Het duurt niet lang meer tot Nederland 18 miljoen inwoners telt
De bevolking blijft groeien, ook al ligt het aantal overlijdens hoger dan het aantal geboorten. Migratie is de motor van de groei. Wel dijde de bevolking in de eerste helft van dit jaar minder fors uit dan in 2023.
Het duurt niet lang meer of er wonen 18 miljoen mensen in Nederland. In de eerste helft van dit jaar kwamen er in Nederland ongeveer 39.000 inwoners bij, bleek dinsdag uit een nieuwe schatting van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van voorlopige cijfers tot en met juni. Daarmee is de bevolking minder hard gegroeid dan in dezelfde periode in 2023. Er kwamen vooral minder immigranten bij ten opzichte van vorig jaar. Ook de toename van het aantal emigranten en overledenen speelt een rol.
De bevolkingsgroei wordt, net als in de afgelopen twee jaar, veroorzaakt door buitenlandse migratie. Sinds 2022 ligt de natuurlijke aanwas in Nederland namelijk onder nul, wat betekent dat hier meer mensen sterven dan er worden geboren. Dit fenomeen kwam sinds 1900 niet voor, toen demografen begonnen met meten.
Toenemende vergrijzing verklaart deze ontwikkeling, samen met een daling van het geboortecijfer. Hoewel er in de eerste helft van dit jaar bijna 1000 kinderen meer zijn geboren dan in de eerste zes maanden van 2023, daalt het geboortecijfer sinds 2010. Per vrouw werd vorig jaar gemiddeld 1,4 kind geboren, tegen 1,8 in 2010.
Volgens de bevolkingsteller van het CBS zijn er nu 17,98 miljoen mensen in Nederland. Dit is geen exact cijfer maar een schatting. De mijlpaal van 18 miljoen inwoners wordt daarmee tien jaar eerder bereikt dan in 2016 werd vermoed door het CBS. In dat jaar verwelkomde Nederland zijn 17 miljoenste inwoner.
De CBS-cijfers wijzen opnieuw uit dat migratie de bevolkingsgroei stuwt. De meeste immigranten kwamen uit Europa, om hier te werken, te studeren of zich te herenigen met hun gezin.
De landen waar in het eerste halfjaar van 2024 per saldo de meeste migranten vandaan kwamen zijn Syrië (11.300), Oekraïne (6600), Turkije (4500), Roemenië (2000) en Zuid-Afrika (1600). Het CBS maakt in deze cijfers geen onderscheid tussen arbeidsmigranten, asielmigranten, studiemigranten of gezinsmigranten.