De Turkse president Recep Tayyip Erdogan heeft voor zijn vertrek naar het hoofdkwartier van de VN in New York gezegd dat hij heeft gevraagd om een onderhoud met zijn Syrische ambtgenoot Assad. Hij wil de relaties tussen de buurlanden normaliseren. Turkije en Syrië verbraken de diplomatieke betrekkingen in 2011 aan het begin van de burgeroorlog in Syrië. Erdogan heeft rebellen die het regime van Bashar al Assad omver willen werpen ook met wapens gesteund en is altijd een verklaard tegenstander geweest van het bewind van Assad. Turkije heeft daardoor grote delen van het noorden van Syrië in handen.
Het Syrische regime heeft echter dankzij steun uit Rusland, Iran en de Libanese beweging Hezbollah de burgeroorlog overleefd. En Turkije is overspoeld door meer dan 3,2 miljoen Syrische vluchtelingen. Erdogan heeft recent Assad uitgenodigd naar Turkije te komen om in gesprek te gaan. Maar Damascus stelt dat er geen dialoog mogelijk is zolang Turkije Syrisch grondgebied bezet. Erdogan heeft nog geen reactie uit Syrië gehad op zijn uitnodigingen.
In New York begint de jaarlijkse top van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Erdogan voert naar verwachting maandag het woord. Hij zei dat de nadruk ligt op het stoppen van de gruwelen die Israël in de Gazastrook pleegt. Ook is hij bezorgd over de recente Israëlische aanvallen op Libanon, omdat die volgens hem een grotere oorlog in de regio kunnen ontketenen. Volgens Erdogan moeten de internationale gemeenschap en vooral de westerse landen serieuze maatregelen nemen „tegen de genocide in Gaza en tegen de agressieve Israëlische politiek”.