Landbouwminister Femke Wiersma praat deze donderdag bestuurders van boerenorganisaties bij over haar plan voor aanpak van de mestcrisis. De Telegraaf schrijft over een „ingrijpend pakket” dat de hele veehouderij pijn gaat doen.
De details van Wiersma’s plan zijn nog niet uitgelekt. Die ontvouwt de bewindsvrouw vrijdag na de ministerraad in een brief aan de Tweede Kamer. Tot dan willen boerenbestuurders nog niet reageren.
Volgens een ingewijde doet de minister donderdag „een belrondje”, dat „waarschijnlijk bedoeld is om te zorgen dat de reacties mild gaan zijn. Maar het belooft niet veel goeds.” „We houden ons hart vast”, laat een ander weten.
Scherpe kantjes
De hoofdlijn van de aanpak die Wiersma zal presenteren, is de afgelopen weken al wel duidelijk geworden. Het komt erop neer dat Wiersma in ieder geval deels voortbouwt op de lijn die haar voorganger Piet Adema heeft ingezet, hoewel ze aangeeft te bekijken of ze de scherpe kantjes daar vanaf kan vijlen.
Zo komt er een brede uitkoopregeling voor boeren die willen stoppen met hun bedrijf. Dat zal de mestproductie verlagen, maar wellicht nog onvoldoende om onder de aangescherpte plafonds voor fosfaat en stikstof te komen die de Europese Commissie Nederland vanaf 2025 oplegt.
De meeste pijn doet een maatregel die de hele veehouderij raakt, dus niet alleen de melkveehouderij waar het mestprobleem speelt. Dit betreft de afroming van dierrechten (bij kippen en varkens) en fosfaatrechten (bij melkkoeien) op het moment dat boeren hun bedrijf aan een collega verkopen. Adema wilde die met 30 procent korten. Wiersma zei afgelopen zomer in de Kamer dat ze wil kijken of het met minder kan. Volgens De Telegraaf schaalt ze het „iets naar beneden af”.
Inkrimpen
Hoe dan ook, zo’n afroming komt erop neer dat de hele veestapel moet krimpen, niet alleen de melkveestapel maar ook de aantallen kippen en varkens. „De kaasschaaf gaat over alle sectoren”, aldus een ingewijde.
Pluimvee- en varkenshouders vinden dat onrechtvaardig. De pluimveehouderij heeft geen mestprobleem: die sector heeft al vele jaren een eigen energiecentrale in Moerdijk waar een derde van de Nederlandse pluimveemest wordt verbrand om stroom op te wekken voor de aangesloten boeren en 45.000 huishoudens. De overblijvende as is een waardevolle meststof voor de akkerbouw. De varkenshouderij liep de afgelopen jaren voorop bij het halen van mest- en milieudoelen en heeft daardoor al een fors bijdrage geleverd.
En dan is er nog de mogelijke invoering van grondgebondenheid in de melkveehouderij, wat Adema van plan was. Dit betekent dat er een maximum komt voor het aantal koeien dat boeren per hectare mogen houden. Of Wiersma dit doorzet, is nog onbekend.
Volgens een ingewijde kan de melkveehouderij wel leven met grondgebondenheid op sectorniveau (een bovengrens voor alle bedrijven samen), maar zou grondgebondenheid op bedrijfsniveau (een bovengrens voor elke individuele boer) een ramp zijn. Dat laatste zou veel intensieve melkveebedrijven (met veel koeien op weinig grond) „de kop kosten”.
Reactie LTO
Land- en tuinbouworganisatie LTO laat in een schriftelijke verklaring weten „ontstemd” te zijn over het nieuws dat De Telegraaf donderdag naar buiten bracht. „De sector heeft eerder dit jaar een samenhangend mestplan aangeboden aan voormalig minister Adema. Daarin staan verschillende stevige maatregelen, zoals afroming buiten familieverband in de melkveehouderij. Voor ons mestplan geldt echter dat maatregelen die de sector kan en wil nemen, onlosmakelijk samenhangen met het verlengen van een vorm van derogatie en verbeterde mogelijkheden tot mestverwerking”, aldus LTO.
De derogatie waarnaar de organisatie verwijst, is de ruimte die Nederlandse boeren jarenlang van Brussel kregen om meer mest uit te rijden dan de Europese basisnorm. Die ontheffing wordt tot 2026 stapsgewijs afgebouwd.
LTO wijst er verder op dat de pluimvee- en varkenshouderij „beperkt bijdragen aan het mestoverschot” en dat in deze sectoren veel boeren zich hebben aangemeld voor de lopende vrijwillige opkoopregelingen. „Gedwongen krimp van deze sectoren dan ook niet te verdedigen”, aldus LTO. De organisatie zegt de Kamerbrief van minister Wiersma af te wachten en dan meer inhoudelijk te reageren.