BuitenlandSombere toekomst

Tien jaar na IS willen christenen in Irak nog steeds weg

Van 1,5 miljoen naar 150.000. Het christendom in Irak was al tijden een wankel bouwwerk, maar nu, tien jaar na Islamitische Staat, is er niet veel meer voor nodig om ook de laatste christenen te verjagen. Zij, en andere minderheden in het land, blijven zich bedreigd voelen – ook nadat het kalifaat is verslagen.

Jacob Hoekman
21 September 2024 08:26
Een jongen staat bij een Syrisch-katholieke kerk in de overwegend christelijke stad Qaraqosh, in de provincie Ninevé. Veel christenen zien er geen toekomst meer. beeld AFP, Zaid Al-Obeidi
Een jongen staat bij een Syrisch-katholieke kerk in de overwegend christelijke stad Qaraqosh, in de provincie Ninevé. Veel christenen zien er geen toekomst meer. beeld AFP, Zaid Al-Obeidi

Islamitische Staat (IS) is niet weg. Dat kan iedereen in Europa weten. In Oostenrijk werden deze zomer drie grootschalige popconcerten van zangeres Taylor Swift afgelast nadat twee door IS geïnspireerde tieners plannen hadden voor een aanslag. Andere terroristen oogstten wel ‘succes’, zoals in maart, toen IS-sympathisanten 145 mensen vermoordden tijdens een concert in Moskou. Dodelijke steekpartijen door IS-rekruten in Duitsland zorgden eveneens voor veel onrust.

Die aanslagen halen volop het nieuws, en terecht. Maar wie weet dat Islamitische Staat gemiddeld elke dag een aanslag pleegt in Irak en Syrië? Meestal zijn de doelwitten andere moslims, zoals afgelopen week, toen soennitische IS-strijders vijf sjiitische Hezbollahaanhangers om het leven brachten in Syrië. Soms ook zijn andere minderheden het doelwit.

In totaal heeft IS in Syrië en Irak in het eerste halfjaar van 2024 al meer dan 150 aanslagen gepleegd – als het in dit tempo doorgaat, worden het er twee keer zo veel als vorig jaar. Het is dan ook niet zo gek dat de aanwezige troepen in die landen nog steeds volop jacht maken op de naar schatting enkele duizenden actieve IS-strijders.

Iraakse militairen en milities op patrouille in de strijd tegen Islamitische Staat, in de noordwestelijke provincie Ninevé. beeld AFP, Zaid Al-Obeidi

Eind augustus nog voerden de Amerikaanse troepen in het westen van Irak een grote actie uit waarbij ze vier IS-leiders om het leven brachten. Een van hen was Abu Ali al-Tunisi, het hoofd van de explosievenafdeling van IS. Er stond een beloning van 5 miljoen dollar op zijn hoofd.

Extreem

Dit soort berichten haalt nauwelijks nog het nieuws, maar dat is verraderlijk: het verbloemt dat de activiteit van IS in het hartland van de Levant flink aan het toenemen is. Het verbloemt ook hoe extreem IS nog altijd is in zijn ideologie. Tot tien jaar geleden was het de naam Al-Qaida die mensen het meest angst inboezemde, maar IS heeft laten zien dat het spectrum van geweld en wreedheid nog een stuk verder kon worden uitgebreid.

Dat geweld is gericht op eigenlijk iedereen die hun extreme ideologie niet deelt: van meer gematigde moslims tot de vele minderheden in Syrië en Irak. Tien jaar geleden zag de wereld dat voor het eerst. In de zomer van 2014, ruim een decennium nadat de Iraakse dictator Saddam Hoessein van zijn voetstuk werd gestoten en Irak in chaos werd gestort, veroverde IS in sneltreinvaart grote delen van Irak en Syrië. De ooit zo diverse stad Mosul werd een bolwerk van de wreedste terreurgroep van de moderne tijd.

