Na kreeften gaan in de Oosterschelde ook veel mosselen dood
Wat is er mis in de Oosterschelde? Na kreeften en krabben blijken dit jaar ook veel mosselen, tapijtschelpen en kokkels dood te gaan.
Demissionair landbouwminister Piet Adema noemt het in een woensdag verstuurde brief aan de Tweede Kamer „een zorgelijke ontwikkeling” dat de „opvallende sterfte” nu zo veel diersoorten treft. Vorig jaar waren het alleen kreeften en krabben die op grote schaal doodgingen. Onderzoekers konden toen geen duidelijke oorzaak vinden. Waarschijnlijk was er geen sprake van een ziekte, concludeerden ze.
Toen het probleem afgelopen maart weer opspeelde, gaf Adema opdracht tot nieuw onderzoek. De eerste resultaten wijzen ook nu niet in de richting van een ziekte. Een tweede onderzoek richt zich op al dan niet natuurlijke gifstoffen of verontreinigingen in de dieren. Meer uitkomsten kunnen nog maanden op zich laten wachten.
Uitval
De mosselcultuur kent altijd al vette en magere jaren, maar dit jaar is sprake van behoorlijk meer uitval dan anders. Secretaris Addy Risseeuw van brancheorganisatie PO Mosselcultuur in Yerseke schat dat kwekers 30 tot 40 procent minder kilo’s zullen aanvoeren dan vorig jaar. Hij legt overigens niet zonder meer een verband tussen de sterfte bij kreeften en bij mosselen. „Dat zijn verschillende dieren.”
De PO schrijft de terugval dit jaar toe aan een combinatie van factoren. Bloeiende schuimalg, die onder meer in 2015 en 2019 voor veel sterfte zorgde, zou ook nu weer schade aan mosselpercelen veroorzaken. Ook het vele zoete regenwater dat de afgelopen tijd de Oosterschelde is ingestroomd, doet de mosselen geen goed.
„Kwekers zeggen dat de ene generatie sterker is dan de andere. Ze zien ook percelen met topkwaliteit. Dat duidt op een natuurlijke selectie”, zegt Risseeuw.
Bacterie
Onderzoeker Jacob Capelle van Wageningen Marine Research suggereerde twee jaar geleden dat een bacterie die eerder in Frankrijk opdook een rol zou kunnen spelen bij abnormale mosselsterfte. Die bleek in 2021 ook in de Oosterschelde voor te komen. Bekend is dat deze bacterie (”Francisella halioticida”) in Japan en Canada massale sterfte van bepaalde schelpdieren veroorzaakt.
„We hebben geen idee wat de oorzaak is, bij de mosselen niet en bij de kreeften ook niet” - Jacob Capelle, onderzoeker Wageningen Marine Research
Bewijs dat de bacterie de grote boosdoener zou zijn, is er echter niet. Capelle zegt desgevraagd dat hij en zijn collega’s nog altijd in het duister tasten. „We hebben geen idee wat de oorzaak is, bij de mosselen niet en bij de kreeften ook niet. Wel zoeken we het bij natuurlijke factoren.”
Consumenten hoeven volgens Capelle niet bang te zijn dat ze iets verkeerds binnenkrijgen. De mosselen die wél op de markt komen, zijn volgens hem juist van betere kwaliteit. „Doordat er minder zijn, hebben die meer te eten gehad.”
Prijs
Bij een lagere aanvoer ligt het voor de hand dat de consument dit jaar dieper in de buidel moet tasten voor een maaltje mosselen. Risseeuw wil echter niet over de winkelprijs speculeren.
Het verkoopseizoen 2024 voor de belangrijke bodemcultuurmosselen start woensdag 3 juli. Mosselen uit de hangcultuur (gekweekt aan touwen die in het zeewater hangen, goed voor 5 procent van het Zeeuwse mosselaanbod) zijn al sinds eind mei te koop.
Het mosselseizoen loopt van juli tot april. In 2023-2024 brachten Nederlandse kwekers volgens cijfers van Wageningen University & Research (WUR) 32,5 miljoen kilo mosselen aan land. Dat was 4,4 miljoen kilo meer dan het vorige seizoen. De gemiddelde prijs daalde met 8 procent naar 1,66 euro per kilo. De totale waarde van de aangevoerde mosselen bedroeg 53,9 miljoen euro, tegen 50,6 miljoen in het vorige seizoen.
WUR wijst erop dat de aanvoer van mosselen de afgelopen vijf seizoenen achterblijft bij voorgaande jaren (zie grafiek Mosselcultuur). WUR-onderzoekers wijten dat aan de achterblijvende groei van de mosselen.
De basis voor de hoeveelheid mosselen die op de markt komen, wordt al jaren eerder gelegd. De kwekers vissen in het voorjaar op de Waddenzee jonge mossels (mosselzaad) op en brengen die naar kweekpercelen in de Waddenzee en in de Oosterschelde. Daar groeien de dieren enkele jaren door tot ze geschikt zijn voor consumptie.
Volgens WUR haalden vissers vorig jaar 35,7 miljoen kilo mosselzaad boven water. Dat is 19 procent meer dan in 2022. Gezien het aantal mag volgend jaar een goede opbrengst consumptiemosselen worden verwacht.