel omhoog zaten, wordt de organisatie nu vanuit de staatskas gefinancierd. Een goed uitgeruste Schuttersbond is van wezenlijk belang. Met een leger van circa 12.000 beroepsmilitairen, 3800 dienstplichtigen en 28.750 reservisten is het bijna ondoenlijk het hele land te beschermen. Slechts vijf vliegtuigen –transportvliegtuigen en een eenmotorige Cessna– telt de luchtmacht. Langeafstandsraketten heeft Litouwen niet.
Ieva heeft haar basisopleiding al achter de rug. Nu krijgt ze op een groot sportterrein buiten Kaisiadorys uitleg over het besturen van drones. „Heel belangrijk”, zegt Idzelis, die van een afstand toekijkt. „Wij hebben veel expertise op het gebied van de toepassing van drones en andere hightechsnufjes om inlichtingen te verzamelen. We worden ook nu door vier, vijf drones geobserveerd”, zegt hij, glimlachend naar boven wijzend.
Verderop rennen twee mannen in camouflagekleding gehurkt over het gras. „Rennen… staan… dekking!” schreeuwt een opzichter naar de twee Schutters die zich voorwaarts bewegen. „Ik ben gedekt”, klinkt het. „Vijand op twaalf uur”, geeft zijn compagnon aan. Vúúr! Twee schoten klinken over de schietbaan.
Even verderop oefenen Schutters met medische handelingen. „Wat als je een gewond persoon verzorgt en de vijand neemt je onder vuur?” legt de instructeur zijn mannen voor. „Russen schieten in Oekraïne juist ook het medisch personeel neer”, legt een breedgeschouderde Schutter uit. „Dus we moeten weten hoe in dit soort situaties te handelen.” De Schutters mogen oefenen hoe ze zich het beste kunnen bedekken met het lichaam van een gewonde. Ze kruipen razendsnel voorwaarts, pakken hun ‘gewonde’ maatje beet, en schuilen onder het lichaam, terwijl ze onder vuur worden genomen. Eén gewonde is beter dan twee, is de gedachte.
Woudbroeders
„Iedere Schutter is persoonlijk diep gemotiveerd”, zegt Vidmantas Cinauskas, in het dagelijks leven fotograaf voor de Litouwse strijdkrachten. „We willen vechten voor ons land.” Maar een fulltimebaan in het leger is voor velen een brug te ver. Voor mensen die én willen bijdragen aan de verdediging van hun land én hun baan niet willen opgeven, biedt de Schuttersbond een alternatief.
Hoewel het aantal leden nog lang niet zo hoog ligt als vlak na de Tweede Wereldoorlog –toen telde de organisatie bijna 90.000 vrijwilligers– stijgt het wel razendsnel, geeft commandant Idzelis aan. „Ons streven is om tegen 2035 50.000 leden te hebben.” Of dat gaat lukken, daar twijfelt hij niet aan. „Litouwers zijn erg gemotiveerd om te vechten voor hun land. We hebben eeuwenlang tegen Rusland gevochten.”
Russen duidden de partizanen vroeger aan met „woudbroeders”, een scheldwoord. Onderling spreken de Schutters elkaar nog steeds aan met broeder of zuster. „Net alsof we één grote familie zijn”, zegt Cinauskas.
Bolsjewieken
De Schuttersbond werd in 1919 opgericht om de net verworven nationale onafhankelijkheid tegen de bolsjewieken te verdedigen. In de beginperiode had de bond nog veel weg van een sportclub, maar gedurende de onafhankelijkheidsoorlog ontwikkelde die zich tot een gevechtseenheid met vrijheidsstrijders.
In 1940 bezette het Rode Leger Litouwen en gingen de Schutters in het verzet. Toen de nazi’s in 1941 het land bezetten, werd dit aanvankelijk als bevrijding gezien. Maar al snel ontstonden partizanengroepen. In 1944 onderwierp het Rode Leger opnieuw het land en werd een deel van de bevolking naar de Goelag in Siberië gedeporteerd – Schutters werden als verzetsstrijders al helemaal vogelvrij verklaard. Tot 1953 hielden enkele partizanen in de bosgebieden stand tegen de bezetting door de Sovjet-Unie. Daarna stopte het verzet.
Nadat de organisatie in Litouwen door de Sovjets was verboden, bleef die in ballingschap voortbestaan. Vanuit de Verenigde Staten werd de Schuttersbond in 1989 –nog vóór de onafhankelijkheid– heropgericht in het stadje Kelme bij het graf van Vladas Putvinskis, de oprichter en ideoloog van de Schuttersbond. Schutters hielpen bij protestacties waarmee de Baltische staten zich na 1990 loswrikten van de Sovjet-Unie.
Sterven
Idzelis werd lid in 1992 – nog geen drie jaar na de heroprichting. Na de bezetting door Rusland van de Krim nam het aantal aanmeldingen helemaal een hoge vlucht. Inmiddels heeft de Schuttersbond 16.000 leden. Maar niet iedereen is welkom. Russen, Wit-Russen, Chinezen en criminelen worden uitgesloten.
„Iedere Litouwse staatsburger is in principe welkom. Wie niet fit genoeg is om te vechten, kan op een ander vlak een bijdrage leveren: bijvoorbeeld inlichtingen verzamelen, burgerschapslessen geven of op de IT-afdeling werken.” Binnen de Schuttersbond bestaan drie verschillende eenheden: die van strijders, een tak met civiele en militaire specialisten en een eenheid met civiele hulptroepen die niet op het slagveld inzetbaar is.
Wie zich aanmeldt, moet drie vragen met ”ja” kunnen beantwoorden: Heb je tijd om te oefenen? Ben je in staat je eigen wapen, helm, scherfvest en schoeisel te betalen? En ben je bereid voor het vaderland te sterven?
