Het is een lange nacht voor pastoor Damian Shoe. Het is de hoogtijd van het droge seizoen, de grond is kurkdroog en achter de heuvels is al een bosbrand uitgebroken. De rode gloed is zichtbaar over de heuveltop en komt langzaam dichterbij.
Pastoor Shoe hoopt dat het vuur zijn kerk niet zal bereiken. Hij blijft hier de hele nacht om samen met twee misdienaren het terrein te bewaken. Echt zorgen maakt Shoe zich niet. „We hebben al drie jaar oorlog overleefd. Deze nacht komen we ook wel door.”
Shoe is pastoor in Karenni, ook wel bekend als Kayah, een deelstaat van het Zuidoost-Aziatische land Myanmar. Drie jaar geleden greep het leger in Myanmar de macht en stortte het land in een bloedige burgeroorlog. Duizenden Myanmarezen sloten zich aan bij rebellengroepen en gingen de strijd aan met het militaire regime. De regio Karenni, gelegen op de grens met buurland Thailand, werd een groot slagveld.
Afgelopen zomer bereikte de oorlog ook de deuren van de kerk van pastoor Shoe. „De militairen van het regime vielen Ywarthit binnen op zoek naar rebellen”, vertelt de rooms-katholieke geestelijke. „Ze braken de deuren van de kerk open en begonnen vervolgens te plunderen. Alles wat van waarde was, namen ze mee. Aan de kerkgewaden hadden ze niets, die werden als grap op een doodgeschoten straathond gegooid.” Zes mensen kwamen om bij de inval in Ywarthit. De kerk van Shoe was helemaal leeg gehaald.
Aanjagers verzet
De aanval op de kerk Ywarthit is niet uniek. In heel Myanmar moeten kerken en gebedshuizen het ontgelden. Volgens het Burma Human Rights Network , een organisatie die zich inzet voor geloofsvrijheid in Myanmar, zijn er sinds de staatsgreep in heel het land al meer dan tachtig kerken vernietigd, waarvan er vijf nog de afgelopen maand in de as werden gelegd. Waar Myanmar een overwegend boeddhistisch land is, zijn de grensregio’s overwegend protestants-christelijk. In Karenni vormen christenen de helft van de gehele bevolking.
„Het militaire regime ziet ons christenen als aanjagers van het verzet”, aldus Shoe. Kerken worden ervan verdacht als bases te dienen voor de rebellen, reden voor het regime om ze te bombarderen of plat te branden. Het is een strategie van het militaire regime om verschillende gemeenschappen in Myanmar tegen elkaar uit te spelen, en zo nationalistische boeddhisten voor zich te winnen.
Maar in Karenni lijkt dit niet te werken. Hier trekken boeddhisten, christenen en moslims samen op tegen het regime. De vele verzetsstrijders hebben zich verenigd in een leger dat zich de People’s Defense Forces __ (Volksbeschermingstroepen) noemt. Ze zijn sinds een paar maanden bezig met een forse opmars. In Karenni is nu ongeveer 90 procent van de regio in handen van het verzet. De overige troepen van het regime zitten verschanst in hun kazernes. Ook Ywarthit werd na de inval van afgelopen zomer bevrijd door de rebellen.
„Militairen van het regime braken de deuren van de kerk open en begonnen vervolgens te plunderen” - Damin Shoe, pastoor kerk in Myanmar
Wederopbouw
De pastoor kon na de bevrijding weer terugkeren naar de kerk, maar de dreiging is niet geheel verdwenen. „Voorheen woonde ik op het terrein van de kerk, maar nu verblijf ik in het dorp. De oorlogsvliegtuigen en drones van het leger vliegen regelmatig over. Ik ben bang dat ze de kerk nog altijd als doelwit zien.”
Volgens Shoe kan de christelijke gemeenschap hier pas herstellen als het regime is verdwenen. „De regering zou de bevolking moeten beschermen, maar dit bewind voert juist een oorlog tegen het eigen volk. We kijken uit naar de dag dat de laatste soldaten in Karenni worden verslagen en de hele regio wordt bevrijd. De dag daarna kunnen we beginnen met de wederopbouw.”
Inmiddels vond de pastoor een sponsor die hem gaat helpen bij het herstellen van de kerk. Maar er is meer geld nodig om de mensen in Karenni te ondersteunen. De bosbranden slaan die bewuste nacht uiteindelijk linksaf en blijven uit de buurt van de kerk. Net zoals de gehele christelijke gemeenschap in Karenni is de kerk van Ywarthit beschadigd, maar blijft hij overeind staan.