Cybercrime
Nederland loopt achter bij aanpak cybercrime

Nederland en andere landen lopen achter bij de aanpak van onlinecriminaliteit. Dat stelde justitieminister David van Weel donderdag in een Kamerdebat.

Redactie politiek
David van Weel, minister van Justitie en Veiligheid, in de Tweede Kamer. beeld ANP, Remko de Waal
David van Weel, minister van Justitie en Veiligheid, in de Tweede Kamer. beeld ANP, Remko de Waal

„We hebben deze markt ondergereguleerd, we hebben te laat een been bijgetrokken, als overheid, maar ook als opsporingsdiensten. Dat betekent dat we nu een inhaalslag te maken hebben”, stelde de minister.

Van Weel verwees naar nieuwe Europese regels, waardoor duizenden organisaties verplicht zijn hun digitale verdediging te verbeteren. Die regels laten volgens hem zien dat Europa is begonnen aan een inhaalrace en orde probeert te scheppen. „Maar we lopen ook tegen drempels aan, tegen fysieke grenzen die in de onlinewereld niet uitmaken. Je kunt net zo goed opgelicht worden door iemand in Nigeria als door iemand in Zuid-Limburg”, zei hij.

Het debat ging ook over een regeling die PNBF wordt genoemd. Wanneer mensen opgelicht worden en het bankrekeningnummer van de oplichter weten, kunnen die gedupeerden de naam, het adres en de woonplaats van de oplichter opvragen bij de bank, zodat ze het geld kunnen terughalen. Maar hoe vaak dat gebeurt, is niet duidelijk, onder andere omdat banken onderling niet goed samenwerken en dat ook niet centraal registreren.

Van Weel wil de regeling bekender maken. Verder wil hij ook kijken naar methoden om zogenoemde ”resellers” beter te kunnen controleren. Daaronder zijn buitenlandse partijen die Nederlandse servers gebruiken om illegaal materiaal aan te bieden, of om anderen de ruimte te geven illegaal materiaal te delen. Zulke aanbieders zijn vaak niet in Nederland geregistreerd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer