Na twee dagen overleg met alle politieke partijen maakte de Franse president Emmanuel Macron maandag bekend geen vertrouwen te hebben in een linkse regering in Frankrijk. Inmiddels is een nieuwe gespreksronde van start gegaan. Maar een uitweg uit de politieke impasse is nog altijd niet in zicht.
Macron ontving woensdag een delegatie van de Republikeinen op het presidentiële Elysée-paleis. Een dag eerder had de president overleg met coalitiegenoten van Mouvement démocrate en Horizons, en ontving hij vertegenwoordigers van de centristische groep LIOT. Delegaties van de linkse partijen Parti socialiste (PS), de groupe Écologiste (ÉCO) en de Parti communiste français (PCF) wilden niet opnieuw met Macron in gesprek.
De weigering volgt op het maandag genomen besluit van de president om geen goedkeuring te geven aan een linkse regering met het radicaal-linkse La France Insoumise (LFI) en de beslissing om LFI –net als het radicaal-rechtse Rassemblement national– niet uit te nodigen voor de tweede gespreksronde. Macron zegt daarmee naar „stabiliteit” te streven.
Daarom wil de president dat PS, ÉCO en PCF LFI laten vallen. Samen vormden de partijen het Nieuw Volksfront (NFP), dat als winnaar uit de vervroegde parlementsverkiezingen van juli kwam. Het linkse blok kreeg echter geen absolute meerderheid in het parlement.
Machtsgreep
LFI-oprichter Jean-Luc Mélenchon noemt de houding van Macron een „onacceptabele antidemocratische machtsgreep” en wil nu een procedure starten om hem uit zijn ambt te zetten. Omdat dat een lang en ingewikkeld proces is, zal het –mocht het zover komen– echter vooral symbolisch van aard zijn.
Ondertussen is het al weken onrustig in Frankrijk. Na een lange, interne discussie schoof het volksfront de 37-jarige topambtenaar Lucie Castets naar voren als premierskandidaat. Maar Macron wil geen premier aanstellen voordat er een coalitie gevormd is.
Afgelopen vrijdag startte de president daarom met een overlegronde met de voorzitters van de partijen die in het Franse parlement vertegenwoordigd zijn, om de opties voor een regering te bespreken. Bekend is dat Macron zich richt op een brede, op het centrum gerichte coalitie. Daarin is onder meer plaats voor gematigde PS’ers.
Dat de president een linkse regering uitsluit, is geen verrassing. Toch leidde het bericht tot grote verontwaardiging op de linkerflank. Benjamin Lucas (ÉCO) sprak van een „democratische instorting”. Olivier Fauvre van PS vroeg zich af „hoe we zijn terechtgekomen bij een dergelijke ontkenning van de democratie”.
Crisis
Met name de harde woorden van PS zijn voor Macron –die het volksfront uit elkaar probeert te drijven– een teleurstelling. De PS botst vaak met LFI en een deel van de socialisten zegt open te staan voor samenwerking met Macron. Als dat gebeurt, zal dat tot een flinke crisis op links leiden.
Vooralsnog is de president niet in zijn opzet geslaagd. En als de linkse partijen solidair blijven met LFI, dan wordt het voor Macron een hele opgave om zijn gewenste brede regering te vormen.
Ondertussen werkt ook de klok in het nadeel van de president. Op 1 oktober moet een nieuwe begroting worden gepresenteerd. Bovendien is hij donderdag en vrijdag op bezoek in Servië.
De rust lijkt daarmee in Frankrijk voorlopig niet teruggekeerd. Nieuwe verkiezingen zouden lucht kunnen geven. Dat kan echter niet op korte termijn, omdat volgens artikel 12 van de Grondwet „een nieuwe ontbinding niet kan plaatsvinden in het jaar dat volgt op deze verkiezingen”.