Drugsbendes zwaaien scepter in ooit zo rustig Andesland
Lange tijd stond Ecuador bekend als een ‘eiland van vrede’. Daar is weinig meer van over: het Andesland groeide in enkele jaren uit tot het epicentrum voor drugshandel in Latijns-Amerika, met de hoogste moordcijfers van Zuid-Amerika. Hoe kon dat zover komen?
De zon gaat onder in de Ecuadoraanse hoofdstad Quito. De straten van de wijk Mariscal, ooit een bruisende uitgaansbuurt, bieden een desolate aanblik. Een enkele voetganger haast zich voor een snelle aankoop in een van de weinige winkels die de rolluiken nog niet gesloten hebben. „Criminele bendes hebben de wijk overgenomen. Geen ondernemer die ’s avonds nog open durft te zijn, uit angst voor overvallen”, zegt hoofdbewoner Diego Hurtado.
Een paar honderd kilometer verderop, in kuststad Portoviejo, leeft Elena Solarte in wat feitelijk een open gevangenis is. „Ik kom alleen buiten om boodschappen te doen en mijn zoontje op te halen van school. Hij kan nooit meer buitenspelen, want de bendes schieten op klaarlichte dag mensen neer. Het maakt ze niet uit, want ze weten dat ze toch vrijuit gaan”, zegt Solarte. Wat ze vertelt klinkt als een horrorfilm. „Vorig weekend vermoordden ze een jongen van 23 en hakten hem in stukken. Zijn hoofd werd in één buurt teruggevonden, en zijn romp in een andere.”
„Vorig weekend vermoordden ze een jongen van 23 en hakten hem in stukken; zijn hoofd werd in één buurt teruggevonden, en zijn romp in een andere” - Elena Solarte, inwoner kuststad Portoviejo
Ook voor de verslaggever van het Reformatorisch Dagblad komt het geweld wel erg dichtbij op een reportagereis door Ecuador. ”Vijf personen doorzeefd met schoten in een bus op de route Guayaquil-Tulcán”, meldden krantenkoppen op donderdagavond 18 juli. Twee gewapende mannen hadden de bus met schoten gedwongen tot stoppen, waarna ze het voertuig ingingen en het bloedbad aanrichtten onder de slachtoffers, onder wie een kind van 5 jaar. Twaalf uur daarvoor had de verslaggever op deze route gereisd, met dezelfde busmaatschappij.
Epicentrum cocaïnesmokkel
Tot voor kort stond Ecuador vooral bekend om zijn besneeuwde vulkanen, koloniale steden en de rijke biodiversiteit van de Amazone. Een opmerkelijk ‘eiland van vrede’, ingeklemd tussen cocaïneproducenten Colombia en Peru. Maar van die rust is weinig over. Het kleine Andesland is de afgelopen jaren in een diepe neerwaartse spiraal van geweld geraakt. Criminele bendes en drugskartels voeren een bloederige strijd om het controleren van steeds grotere delen van het land.
Daarbij moorden ze niet alleen elkaar uit, maar ook burgers, overheidsfunctionarissen, politieagenten en politici. De moordcijfers lopen zo de spuigaten uit dat Ecuador in 2023 Venezuela van de troon stootte als het meest gewelddadige land van Zuid-Amerika. Meer dan 47 moorden per 100.000 inwoners telde het land in dat jaar, acht keer zo veel als in 2016.
Een groot deel van dat geweld is te herleiden tot hetzelfde probleem: drugshandel. Sinds de coronapandemie groeide Ecuador uit tot hét epicentrum voor cocaïnesmokkel in Zuid-Amerika. De belangrijkste bestemming? Europa. Zo is Ecuador inmiddels herkomstland nummer één van onderschepte ladingen cocaïne in de havens van Rotterdam, Antwerpen en Vlissingen. Als gevolg is ook het geweld exponentieel toegenomen in het voorheen zo rustige Andesland.
Het dieptepunt was de moord op presidentskandidaat Fernando Villavicencio op 9 augustus 2023, een oud-journalist die campagne voerde met de belofte om drugscriminaliteit aan te pakken. Afgelopen 7 januari liepen de spanningen nog verder op toen een machtige bendeleider, José Adolfo Macías Villamar, alias Fito, uit de gevangenis in havenstad Guayaquil ontsnapte. Fito is de leider van Los Choneros, de machtigste drugsbende van Ecuador die onder andere samenwerkt met het Mexicaanse Sinaloakartel. Los Choneros zijn ook in verband gebracht met de moord op Villavicencio.
In reactie op de ontsnapping riep president Daniel Noboa in het hele land de noodtoestand af. Dat ontketende een golf van geweld met gevangenisopstanden, aanvallen met explosieven en ontvoeringen van politieagenten. De chaos liep nog verder de spuigaten uit toen op 9 januari gewapende mannen een live-uitzending op de nationale televisie binnenvielen. Dezelfde dag verklaarde Noboa per decreet de oorlog aan 22 criminele bendes in het land, die hij aanmerkte als terroristische organisaties. „Ecuador verkeert in een staat van intern gewapend conflict”, twitterde de president. „We vechten om te voorkomen dat we een narcostaat worden”, lichtte hij toe in een interview met de BBC.
Sindsdien nam het leger de controle over in de gevangenissen van het land en zijn een aantal provincies feitelijk gemilitariseerd. Dat heeft de situatie plaatselijk gekalmeerd, maar nog steeds blijven de moordcijfers hoog: in de afgelopen 202 dagen werd gemiddeld één persoon per anderhalf uur vermoord, becijferde het digitale medium BN Periodismo.
Onthoofdingen
De vraag is, hoe heeft het zover kunnen komen? Renato Rivera, directeur van het Ecuadoraanse Observatorium voor Criminaliteit en Geweld, geeft uitleg. „Tot 2019 zagen we nauwelijks crimineel geweld in Ecuador. Sindsdien zijn de moordcijfers elk jaar verdubbeld. Wat is er gebeurd in die vier jaar? Om dat te begrijpen moeten we verder terug in de tijd. Verschillende interne en externe gebeurtenissen in de jaren voorafgaand aan 2019 zijn van invloed geweest op het toenemen van de drugshandel en het crimineel geweld in Ecuador. Sinds 2016 is Ecuador een logistiek knooppunt voor smokkel van cocaïne naar Europa. Waarom? Dat jaar tekenden de Europese Unie en Ecuador een vrijhandelsverdrag, wat betekende dat met name de handel in bananen flink toenam. Tegelijkertijd tekende Colombia het vredesakkoord met de FARC, die voorheen de drugssmokkel vanuit Colombia controleerden. Het gevolg was een liberalisering van de cocaïnehandel, en zo sprongen nieuwe gewapende groepen en drugskartels in het gat dat ze achterlieten.”
„Sinds 2016 is Ecuador een logistiek knooppunt voor smokkel van cocaïne naar Europa” - Renato Rivera, directeur van het Ecuadoraanse Observatorium voor Criminaliteit en Geweld
De toegenomen drugsstromen veranderden ook het criminele landschap. Steeds meer criminele bendes begonnen te vechten om een stukje van de lucratieve taart en maakten daarvoor gebruik van alsmaar bloederiger en wreder geweld. Lijken die aan bruggen bungelen, onthoofdingen en andere praktijken die aan de werkwijze van Mexicaanse kartels doen denken.
