Bijna de helft van het totale budget van het ministerie van Justitie en Veiligheid gaat jaarlijks naar de politie. De Tweede Kamer heeft weinig te zeggen over de verdeling van het politiegeld, schrijft de Rekenkamer. Het speelt mee dat tot nu toe niet bekend was hoeveel geld naar elk van de vier wettelijke taken gaat.

Ongeveer de helft van de opsporingskosten gaat direct naar de recherche. De andere helft gaat naar delen van de politie die helpen bij opsporing, zoals de politieacademie.

De verdeling per wettelijke taak van de andere 5,1 miljard euro blijft onduidelijk. „Dat komt doordat bijvoorbeeld de hulpverleningstaak en het handhaven van de openbare orde in de dagelijkse uitvoering van het politiewerk door elkaar heen lopen en niet goed van elkaar te scheiden zijn”, schrijft de Rekenkamer.

De Kamer heeft nog niet veel aan deze eerste schattingen van de Rekenkamer, reageerde Songül Mutluer (GroenLinks-PvdA). „Maar het is wel een begin. We hebben aangegeven dat we, zonder op de stoel van de politie te zitten, inzicht willen krijgen in hoe deze miljarden worden besteed.” Het Kamerlid is verbaasd dat de verdeling over de andere drie politietaken onduidelijk blijft.

In de praktijk is de besteding van het politiebudget wel duidelijk. Voor salarissen worden jaarlijks miljarden euro’s opzijgezet, voor vervoer en huisvesting honderden miljoenen. Mutluer vindt het belangrijk om ook de verdeling van het geld over de vier wettelijke taken helder te hebben. „Omdat je dan ook kan bijsturen.”

Mutluer benadrukt dat de politie over haar eigen beleid gaat, en dat er terecht meer geld naar de politie gaat dan voorheen. „Dan moet je ook goed kijken naar wat je wel doet en wat je niet doet.” De Tweede Kamer debatteert volgende week over de justitiebegroting van 2025.