Het dorpje is misschien lang niet zo bekend als Bedford. Toch speelt het in het leven van John Bunyan en in zijn boek ”De Christenreis” een belangrijke rol: Elstow. Op bezoek bij de kerk met de „enge poort”, en bij de locatie waarop Bunyans verhaal over de IJdelheidskermis zou teruggaan.
In Elstow, net ten zuiden van Bedford, werd John Bunyan geboren. In de Elstow Abbey, church of St Mary & St Helena, werd de kleine John in 1628 gedoopt. De jongen groeide op in het dorpje, speelde er met andere kinderen en woonde er meer dan twintig jaar. Geen wonder dat bepaalde plaatsen uit zijn bekende boek ”De Christenreis” herleidbaar lijken tot plaatsen in zijn geboortedorp en omgeving.
Spinnenwebben
Bij de Elstow Abbey is het op deze mooie septembermiddag stil. Een paar grijze eekhoorns rennen energiek tussen de grafzerken. Sommige daarvan zijn van recente datum, andere eeuwenoud, verzakt en haast onleesbaar. Een bordje naast het pad wijst de bezoekers erop dat het niet is toegestaan op de graven te lopen en spullen mee te nemen.
De kerk is gesloten. De toren staat er los van. In de muren van het oude bedehuis is een poortje aangebracht. De planken die eroverheen zijn getimmerd, zijn oud en verweerd. Het poortje is al lang niet open geweest, getuige ook de spinnenwebben.
Een tweede poortje, in de andere muur, is nog veel kleiner; je zou er gebukt net door naar binnen kunnen. Staat het model voor het poortje in zijn beroemde boek De Christenreis? Bunyan schrijft – terwijl hij Evangelist aan het woord laat– daar zelf over: „Ziet u daarginds wel een klein, eng poortje?” En verderop: „Ik ga naar het kleine poortje, dat ginds voor mij ligt; want daar, zoals mij verteld is, zal mij de weg gewezen worden, om van deze zware last ontheven te worden.”
IJdelheidskermis
Pal naast de kerk en het uitgestrekte kerkhof ligt een groot grasveld, Elstow Green. Twee mensen laten er hun hond uit. Op een bankje zit een man een appel te eten en de krant te lezen. Op het grasveld ligt een afgebroken stuk van een middeleeuws kruis. Wellicht was dit de plaats waar de jonge Bunyan met zijn vrienden het pinkelspel speelde. Ook werden er op dit veld allerhande festiviteiten georganiseerd. Mogelijk ligt hier ook de basis voor het hoofdstuk over de IJdelheidskermis, die in De Christenreis uitvoerig beschreven staat: „Een kermis of jaarmarkt waarop allerlei ijdelheid te koop zou zijn en die het hele jaar duren zou. (…) Op deze kermis is altijd te zien huichelarij, bedrog, schouwspelen, dansen en springen, gekken, apen, boeven en schelmen van allerlei slag.”
Op Elstow Green staat de Moot Hall, een uniek en eeuwenoud markthuis. Bunyan zou hier hebben leren dansen en zijn grootvader Thomas woonde naast dit pand, dat ook in gebruik was als rechtbank. Van 1812 tot 1910 werd het gehuurd door de kerkelijke gemeente van Elstow, die het als kapel en zondagsschool gebruikte. Het gebouw, nu in gebruik als museum, is momenteel gesloten. In het museum staat onder meer de preekstoel van voorganger Christopher Hall, predikant in Elstow, en het middel in Gods hand waardoor Bunyan tot verandering kwam.
Palmtakken
Bij de begraafplaats naast de kerk van Elstow stopt een auto. Een vrouw stapt uit en gaat met wat bloemen het oudste deel van de begraafplaats op. Wie overigens denkt dat Bunyan hier begraven ligt, evenals zijn ouders en zijn zus, dat is het niet het geval. Zijn graf is te vinden op Bunhill Fields in Londen, waar ook andere puriteinen uit die tijd begraven liggen.
In 1688 was Bunyan onderweg en schuilde, overvallen door hevige regenbuien, bij een vriend in Londen waar hij doorweekt van de regen binnenkwam. Een paar dagen later stierf de schrijver van De Christenreis, om in te gaan in de eeuwige heerlijkheid waarover hij zelf schreef: „De stad blonk als de zon; de straten waren van goud en daarop wandelden er velen met kronen op de hoofden en palmtakken in de handen en gouden harpen om daarmee lof te zingen.”