Uit recent opinieonderzoek blijkt dat de meerderheid van de Amerikanen vindt dat geen van beide presidentskandidaten duidelijk godsdienstig is.
Als het om Donald Trump gaat, dan zegt 64 procent van de volwassenen in de Verenigde Staten dat hij voor hen niet overtuigend godsdienstig is. Van zijn rivaal Kamala Harris zegt 53 procent hetzelfde. Dat blijkt uit onderzoek van Associated Press en NORC Center for Public Affairs. Een meerderheid zegt ook dat geen van beide kandidaten christelijk genoemd kan worden.
Bijna de helft van de Amerikanen vindt niet dat Trump of Harris hun persoonlijke geloofsopvattingen vertegenwoordigen. Zij zien tussen de kandidaten en zichzelf een grote kloof als het gaat om het geloof. Opvallend is dat de meerderheid van de witte evangelicals die bij de laatste drie verkiezingen op Trump hebben gestemd zegt dat hij „absoluut” niet hun geloofsovertuiging deelt. Wel stelt de helft van de witte evangelicals dat Trump hun religieuze overtuiging of opvattingen beter vertegenwoordigt dan Harris. Bij de zwarte protestanten is dat juist omgekeerd.
Kiezers zijn ook terughoudend om termen als eerlijk en moreel aan de kandidaten toe te schrijven. Ongeveer een derde van de respondenten vindt dat omschrijvingen als eerlijk of moreel buitengewoon of zeer goed bij Harris passen. Ongeveer 15 procent van de deelnemers aan het onderzoek vindt Trump eerlijk of moreel.
Hindoetempel
Zowel Trump als Harris zegt zelf een christelijke levensovertuiging te hebben. Harris behoort tot een zwarte protestantse kerk in San Francisco. Ze groeide op in een interreligieus gezin. Dat betekende dat ze in haar jeugd zowel een hindoetempel als een baptistengemeente bezocht. Haar man is joods.
Trump was voorheen aangesloten bij een presbyteriaanse kerk. Sinds enkele jaren noemt hij zich „ongebonden, niet-confessioneel christen”. Tijdens zijn presidentschap omringde hij zich met een groep evangelische voorgangers. De tv-predikante Paula White, bekend vertegenwoordigster van de welvaartstheologie, was een van zijn voornaamste adviseurs.
Beide kandidaten spreken tijdens deze campagnebijeenkomsten of in interviews zelden of nooit over hun geloof. Het punt kwam ook niet aan de orde tijdens het debat dat de twee rivalen begin september hadden.
Wel heeft Trump enkele malen zijn persoonlijk geloof ter sprake gebracht in gesprekken over de recente moordaanslagen. In een interview na de schietpartij op een bijeenkomst in Pennsylvania zei hij dat hij „door geluk of door God” was gespaard. In een ander bericht op zijn socialemediaplatform bedankte hij zijn supporters voor hun „gedachten en gebeden” en voegde eraan toe dat „het alleen God was Die het ondenkbare voorkwam”.
De Harriscampagne nam in augustus Jennifer Butler, een progressieve presbyteriaanse predikant, op in haar team om de contacten met gelovigen te intensiveren. Zo onderhoudt Butler contact met de groep Evangelicals for Harris.
Eerder deze maand kondigde de Trumpcampagne aan dat Ben Carson, voormalig minister van Volkshuisvesting en Stedelijke Ontwikkeling, is aangesteld als voorzitter van de adviesgroep National Faith. Carson is zevendedagsadventist. „Er is maar één kandidaat in deze race die religieuze vrijheid heeft verdedigd en gelovige Amerikanen heeft gesteund. Die kandidaat is Donald J. Trump”, zegt Carson.
Pew Research Center ontdekte in een onderzoek dat deze maand werd vrijgegeven dat meerderheden van blanke evangelicals, blanke katholieken en blanke protestanten Trump steunen. Harris heeft ondertussen twee derde of meer steun onder zwarte protestanten, Latijns-Amerikaanse katholieken en joodse kiezers.
