OpinieCommentaar
EU moet kalmte bewaren rond asiel

Premier Dick Schoof maakte donderdag en vrijdag zijn opwachting op het Europese podium. Samen met zijn collega-EU-leiders verkende hij daar in hoeverre het haalbaar is om de EU-asielregels opnieuw tegen het licht te houden. Voor veel EU-landen is dat een diep gekoesterde wens.

Hoofdredactie
Minister-president Dick Schoof staat de pers te woord na de EU-top. beeld ANP, Remko de Waal
Minister-president Dick Schoof staat de pers te woord na de EU-top. beeld ANP, Remko de Waal

Vooraf wekte het de nodige bevreemding dat het onderwerp asielmigratie de agenda van deze EU-top domineerde. De inkt van een nieuw EU-asielmigratiepact, dat het Europarlement afgelopen voorjaar bekrachtigde, is immers nog maar nauwelijks droog en aan dat pact gingen langdurige en slepende onderhandelingen vooraf. Alles bij elkaar duurden die acht jaar.

Het is een gangbare Europese praktijk om na het afhechten van een dergelijke monsterklus goed de tijd te nemen en te wachten tot de gevolgen van de besluitvorming ietwat zijn uitgetrild. Dat gebeurt nu niet en dat is spijtig. Dat het pact de EU een veelbelovende kans biedt om de grip op migratie te versterken, staat immers buiten kijf; evenals het feit dat het heropenen van de onderhandelingen niet zonder risico’s is.

Niet uit te sluiten is echter dat dit scenario van hernieuwde discussie en onenigheid zich de komende tijd toch voordoet. Meerdere EU-regeringsleiders, Schoof incluis, pleitten op de EU-top namelijk voor een nieuwe EU-asielterugkeerwet; boven op het pact. Voor Nederland zou die het bijvoorbeeld mogelijk moeten maken Afrikaanse asielzoekers die in Nederland zijn uitgeprocedeerd uit te wijzen naar Uganda; een plan waarmee de PVV woensdag op de proppen kwam.

Het agenderen van zo’n wet is begrijpelijk, in het licht van de electorale verschuivingen en de opmars van populistische partijen; ook in Nederland. Tegelijkertijd rijst de vraag of de regeringsleiders, inclusief Schoof, zich daar niet te veel door laten opjagen. Bieden bilaterale afspraken, zoals bijvoorbeeld die tussen Nederland en Marokko, in dezen niet meer soelaas?

In maart waarschuwde de Staatscommissie Demografische Verkenningen 2050 indringend dat Nederland meer grip moet krijgen op migratie. De commissie drong echter niet zozeer aan op een terugkeerwet, maar gaf het kabinet in overweging een uitzonderingspositie voor Nederland te bepleiten als het pact straks in werking treedt, gezien de demografische situatie van ons land. Die is gelet op de bevolkingsdichtheid uitzonderlijk te noemen. Hopelijk slaat Schoof die raad niet zomaar in de wind.

De deal die de EU-landen eerder beklonken kon alleen worden gesloten doordat er in de beleving van de noordelijke en de zuidelijke EU-landen een precaire balans was bereikt. De zuidelijke landen zouden hun controle op de EU-buitengrenzen versterken, de noordelijke zouden in uitzonderlijke situaties bereid zijn asielzoekers uit Italië, Spanje of Griekenland over te nemen, of bij te dragen in de kosten voor de asielopvang. Het zou desastreus zijn als een nieuwe strijd om ruimere terugkeerregels –vanouds een gevoelige kwestie in Europa– dit met veel pijn en moeite gesloten pact op losse schroeven zet.

Het commentaar vertolkt de mening van het Reformatorisch Dagblad en is geschreven door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer