Aantal medewerkers ZGG stijgt: „Belangstelling voor onbereikten groeit”
In de afgelopen 4,5 jaar benoemde Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) opvallend veel werkers: twintig. De noodzaak van zendingswerk leeft in de achterban, constateert directeur Paul Eikelboom.
In twee maanden tijd benoemde ZGG onlangs drie werkers: twee voor Guinee en een voor Japan . Dat past in een trend van een toenemend aantal benoemingen bij ZGG in de afgelopen jaren. Eikelboom, directeur sinds 2005 , pakt de getallen er voor de gelegenheid bij. In de jaren 2015-2019 benoemde ZGG veertien werkers. Sinds begin 2020 zijn er al twintig werkers benoemd, van wie vijf voor gesloten gebieden (het Midden-Oosten en Oost-Azië). Het totaalaantal zendingswerkers steeg sinds eind 2019 met 40 procent, van 28 naar 40. Van die 40 zijn er 6 in opleiding. Met de gezinsleden erbij is ZGG nu verantwoordelijk voor 110 personen.
Drie oorzaken ziet Eikelboom voor het groeiende personeelsbestand. De eerste is dat het zendingswerk meer leeft in de achterban. „Het publiek bij de jaarlijkse zendingsdag begon vanaf 2012 af te nemen, maar groeit weer , vooral sinds de coronaperiode. Juist ook onder jonge mensen.” Hierbij speelt mogelijk een rol dat ZGG de achterban, onder andere via sociale media, actiever en doelgerichter benadert, aldus de directeur.
„Ik gun elke gemeente dat ze een zendingswerker uitzendt” - Paul Eikelboom, directeur Zending Gereformeerde Gemeenten
Gesloten gebieden
Ook het zendingsdeputaatschap bezint zich de laatste jaren grondig op onbereikte volken. „Zo veel mensen die verloren gaan als ze het Evangelie niet horen.” Dat gaat tegen de stroom in, denkt Eikelboom. „Te vaak is bij kerken en zendingsorganisaties de gedachte: we moeten nu als westerse kerk gaan leren van het ‘zuiden’. ZGG beaamt dat er sprake is van gelijkwaardigheid met zendingskerken, maar dat brengen we niet in mindering op de noodzaak van zending onder nog onbereikte volken.”
De tweede verklaring voor het toegenomen aantal uitzendingen ziet Eikelboom in het openen van nieuwe zendingsvelden, zoals onlangs in Japan en Senegal en eerder in Cambodja . „Daardoor gaan mensen zich realiseren dat daar nog onbereikten zijn. Ook zijn we bij de achterban meer aandacht gaan vragen voor onze werkers in gesloten gebieden. In gesprekken zien we de belangstelling daarvoor toenemen.”
Ten derde stelt Eikelboom „dat de Heere Zelf aan het zendingswerk denkt. In de sollicitatiegesprekken valt me vaak op dat mensen vertellen hoe God hen duidelijk de weg wijst door Woord en Geest. We ervaren als ZGG dat de Heere mensen geeft.”
Het toenemend aantal zendingswerkers heeft onder meer tot gevolg dat het aantal zendende gemeenten is gestegen: van 19 begin 2020 tot 29 nu. Dat versterkt de belangstelling voor de zending, aldus Eikelboom. „Ik gun elke gemeente dat ze een zendingswerker uitzendt. Dan krijg je uit de eerste hand te horen hoe de Heere werkt in de uitbreiding van Zijn Kerk.”
„Het bestaat niet dat je een oprecht christen bent en dat je naaste niet op je hart ligt”
Opleving
Over de kosten die het groeiende personeelsbestand met zich meebrengt, maakt Eikelboom zich geen zorgen. „We verwachten dat de lasten de komende vijf jaar stijgen van 5,4 naar 6,8 miljoen euro. Dat betekent dat onze inkomsten moeten blijven stijgen, maar tot nu toe doen ze dat ook.”
In de kerkgeschiedenis is regelmatig een verband gelegd tussen het geestelijke gehalte van een kerk en de bereidheid tot zendingswerk. Duidt het toegenomen aantal benoemingen op een opleving in de achterban van ZGG? Eikelboom: „Wie ben ik om dat te zeggen? Wel merk ik, ook als ouderling, dat de Heere werkt onder jonge mensen. Dat is hoopgevend. En het bestaat niet dat je een oprecht christen bent en dat je naaste –veraf en dichtbij– niet op je hart ligt.”