Ook liepen de terroristen de even verderop gelegen Vlakte van Ninevé, de Biblebelt van Irak, onder de voet. De belangrijkste stad op die vlakte, Qaraqosh, werd vervolgens een centrum voor activiteiten van IS. Kerken werden onder meer gebruikt voor schietoefeningen. De meeste van de 60.000 inwoners wachtten dat niet af; ze vluchtten massaal naar het verderop gelegen Erbil en vanaf daar naar andere landen.

Nu, tien jaar later, zijn sommigen schoorvoetend teruggekeerd. Maar te midden van het recent oplevende geweld weten veel christenen één ding zeker: er is nauwelijks een levensvatbare toekomst voor hen in Irak of Syrië.

Nadia

Natuurlijk zijn er uitzonderingen, zoals Nadia. Ik ontmoet haar in Mosul. Ze laat zich niet verjagen, zegt ze in haar huis in het moderne deel van de stad. Dat huis is nieuw; van haar voormalige woning in het oude deel van Mosul is niet veel meer over.

Op mijn verzoek gaan we naar die oude wijk, aan de overkant van de Tigris. Door het puin lopen we naar de plaats waar haar huis heeft gestaan. De muur om de binnenplaats staat als enige nog overeind. Boven de poort staat nog altijd de Arabische letter N, van Nasrani. Dat is het woord dat de Koran gebruikt voor christenen. IS kalkte die letter op de huizen van christenen in hun kalifaat, zodat duidelijk was van wie ze de belasting voor niet-moslims konden innen.

Nadia op de puinhopen van haar woning. beeld Jacob Hoekman

Huilend staat Nadia op de puinhopen. Ze is hier al een tijd niet meer geweest, snikt ze. De herinneringen die hier liggen, tussen de met onkruid begroeide steenhopen, zijn te zwaar om te kunnen dragen. Ik voel me schuldig: ik had haar beter met rust kunnen laten in het moderne deel van Mosul in plaats van deze wonden opnieuw open te rijten.

Te laat

Er zijn veel pogingen gedaan om méér mensen zoals Nadia in Mosul te houden. De paus bezocht de stad in 2021 tijdens een historische reis, en met hulp van allerlei instanties startten omvangrijke restauratieprojecten waar ook kerken van profiteerden.

Wie nu het moderne deel van Mosul bezoekt, ziet vrolijke mensen in parken terwijl restaurants goede zaken doen. Op het oog lijkt de restauratie goed geslaagd. Maar de diversiteit van vroeger is weg.

Vooral christenen durven het niet meer aan. Zij willen niet langer wonen in een land waar de buurman op een kwade dag zich tegen je kan keren en zich kan aansluiten bij een gewelddadige groepering. Maar de kans op hernieuwd sektarisch geweld is niet de hoofdreden voor veel vertrekkers.

De meest genoemde reden voor emigratie is economisch van aard. Wie je het ook vraagt in Qaraqosh, de meeste mensen klagen over de magere economische vooruitzichten. Wie hier een gezin wil grootbrengen zonder werk, moet erg creatief zijn. En natuurlijk heeft die reden indirect wel degelijk te maken met wat er de afgelopen jaren is gebeurd. Als minderheden in Irak er volop bij zouden horen, zouden de vooruitzichten veel beter zijn.

Maar nu? Het is te laat, zoals ik hoor van jongeren op het plein voor de belangrijkste kerk in Qaraqosh. Het feit dat vrijwel iedereen al familieleden in het buitenland heeft, maakt het voor de overblijvers nog moeilijker om te blijven.

Het gevolg van dit alles? Op dit moment zijn er naar schatting nog zo’n 150.000 christenen in Irak over – tegen minstens het tienvoudige twintig jaar geleden. De conclusie is dan ook weinig opbeurend. Twintig jaar na de verdrijving van Saddam Hoessein en tien jaar na de opkomst van Islamitische Staat wordt het voortbestaan van het christendom in Irak meer bedreigd dan ooit tevoren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer