AIV-advies over nieuwe Israëlkoers botst met politieke realiteit
Nederland moet in het Israëlisch-Palestijnse conflict een nieuwe koers varen, vindt de AIV, een adviesorgaan van de regering. Dat de regering ook omstreden aanbevelingen opvolgt, is gezien de huidige politieke constellatie voorlopig echter zeer onwaarschijnlijk.
Erken zo spoedig mogelijk „de Palestijnse Staat”, en wacht daar niet mee tot er een vredesovereenkomst is gesloten. Dat is een van de aanbevelingen in het woensdag naar buiten gebrachte rapport van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV). Ook moet Nederland bereid zijn het Associatieverdrag tussen de EU en Israël op te schorten, al dan niet gedeeltelijk.
Het onafhankelijke adviesorgaan van kabinet en Kamer, dat onder leiding staat van oud-minister Bert Koenders (PvdA), signaleert dat in het Israëlisch-Palestijnse conflict het afgelopen jaar „nieuwe humanitaire, politieke, morele en internationaalrechtelijke dieptepunten” zijn bereikt. Duidelijk is volgens de AIV dat externe, internationale druk „noodzakelijk is voor de-escalatie en conflictoplossing”, maar dat die druk veelal ontbreekt.
De AIV schrijft een groeiend risico van politieke en juridische medeplichtigheid voor Nederland te zien. Nederland moet, vindt het adviesorgaan, erkennen dat zij als zogeheten derde staat de verplichting heeft op geen enkele manier bij te dragen aan de instandhouding van „de voortdurende bezetting en het niet erkennen van het Palestijnse recht op zelfbeschikking door Israël”.
Verzet
In het ongevraagde advies, getiteld ”Naar een nieuwe koers voor Nederland in het Israëlisch-Palestijnse conflict”, legt de AIV met name de vinger bij het optreden en beleid van Israël. Ook valt op dat het adviesorgaan schrijft dat de Palestijnen naast het recht op zelfbeschikking ook het recht op „verzet” hebben. Daarnaast omschrijft de AIV Hamas niet klip-en-klaar als terroristische groepering, in tegenstelling tot IS en Al-Qaeda, die ook worden genoemd in het rapport. Wel wordt de aanval van Hamas op 7 oktober 2023 terroristisch genoemd en pleit de AIV voor ontwapening van de organisatie.
Als het gaat om erkenning van een Palestijnse staat, is het standpunt van de huidige en ook vorige regeringen dat dit pas aan de orde is als er een vredesakkoord ligt. Nog niet een derde van de Tweede Kamer wil dat Nederland die stap onmiddellijk zet. De AIV vindt overigens wel dat aan erkenning voorwaarden moeten worden gesteld, namelijk: een nieuw gekozen en breed gedragen Palestijns leiderschap, ontwapening van Hamas en erkenning van de staat Israël.
Het is verder zeer de vraag of Nederland zich zal inzetten voor het –al dan niet gedeeltelijk– opschorten van het Associatieverdrag tussen de EU en Israël vanwege „schendingen”. Vooralsnog lijkt het kabinet daar niet toe bereid. Nog onwaarschijnlijker lijkt intensivering van de steun aan de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNRWA.
Onder andere de aanbevelingen om meer dan nu voorwaarden te stellen aan steun aan de Palestijnse Autoriteit en om meer te doen om indirecte betrokkenheid bij Israëlische nederzettingen tegen te gaan, maken meer kans op een positieve reactie van het kabinet.
Politieke munitie
In de gebruikelijke kabinetsreactie op adviezen van de AIV zal buitenlandminister Caspar Veldkamp ongetwijfeld uitspreken dat het kabinet zich in veel passages in het rapport kan vinden. Het is echter niet te verwachten dat onder dit kabinet en met de huidige coalitie grote wijzigingen in het Israëlbeleid worden doorgevoerd. Voor veel oppositiepartijen biedt het rapport echter welkome politieke munitie, die de komende tijd in debatten zeker zal worden gebruikt.
Tegelijk is bij de vooruitblik op wat het kabinet wel of niet zal doen ook terughoudendheid geboden. Belangrijk is namelijk dat het Israëlbeleid voor een groot deel een vrije kwestie is voor de vier coalitiepartijen. Nieuwe ontwikkelingen –te denken valt bijvoorbeeld aan het faciliteren door Israël van Joodse nederzettingen in Gaza– kunnen ervoor zorgen dat coalitiepartijen NSC en/of VVD alsnog meer druk op Israël willen uitoefenen.
SGP-leider Chris Stoffer stelt in een reactie dat „de sleutel tot de-escalatie van het conflict” niet in de eerste plaats bij Israël, maar bij Hamas ligt. „Pas als Hamas de gijzelaars vrijlaat, kan er zicht komen op een staakt-het-vuren.”
„En zolang Hamas de haat tegen onschuldige burgers in Israël zwaarder laat wegen dan de levens van de Palestijnse bevolking, kan er geen sprake zijn van een tweestatenoplossing”, vult hij aan. „Overwegingen over de oprichting van een Palestijnse staat, zijn in deze omstandigheden ondenkbaar en onverantwoord.”