Jeugdombudsman wil dat Den Haag meer doet voor leerlingenvervoer
Den Haag moet meer doen om te zorgen dat kinderen met leerlingenvervoer naar het speciaal onderwijs kunnen worden gebracht. Dat stelt de lokale jeugdombudsman. Die vindt dat de gemeente mensen beter moet helpen, want „ouders en begeleiders weten niet altijd wat mogelijk is en welke voorwaarden gelden om recht te hebben op leerlingenvervoer”.
De Jeugdombudsman Den Haag had het onderzoek naar leerlingenvervoer vorig jaar aangekondigd, naar aanleiding van meldingen van enkele ouders. Hun aanvragen waren afgewezen, bijvoorbeeld omdat ambtenaren vonden dat een kind maar naar de dichtstbijzijnde school moest gaan, zonder dat ze hadden bekeken wat voor het kind de beste oplossing was. Ouders moesten er zelf maar voor zorgen dat hun kinderen op tijd op school kwamen. Dat lukte soms niet, waarop ouders om hulp vroegen, maar de gemeente hield zich afzijdig.
In zijn rapport concludeert de Haagse jeugdombudsman dat de gemeente „niet altijd de gezinssituatie en het belang van het kind goed in beeld heeft” en dat de gemeente „geen rol ziet voor zichzelf als een kind schooluren mist”. In 2020 had de ombudsman hier ook al over geklaagd, maar de gemeente heeft volgens het onderzoek te weinig gedaan met de aanbevelingen van toen.
Belangenorganisaties klagen al langer over grote problemen in het vervoer van kinderen naar het speciaal onderwijs en terug naar huis. Taxi’s en busjes komen vaak te laat of helemaal niet, en kinderen zijn soms uren onderweg. Nieuwe aanvragen kunnen niet altijd in behandeling worden genomen. Dat komt mede door een groot tekort aan chauffeurs.