Beginnelingen zweren trouw te zijn aan de staat Litouwen: de onafhankelijkheid, het grondgebied en de grondwet te zullen verdedigen, alsook alle wetten na te leven en de plichten van een Schutter getrouw te zullen vervullen. Wapens en uitrusting moeten ze uit eigen zak betalen. Het resulteert in een gemengd gezelschap. Idzelis zelf draagt een zwaar semiautomatisch wapen ter waarde van 20.000 euro. „Schutters hebben een speciale vergunning om hun wapen thuis te bewaren”, legt de commandant uit.
Totale defensie
Schutters komen uit alle lagen van de bevolking. Zoals Andrius Kupcinskas, oud-parlementslid en voormalig burgemeester van Kaunas – de tweede stad van Litouwen. „Ik meldde me in 2014 aan, nadat de Russen de Krim bezetten”, vertelt hij. „Wat in Oekraïne gebeurt, kan ook hier gebeuren. Dus moeten we onszelf verdedigen, besefte ik.” Kupcinskas is niet de enige politicus in de Schuttersbond. Zelfs de hoogste baas, de premier, is lid.
„Als een Rus op mijn deur bonst, ben ik tenminste voorbereid” - Linas Idzelis, commandant van de Litouwse Schuttersbond
Het is het concept van totale defensie. Jong of oud, man of vrouw, klein of groot, het maakt niet uit. „Iedere burger moet een wapen dragen om zich te kunnen verdedigen”, citeert Idzelis oprichter van de Schuttersbond Putvinskis: verdediging moet niet alleen leunen op de strijdkrachten, maar op de gehele samenleving.
„Wie naast een vulkaan leeft, moet rekenen op een uitbarsting”, zegt Idzelis. Volgens de commandant is er slechts één vijand in Europa: Rusland. „Wij weten wat Oekraïne doormaakt. Ook in ons land hebben de Russen huisgehouden ten tijde van de bezetting door de Sovjets. Precies eender als twee jaar terug in Boetsja zijn ze hier tekeergegaan. Maar als een Rus op mijn deur bonst, ben ik tenminste voorbereid”, wijst hij naar zijn AR-15. „We moedigen iedere Schutter aan om een geweer te dragen, of ten minste een pistool.”
„Niemand weet of er een aanval komt”, zegt Gediminas* – die zich twee jaar geleden na de Russische invasie in Oekraïne bij de Schutters aansloot. „En omdat we het niet weten, moeten we ons voorbereiden op het onzekere.” Gediminas staat samen met een collega achter zandzakken die rond de plaatselijke energiecentrale van Kaisiadorys liggen. Het raken van de energie-infrastructuur is een beproefde methode van Rusland in de oorlog in Oekraïne, legt hij uit. „Zo willen ze de Oekraïners in de koude winter op de knieën dwingen.”
Nepdemonstranten
Ook om het gemeentehuis van Kaisiadorys hebben tientallen militairen zich achter zandzakken verschanst. Klaar om toe te slaan. Een helikopter cirkelt in de lucht. Drones observeren de wijde omgeving. Ondertussen heeft zich een grote menigte op het plein voor het gemeentehuis en de Transfiguratiekathedraal verzameld.
Gewapende schutters kijken zenuwachtig rond. „Op uw plaats”, klinkt het bevel. Gewapend met stokken en schilden sluiten Schutters de entree naar het gemeentehuis hermetisch af. Verdekt achter muurtjes richten de mannen hun wapens. Politieauto’s ijlen met zwaailicht en sirene naar de plaats des onheils.
Een knap staaltje balanceerwerk wacht de Schutters die in een linie voor het gebouw staan opgesteld. Niemand mag naar binnen, is de opdracht; burgers ernstig verwonden is evenmin een optie.
Tumult
Tumult! Achter het gemeentehuis klinken schoten. Rookbommen worden gegooid. Zware dreunen klinken. Een indringer probeert via een steiger het gemeentehuis in te klimmen. Gejuich stijgt op uit de protestgroep. Schutters zijn direct ter plaatse. Binnen enkele seconden wordt de vrouw onschadelijk gemaakt.
De ‘demonstranten’ zijn echter niet meer te houden en rennen op het gemeentehuis af. Schutters die in linie staan opgesteld, staan klaar voor ‘ontvangst’. „Voorwaarts”, brult een commandant, woest zwaaiend met zijn geweer. Hardhandig worden de ‘demonstranten’ tegen de grond gewerkt. Agenten staan klaar om de activisten per busje af te voeren. Opzichters kijken tevreden toe hoe het ‘klusje’ wordt geklaard.
„Litouwen ligt pal naast de vulkaan en wij moeten rekenen op uitbarstingen” - Linas Idzelis, commandant van de Litouwse Schuttersbond
Vulkaan
Ondenkbaar zou een oefening als deze zijn in een binnenstad als Amersfoort: militairen die drie dagen de boel overnemen en oefenen met rook en vuur. Volgens commandant Idzelis is het echter bittere noodzaak om zo binnenstedelijk te oefenen. „Wij hebben eeuwenlang tegen de Russen gestreden. Het is een heel reëel scenario dat ze binnenkort weer binnenvallen. Litouwen ligt pal naast de vulkaan en wij moeten rekenen op erupties.”
„Mocht er een Russische aanval op Litouwen komen, dan blijft er voor ons maar één optie over: vechten tot de dood”, zegt Idzelis koud. „Als de Russen winnen, dan vernietigen ze ons hele land en zullen ze ons krijgsgevangenen maken. Hebben wij een andere optie?”
* Namen van schutters die geen publieke functie hebben, zijn om veiligheidsredenen beperkt tot de voornaam.