Dat is niet zo gek: „Sinds 2010/2011 hadden de Choneros feitelijk een monopolie op de drugshandel, die ze runden vanuit de Ecuadoraanse gevangenissen. Ze waren de enige handelspartner van het Sinaloakartel in Ecuador, en werkten daarnaast voor Albanese kartels en andere Europese criminele organisaties. Dat veranderde in 2016 met de arrestatie van El Chapo Guzmán, de drugsbaron van het Sinaloakartel. Dat verzwakte het kartel zodanig dat een nieuw Mexicaans kartel, Jalisco Nueva Generación, handel begon te drijven met nieuwe bendes, afsplitsingen van Los Choneros. Die nieuwe machtsverhoudingen zorgden voor een versplintering binnen de Ecuadoraanse georganiseerde criminaliteit, en de toename van het criminele geweld.”
Burgemeesters vermoord
Nu was de voedingsbodem voor dat geweld al een tijd aanwezig. Ecuador, dat grotendeels draait op de export van olie, verkeert in een diepe economische crisis. Meer dan vier miljoen Ecuadoranen leven van minder dan 3 dollar per dag, de prijs van een gemiddelde lunch. Maatregelen om te bezuinigen op sociale uitgaven hebben de ongelijkheid in de afgelopen jaren vergroot. Dat maakt met name jongeren kwetsbaar voor criminele bendes, die hen snel en makkelijk geld beloven. „De bendes zijn de belangrijkste werkgever van het land”, stelt Fernando Carrion, emeritus professor van de Latijns-Amerikaanse Faculteit voor Sociale Wetenschappen, in een interview met de BBC.
Zo konden de nieuwe drugsbendes eenvoudig hun tentakels tot diep in de volkswijken uitstrekken. Daarbij infiltreerden ze de overige lagen van de samenleving met een combinatie van omkoping, afpersing en smeergeld om straffeloos hun criminele activiteiten te kunnen voortzetten. De zwakke Ecuadoraanse staatsinstellingen bleken niet bestand tegen de verleiding van drugsgeld. Veiligheidsexpert Rivera: „De penetratie van de staat gebeurt op alle niveaus. Zoals in gemeentebesturen en in de provincies, waar de criminele organisaties geld witwassen met overheidscontracten. Om die reden zijn meerdere burgemeesters vermoord. Hetzelfde geldt voor justitie. Rechters hanteren bedragen om straffen te verminderen. Ook binnen de politie is de corruptie groot. In een op de tien zaken van georganiseerde criminaliteit blijkt minstens één politieagent betrokken. En de directeur van Nationale Drugsbestrijding is in verband gebracht met drugshandel.”
Ook de corruptie onder politici is wijdverbreid. Nu is dat al decennialang zo. Zo bestaan er aanwijzingen dat de campagne van ex-president Rafael Correa in 2006 werd gefinancierd met drugsgeld. Correa, die in 2020 tot acht jaar gevangenisstraf werd veroordeeld voor corruptie, zit nu in België ondergedoken.
Afpersingen
De criminele organisaties richten zich inmiddels op meer dan drugssmokkel alleen. Een deel van de cocaïne wordt nu verhandeld op lokale markten, met name in arme volkswijken. Daarbij halen de bendes steeds meer inkomsten uit illegale goudwinning in de Andes- en Amazoneregio’s.
Even zorgwekkend is de exponentiële toename van afpersingen. Van kleine winkeliers tot grote bedrijven: een groot deel van de Ecuadoranen is veroordeeld tot het betalen van de zogenaamde ”vacuna” (vaccin) aan de lokale bendes. „Afpersing is een instrument voor criminele organisaties om de controle over een territorium te winnen door het zaaien van angst. Daarbij is het zeer winstgevend, en gaan de daders bijna altijd vrijuit”, zegt Rivera.
Rivera is sceptisch over de aanpak van president Noboa om het geweld te stoppen. „Alle regeringen sinds 2018 hebben dezelfde strategie toegepast: het militariseren van de straten en de gevangenissen na het uitroepen van de noodtoestand. Het enige verschil is dat Noboa een intern gewapend conflict heeft ontketend. Maar de criminaliteit gaat onverminderd door.”