Kerk & religieSchotland
Wel of geen opwekking op Lewis? Voor Donald MacPhail (16) veranderde alles

Tientallen eilandbewoners komen tot een diepe overtuiging van hun zonden en krijgen zicht op Jezus Christus als hun Zaligmaker. Op Lewis, voor de noordwestelijke kust van Schotland, begint 75 jaar geleden een opwekking – al is de kritiek daarop nooit verstomd.

Het dorpje Uig, op het Schotse eiland Lewis. Daar vond vanaf 1949 –75 jaar geleden– een opwekking plaats. beeld Getty Images
Het dorpje Uig, op het Schotse eiland Lewis. Daar vond vanaf 1949 –75 jaar geleden– een opwekking plaats. beeld Getty Images

Zestien jaar is Donald MacPhail als hij in het vroege voorjaar van 1950 tot bekering komt. In de kerk in Arnol, aan de westkant van Lewis, preekt evangelist Duncan Campbell gloedvol over Christus, over zonde en genade. Af en toe zet hij zijn woorden kracht bij door met een vuist op de kansel te slaan. „Die allereerste avond”, herinnert MacPhail zich, „werd ik gegrepen door het Woord dat gelezen en bepreekt werd en ik kon de volgende avonden niet wegblijven. Misschien wel voor het eerst in mijn leven werd ik me bewust van Gods aanwezigheid en begon ik iets te begrijpen van de noodzaak om Christus als mijn Redder van de zonde te kennen.”

Niet veel later, op een donkere donderdag, ziet de tiener uit Arnol opeens de weg van verlossing in Christus. „En tegelijkertijd kreeg ik inzicht in de vreselijke gevolgen van het verwerpen van Christus.”

MacPhail volgt een Bijbelschool en wordt zendeling in Jemen.

Afgelegen

Over de opwekking die in de jaren 1949 tot 1952 als een zegenrijke regenbui over het eiland Lewis trekt, schreef Tom Lennie het boek ” Island Aflame ” (uitg. Christian Focus Publications), alweer zijn vierde over revivals in Schotland.

Tom Lennie. beeld Christian Focus Publications

De geestelijke herleving, die 75 jaar geleden begint, is lang niet de eerste op het grootste eiland van de Buiten-Hebriden. Die vindt al plaats in de jaren twintig van de negentiende eeuw, zegt Lennie desgevraagd.

Het dorpje Uig (wat veelzeggend ”afgelegen” betekent) is in die tijd bepaald niet godsdienstig. Twee Bijbels zijn er, en die liggen in de kerk en in de pastorie. Maar door de bediening van ds. Alexander MacLeod, overgekomen van het vasteland, komt er een „geestelijk ontwaken”, dat als een westelijke oceaanwind over de eilanden Lewis en Harris waait. „Het Evangelie schiet wortel”, weet Lennie. „In de decennia daarna zijn er meerdere lokale opwekkingen.”

In tal van dorpen op Lewis verrijzen nieuwe kerkgebouwen. Christenen zoeken elkaar op in gezelschappen, biddend voor het eiland, dat kerkelijk steeds verdeelder raakt, maar waar de tijdgeest moeilijk vat op lijkt te krijgen.

De opwekking die in 1949 begint, komt volgens Lennie dan ook niet uit de lucht vallen. Er is een „context van een rijke, langdurige erfenis van gereformeerde en evangelicale spiritualiteit”, schrijft hij. Hoewel er hier en daar zorgen leven over verwereldlijking, verkeert Lewis geenszins in heidense duisternis.

De opwekking vloeit vooral voort uit de prediking van Campbell, een evangelist die Gaelic spreekt, de taal van de eilandbewoners. De Schot, verbonden aan de organisatie Faith Mission in Edinburgh, is op uitnodiging van de predikant van de Church of Scotland in Barvas, James Murray MacKay, naar Lewis gekomen om daar te preken. En dan gebeurt het: mensen komen tot een diepe overtuiging van zonden, ze krijgen zicht op Jezus Christus als hun Zaligmaker en ze verlangen heilig voor Hem te leven.

