BinnenlandBrief van de hoofdredactie
Gaat het RD nu ook al voor rechter spelen?

Volgende week wordt de uitspraak verwacht in twee geruchtmakende rechtszaken. Een predikant en zijn vrouw worden ervan verdacht hun kinderen te hebben mishandeld. Een voormalige Staphorster is betrokken bij een rechtszaak rond antihomowetten in Malawi. Waarom en hoe besteedt het Reformatorisch Dagblad daar aandacht aan?

Vrouwe Justitia, afgebeeld op een gevel in Brugge. beeld RD, Henk Visscher
Vrouwe Justitia, afgebeeld op een gevel in Brugge. beeld RD, Henk Visscher

Verslag doen van een rechtszaak vraagt balanceerkunst. Wat meld je wel, wat niet? Wanneer meld je iets en welke details noem je? Maar de eerste vraag is: waaróm zou je als krant melding maken van de narigheid in de samenleving? Gaat het RD nu ook al voor rechter spelen?

Wie nieuws brengt, kan niet om het kwaad heen. Het kwaad hoort niet in deze wereld, maar is er helaas wél. Wie het kwaad negeert, doet geen recht aan de realiteit van de zonde die de oorzaak van het kwaad is. Oud-hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad Wim Kranendonk ging over deze vraag eens te rade bij de bekende christelijke gereformeerde ethicus prof. W.H. Velema. Hij was er duidelijk over: „Naarmate het kwaad in de berichtgeving wordt genegeerd, kan het grotere macht krijgen. Openbaarmaking van het kwaad heeft iets van ontmaskering.” Om diezelfde reden schrijft de Nederlandse Grondwet voor dat rechtspraak openbaar moet zijn, in lijn met de Bijbelse praktijk van rechtspraak in de poort.

Het RD schrijft dus over misstanden om (potentiële) daders te waarschuwen en ze tegen te houden, in een poging daarmee het kwaad te stoppen. Met mooie woorden: om gerechtigheid te bevorderen. In Psalm 146 lezen we dat God Zelf recht doet aan verdrukten, maar ook van mensen verwacht dat ze rechtvaardig handelen. Die taak is niet beperkt tot de overheid, maar is de plicht van ieder mens (Micha 6:8).

Een andere reden om over rechtszaken te schrijven, is dat we als RD oog willen hebben voor slachtoffers van onrecht. Ook dat is een Bijbelse plicht. Door aandacht te geven aan een rechtszaak maakt de redactie duidelijk welke schade onrecht berokkent bij slachtoffers.

Vuile was

De praktijk is weerbarstiger dan deze mooie theorie. Neem nu het predikantsechtpaar: hang je met zo’n bericht niet de vuile was buiten? Waarom schreef het RD daar al over terwijl er nog geen uitspraak van een rechter was? En waarom zo uitgebreid? Was het nodig om te melden met welke voorwerpen de vermeende mishandeling gebeurd zou zijn?

„Openbaarmaking van het kwaad heeft iets van ontmaskering” - Prof. W.H. Velema, ethicus

Om te beginnen met die vuile was: nee, ook (vermeende) misstanden in de eigen achterban moeten aandacht krijgen. En ja, dat is ook moeilijk voor de redacteur, want die schrijft hierover met pijn in het hart. Toch moet het, onderscheid maken mag niet. Opnieuw Velema: „Wanneer dat wel wordt gedaan, is niet alleen de geloofwaardigheid van de krant in het geding, maar kan terecht het verwijt worden gemaakt met twee maten te meten en wordt bovendien een te positief beeld van de reformatorische kring geschetst. Dat kan niet en is uiteindelijk strijdig met de intentie van het negende gebod.”

In welke fase van een rechtszaak besteedt de redactie aandacht aan zulke kwesties: bij de aanhouding van een verdachte, bij de rechtszitting of pas bij de uitspraak? Daar is geen vaste regel voor. Onze redacteuren schreven in 2020 op basis van eigen onderzoek over Evangeliegemeente De Deur , nog vóór er sprake was van een rechtszaak. Is er sprake van een aanhouding en een inhoudelijke behandeling van een zaak, dan leidt dat vaak al tot onrust en publiciteit. En soms, als er geen reden is om snel te publiceren, wachten we op de uitspraak van de rechter.

Details

Hoe uitgebreid schrijf je over een zaak? We spreken liefst vooraf af wat de omvang van een artikel wordt, afhankelijk van de ernst ervan. Daarmee voorkom je dat een verslaggever, diep onder de indruk van alle heftige verhalen uit de rechtszaal, bij thuiskomst vraagt of hij toch meer ruimte krijgt voor het artikel. We spreken ook af hoe gedetailleerd het verslag mag zijn. Reken erop dat er heel wat langskomt bij zo’n zitting. Details zijn belangrijk om de aard en de ernst van het kwaad te beschrijven en duidelijk te maken dat er echt sprake was van een strafbaar feit. Een goede vuistregel is daarom om die details te noemen die bepalend zijn voor de strafmaat die de officier eist of de rechter oplegt. De journalist mag het onrecht nooit zo beschrijven dat het aantrekkelijk wordt voorgesteld of dat je er mensen mee op ideeën brengt.

Bij het predikantsechtpaar was er een publieke rechtszitting die een volle lange dag duurde. Allerlei media schreven daarover, sommige heel uitgebreid. Ook het RD had er gemakkelijk meerdere pagina’s mee kunnen vullen. Toch pakken we bovengenoemde ‘bril’ erbij om te bepalen wat er wel en niet in het artikel terechtkomt. We hanteren dus onze eigen regels, ongeacht wat andere media doen. Niets erover publiceren is echter geen optie, want dan wek je de indruk dat het RD zo’n kwestie onbelangrijk vindt.

Een belangrijk aspect van rechtbankverslaggeving is nog niet aan de orde geweest: het wel of niet vermelden van namen of initialen van personen die bij zo’n rechtszaak betrokken zijn. In een volgende brief van de hoofdredactie wil ik daar uitgebreider op ingaan.

Reageren? Hoofdredactie@rd.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer