De Pakistaanse autoriteiten beschermen minderheden onvoldoende tegen groepsgeweld als gevolg van (valse) beschuldigingen van godslastering.
Dat schreef demissionair minister van Buitenlandse Zaken Hanke Bruins Slot dinsdag in reactie op Kamervragen van SGP-Kamerleden Diederik van Dijk en Chris Stoffer. De scheidend bewindsvrouw noemt de situatie ten aanzien van godsdienstvrijheid in het Aziatische land al langer zorgwekkend. Blasfemiewetgeving wordt frequent ingezet tegen religieuze minderheden, onder wie hindoes, christenen en sikhs, schrijft ze. De doodstraf voor blasfemie is nog nooit uitgevoerd, hoewel er in 2022 wel vier doodvonnissen waren met die reden.
De SGP’ers hadden vragen gesteld nadat in de stad Sargodha een menigte een man aanviel die werd beschuldigd van blasfemie. Later overleed hij. Het kabinet maakt zich ernstig zorgen over de gewelddadigheden, schrijft Bruins Slot. De Nederlandse ambassadeur heeft die overgebracht aan de Pakistaanse autoriteiten. „Nederland benadrukt bij de Pakistaanse autoriteiten regelmatig het belang van vrijheid van religie en het beschermen van minderheden”, stelt de minister verder.
De Pakistaanse autoriteiten hebben naar verluidt opdracht gegeven het huis en de schoenenfabriek die bij de gewelddadigheden in Sargodha in brand werden gestoken, in de oorspronkelijke staat te herstellen, aldus Bruins Slot.