„In de vroege ochtenduren liep de predikant een dansfeest binnen, riep de feestvreugde een halt toe en verzocht de aanwezigen om een psalm te zingen, en dat gebeurde” - Tom Lennie, schrijver van een boek over de Lewisrevival

De opwekking op Lewis in de jaren 1949-1952 begon in het kerkgebouw van de Church of Scotland in Barvas. beeld RD

Lennie sprak voor zijn boek met verschillende mensen die tijdens de opwekking rond 1950 tot geloof kwamen. Vooral het verhaal van een predikant van de Church of Scotland in de parochie Carloway, aan de westkust van Lewis, maakte indruk op hem. „In de vroege ochtenduren liep hij een dansfeest binnen, riep de feestvreugde een halt toe en verzocht de aanwezigen om een psalm te zingen. Dat werd gedaan, tot grote ergernis van de organisator van het evenement. De predikant hield vervolgens een korte toespraak, waarin hij getuigde van de opmerkelijke opwekking die op het eiland plaatsvond, en van verschillende bekeringen, de vorige avond nog. Velen werden diep in hun hart geraakt. Bijna een hele familie uit de parochie van Ness kwam tot bekering. Twee zonen werden predikant.”

Evangelist Campbell geeft later een verslag uit van wat hij op Lewis hoorde en zag. De opwekking kenmerkte zich volgens hem door onder meer de „ervaring van de tegenwoordigheid van God”, een „diepe overtuiging van zonde” en „lichamelijke verschijnselen” bij bekeerlingen. Dat sommige mensen tijdens de preken begonnen te trillen, schudden of vallen – daar kon hij geen verklaring voor geven. „Maar dit wil ik erover zeggen, dat degenen die dit in verband brengen met satanische invloeden, het risico lopen de onvergeeflijke zonde te begaan.”

Kritiek

Onomstreden is de opwekking dus niet. De Free Church houdt begin jaren vijftig in sommige dorpen, zoals Arnol, alternatieve bijeenkomsten, om te voorkomen dat mensen de samenkomsten van Campbell bezoeken. Een aantal bekeerlingen wordt de toegang tot het Heilig Avondmaal ontzegd. Een predikant waarschuwt vanaf de kansel dat als Campbell de parochiegrens passeert, hij zijn honden op hem af zal sturen. Later zou de evangelist toch worden uitgenodigd om te spreken.

Een van de grootste critici is Kenneth MacRae, predikant van de Free Church in Stornoway, de hoofdstad van de Western Isles. Hij schrijft tijdens een lange bootreis naar Australië een vlammend boekje: ”The Resurgence of Arminianism” (1954), over de opkomst van het arminianisme. In de opwekking, maar ook in de campagnes van de Amerikaanse prediker Billy Graham in die jaren, bespeurt hij een afwijking van de calvinistische leer over de reikwijdte van de verzoening, de uitverkiezing, de verdorvenheid van de mens en de volharding van de heiligen. Ook Iain H. Murray , medeoprichter van de uitgeverij Banner of Truth Trust, zet vraagtekens bij de Lewisrevival, in tegenstelling tot bijvoorbeeld zijn voormalige leermeester dr. D. Martyn Lloyd-Jones.

MacRae was erg op zijn hoede voor de in zijn ogen „arminiaanse” neigingen van Campbell en de Faith Mission, zegt Lennie. „Sommige van zijn zorgen waren terecht, maar andere niet. Hij had Campbell nooit ontmoet en was nooit naar een opwekkingsbijeenkomst geweest; zijn informatie kwam dus altijd uit de tweede hand.”

Geen opwekking

Dan zijn er ook mensen die betogen dat er 75 jaar geleden nooit een opwekking op Lewis heeft plaatsgevonden.  John MacLeod , lid van de Free Presbyterian Church in Stornoway en schrijver van het boek ” Banner in the West ”, een „geestelijke” geschiedenis van de eilanden Lewis en Harris, is een van hen. Hij benadrukt dat Campbell „zeker overdrijft” als die spreekt over „honderden die Christus leerden kennen” op „een eiland in de greep van God”.

John MacLeod. beeld RD

Er waren enkele „oprechte bekeringen”, dat wel, maar lang niet zo veel als vaak wordt gezegd, aldus MacLeod. Talloze mensen die tot geloof zouden zijn gekomen, vervielen volgens hem al snel in hun oude leven. Het is „ontnuchterend”, schrijft hij, dat de twee plaatsen die het meest verbonden zijn met Campbells Faith Missioncampagne, Arnol en Bernera, vandaag de dag tot de minst godsdienstige plaatsen op Lewis behoren. „Vissers uit Bernera werken zelfs op de dag des Heeren.”

