Een eeuw geleden begon Gijs van Driesten een bouwbedrijf in Harskamp. Het bevindt zich nog steeds op dezelfde locatie, maar inmiddels is er veel veranderd. „In het begin vervoerden ze de bouwmaterialen met paard-en-wagen.”
Veel bouwondernemingen zijn gevestigd in moderne panden, op grote industrieterreinen. Het bedrijf waarover Anne van Driesten, kleinzoon van Gijs, al weer dertig jaar de scepter zwaait, staat echter in een buitengebied; ertegenover grazen koeien.
Dat landelijke beeld wordt nog versterkt doordat de voorzijde van de zaak eruit ziet als een landhuis, compleet met een fraai balkon. Dat zich daarachter kantoren bevinden, is niet direct zichtbaar, al kan een bezoeker aanvoelen dat hij met een bedrijf te maken heeft. Voor een raam hangen drie grote portretten: van opa Gijs, vader Joop en zoon Anne.
Ze zijn gemaakt in verband met het honderdjarig bestaan van het bedrijf. „Dat hoort erbij. We hebben mooie jubileumactiviteiten achter de rug”, geeft de 59-jarige directeur aan. Zijn werkkamer heeft iets huiselijks. Er is een open haard en er hangen verschillende schilderijen. Een ervan is een reproductie van Rembrandts ”De verloren zoon”.
Van Driesten: „Af en toe vraagt een bezoeker naar de betekenis van dat kunstwerk. Soms volgt er dan een mooi gesprek.”
Opa Gijs bouwde eerst zijn eigen boerderij en timmerwerkplaats, daarna breidde hij zijn onderneming uit. „Hij was een echte ondernemer, die na korte tijd mensen in dienst nam en steeds grotere projecten kon uitvoeren. Al snel volgde de eerste kerk.”
In bepaalde opzichten was de oprichter van het bouwbedrijf zijn tijd vooruit. Van Driesten: „Mijn opa bouwde kippenhokken in zijn werkplaats, waarna ze in één dag bij een boerderij konden worden neergezet. Toen was er dus al sprake van prefab. De materialen werden met paard-en-wagen naar hun bestemming gebracht.”
In de achterliggende eeuw tijd heeft het bedrijf veel goede en af en toe mindere tijden meegemaakt. Tijdens de financiële crisis in 2012 had de onderneming het lastig en moest afscheid worden genomen van een aantal werknemers. Gelukkig kwam er uitkomst, geeft Van Driesten aan. „Een jaar later werd ons een mooie opdracht in de schoot geworpen. We bouwden een kerk in Kesteren. In dezelfde wijk zouden bijna zeventig appartementen en twintig woningen verrijzen, maar de aannemer die ze wilde bouwen, ging failliet. Zonder dat we dat verwacht hadden, kregen wij die opdracht. Dat was een geschenk van Boven. Daar verwonder ik me nog steeds over. Tegenwoordig is er werk genoeg voor het team en zoeken we ook nog mensen.”
„Zonder dat we dat verwacht hadden, kregen wij een bepaalde opdracht. Dat was een geschenk van Boven” - Anne Driesten, directeur
Het bouwbedrijf van Anne van Driesten voert heel diverse klussen uit. „Gemiddeld hebben we vijftien projecten tegelijk onderhanden. Jaarlijks bouwen we zeker 200 huizen en appartementen. Ook doen we veel utiliteitswerk; zo bouwen we scholen en kerken. We werken momenteel aan een kerk in IJsselmuiden.”
Een welkome opdracht, maar minstens even enthousiast spreekt Van Driesten over de renovatie- en restauratieklussen. „Daar zijn voortdurend vier of vijf mensen mee bezig. Recent bouwden we een hangar uit de Tweede Wereldoorlog om tot bed and breakfast. Dan kunnen onze jongens echt hun vakmanschap laten zien.”
Knieproblemen
Van Driesten staat dan wel aan het roer van zijn onderneming, zonder zijn mensen redt hij het niet. „We moeten het samen doen.” Hij vindt het dan ook belangrijk om rekening te houden met de wensen en behoeften van zijn medewerkers. Zo denkt de ondernemer mee als iemand problemen heeft.
Van Driesten: „We kunnen sociale hulp inschakelen en hebben afspraken met een fysiotherapeut. Als dat nodig is, kan een werknemer daar binnen 24 uur terecht.”
Voor oudere personeelsleden worden bepaalde taken soms zwaar. Daar probeert het bedrijf maatwerk te leveren, geeft Van Driesten aan. „Zo werkt een bouwvakker met knieproblemen tegenwoordig in de houtskeletbouw.”
__