Van Vroonhoven: coalitiepartners stil over omgangsvormen
PVV, VVD en BBB zijn stil over de ruwe omgangsvormen in kabinet en coalitie, vindt NSC-duofractievoorzitter Nicolien van Vroonhoven. Terwijl dat voor NSC belangrijk is om het onderlinge vertrouwen te behouden, zegt ze in een interview met Trouw.
De manier waarop bewindslieden en de coalitiefracties met elkaar en met anderen omspringen, leidde anderhalve week geleden bijna tot de val van het kabinet. NSC-staatssecretaris Nora Achahbar stapte op omdat ze de „polariserende omgangsvormen” niet meer kon verteren. NSC-collega’s in het kabinet volgden Achahbars voorbeeld uiteindelijk niet, maar de manieren en toon moeten wel verbeteren, onderstreept de regeringspartij sindsdien.
Bij het bezweren van de crisis tien dagen geleden in het Catshuis „spraken we af heel goed te kijken naar de omgangsvormen”, zegt Van Vroonhoven in de krant. „We moeten fatsoenlijker omgaan met elkaar.” Ze heeft „daar de andere partijen nadien in het openbaar weinig over gehoord, maar dat is voor ons heel wezenlijk. Dat heeft met vertrouwen te maken, dat heeft met elkaar heel laten te maken.”
„Iedereen focuste op wat er tijdens de ministerraad was gebeurd”, constateert Van Vroonhoven, die Pieter Omtzigt de afgelopen maanden als fractievoorzitter verving en die taak sinds Omtzigts terugkeer met hem deelt. Premier Dick Schoof en zijn ploeg trokken na het urenlange crisisoverleg vooral ten strijde tegen aantijgingen dat in het kabinet racistische uitlatingen zouden zijn gedaan. Maar kabinet en coalitie spraken toen óók af beter met elkaar om te gaan, aldus Van Vroonhoven. „Voor mij gaat het echt om die twee dingen.”
Schoof en andere bewindslieden willen nog altijd niets zeggen over wat er precies is gezegd in de ministerraad. De premier onderstreepte vrijdag nog eens dat er „geen ruimte is voor haat en onverdraagzaamheid”. Maar „de toon kan stevig of fel zijn” als verschillende overtuigingen botsen, zei hij.