Lennie vindt het „gewoonweg belachelijk” om te suggereren dat er in die tijd geen opwekking in Lewis plaatsvond. „Al het bewijs wijst op het tegendeel. Honderden mensen hebben getuigd dat ze werkelijk tot Christus zijn bekeerd. Net als MacRae heeft John MacLeod enkele oprechte zorgen, maar zijn kritiekpunten gaan niet op.”

Toch noemt Lennie de herleving op Lewis „de meest verwarrende” opwekking die hij kent. Dat komt vooral omdat er veel „tegenstrijdige verslagen” over zijn verschenen, waardoor het „bijna onmogelijk is om feiten van fantasie te onderscheiden”.

MacLeod, die het boek ”Island Aflame” overigens nog niet heeft gelezen, zegt dat ook Lennie moet toegeven  dat Campbells verslag van de herleving „sterk overdreven” is. „Ik bedoel, Campbell schreef een heleboel dingen die aantoonbaar onwaar zijn. Bijvoorbeeld dat jongeren massaal naar de kerk gingen. Of dat elke bar op het eiland dichtging. Er waren bekeringen, zeker, maar een opwekking wil ik het niet noemen.”

„Dat jongeren massaal naar de kerk gingen of dat elke bar op het eiland dichtging, is aantoonbaar onwaar” - John MacLeod, kenner van de kerkgeschiedenis van Lewis

Lennie denkt niet dat Duncan Campbell een „oplichter of bedrieger” was of opzettelijk over de herleving loog. „Misschien liet hij zich meeslepen toen hij keer op keer verhalen over de opwekking vertelde, vele jaren nadat die had plaatsgevonden. Maar niemand die Campbell goed kende, twijfelt eraan dat hij een oprecht en nederig man was, die heel zijn leven ernaar streefde om God te verheerlijken.”

Vruchten

Lennie heeft geprobeerd te achterhalen hoeveel mensen er tijdens de opwekking op Lewis tot verandering kwamen. „James Murray MacKay, predikant in Barvas, had reden om te geloven dat er alleen al in zijn gemeente meer dan honderd bekeerlingen waren. En dat waren bijna allemaal blijvende bekeringen. Op het hele eiland, inclusief Harris, waren dat er waarschijnlijk enkele honderden. Maar niet vele duizenden, zoals weleens wordt beweerd.”

Ook waren de sociale gevolgen van de opwekking minder groot dan soms wordt gedacht, zegt Lennie. „Lewis was al een christelijk eiland vóór de opwekking in 1949-1952. De herleving had wel tot gevolg dat kerkdiensten en gebedsbijeenkomsten veel drukker werden bezocht dan voorheen. Ook kwam er een groter verlangen om te getuigen van de waarheid van Jezus Christus. Dat leidde ertoe dat ongeveer een dozijn mannen predikant wilde worden en dat vele anderen zendeling werden binnen het Verenigd Koninkrijk of overzee.”

Leen van Valen, kenner van de Schotse kerkgeschiedenis, zegt ervan overtuigd te zijn dat de opwekking rond 1950 „een werk van de Heere” was. Toen hij Lewis in maart 1999 bezocht, schreef hij nadien het boek ” Zijn lof in de eilanden . Wonderen van Gods genade op het eiland Lewis”. Wat waren volgens hem de vruchten van de opwekking? „In vele gezinnen werd de gewoonte van de huisgodsdienst hersteld. De bekeerden gaven in hun leven aan dat zij volhardden in het geloof dat de Heere hun had geschonken. Het werk van Duncan Campbell op het eiland was afgelopen, maar de Geest ging door. De blijvende vruchten bleven jarenlang zichtbaar, ondanks het feit dat de geest van Godsverlating en onverschilligheid na verloop van tijd weer begon toe te slaan.”

„De blijvende vruchten bleven jarenlang zichtbaar” - Leen van Valen, kerkhistoricus

Nog altijd zijn de Western Isles, volgens een recent verschenen  volkstelling , het meest christelijke stukje Schotland. Zeker zes op de tien mensen zijn christen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer