Hoe krijg je de EU terug naar de kern, zoals de SGP wil?
Blijdschap bij de SGP. Het is gelukt om de zetel in het Europees Parlement veilig te stellen. ”Terug naar de kern” was de titel van het verkiezingsprogramma. Maar hoe krijg je dat voor elkaar? En is het beleid van de SGP daarop in voldoende mate gericht?
De Europese Unie (EU) lijkt op een brede rivier. Je kunt die met dijken wat kanaliseren. Je kunt het waterpeil enigszins reguleren met sluizen. Maar je kunt een rivier niet in de tegenovergestelde richting laten stromen. Het water gaat niet terug de berg op. Zo is het ongeveer met de EU. De ontwikkeling ervan kan wat vertraagd of versneld worden, soms zelfs tijdelijk stagneren, maar er is geen ”achteruit”. De enige weg is voorwaarts: verbreding van het bereik, meer integratie en dus meer centralisatie.
Autonomie opgegeven
Hoe komt dat? Allereerst: het zit diep in het DNA van de EU. Artikel 1 van het Verdrag betreffende de Europese Unie spreekt van een „steeds hechter verbond tussen de volkeren van Europa”. Nogal wat lidstaten in de EU streven ook nadrukkelijk naar toenemende integratie van de EU, omdat zij daar belang bij hebben. Met elkaar vormen zij in wisselende coalities de motor achter verdere integratie, vaak gesteund door een ambitieuze Europese Commissie.
Daarnaast is er steeds sprake van belangrijke ontwikkelingen die aanleiding geven tot een EU-response, een EU-aanpak. Denk aan de coronapandemie, klimaatverandering, de oorlog in Oekraïne, de toestroom van migranten of de opmars van AI-systemen. Geregeld leiden dergelijke ontwikkelingen ertoe dat bakens verzet worden. Een voorbeeld is het Europees herstelfonds van 750 miljard euro dat werd opgezet na corona. Daarbij maakte de EU voor het eerst zelf schulden, iets waar Nederland zich altijd met hand en tand tegen verzette.
Verder kunnen sommige ontwikkelingen alléén nog maar op EU-niveau geagendeerd worden, omdat landen hun autonomie op dat gebied al hebben opgegeven. Neem immigratie. Omdat grenscontroles binnen de EU grotendeels verdwenen zijn, kan de instroom van immigranten alleen op Europees niveau gereguleerd worden. Ook geldt voor sommige ontwikkelingen dat alleen een machtsblok als de EU in staat is om voldoende tegenwicht te bieden. Denk aan het temmen van techreuzen.
Consensusmachine
Daar komt bij dat de EU een grote bureaucratische organisatie is. Er werken, inclusief agentschappen, ongeveer 80.000 ambtenaren . Zo’n systeem heeft de onverbiddelijke neiging om niet alleen zichzelf in stand te houden maar ook uit te dijen. Duizenden nijvere ambtenaren werken aan beleid dat uiteindelijk leidt tot nieuw beleid, nieuwe verordeningen en nieuwe richtlijnen.
Tot slot is de EU een consensusmachine. Het beleid en de vertaling hiervan komen tot stand in een nogal ingewikkeld krachtenspel van diverse EU-organen, waarbij lidstaten het uiteindelijk met elkaar eens moeten worden. Daardoor zijn besluiten altijd compromissen die complex zijn qua uitvoering en toezicht. Ze vragen dus veel organisatiekracht. Bovendien is zelfs zoiets eenvoudigs als de keuze van één plaats van vergaderen (Brussel of Straatsburg) al tientallen jaren een onoplosbare kwestie.
Verstandige ideeën
Hoe krijg je de EU dan terug naar de kern, zoals de SGP wil? Men doet daar diverse voorstellen voor. Bijvoorbeeld het doel om „een steeds hechter verbond tussen de volkeren van Europa” te vormen moet worden geschrapt uit het Europees verdrag. Aan vetorechten mag niet worden getornd. Bij nieuwe bevoegdheidsoverdrachten aan de EU moet er een opt-outbepaling (uitzonderingsregeling) zijn voor lidstaten. De macht van de Europese Commissie moet worden ingeperkt. Democratische controle moet door nationale parlementen blijven plaatsvinden en niet door het Europees Parlement.
Dat zijn op zich verstandige ideeën. In hoeverre ze te realiseren zijn, is een andere vraag. Daarbij valt op dat ook de SGP soms op twee gedachten hinkt. Want op sommige terreinen toont zelfs de SGP zich een voorstander van méér Europa. Dat valt sterk op wanneer het gaat om duurzaamheid. ”Groen is goed” luidt de enthousiaste titel van het desbetreffende hoofdstuk in het verkiezingsprogramma. De SGP hecht bijvoorbeeld veel waarde aan het EU-emissiehandelssysteem (EU ETS) en toont zich voorstander van uitbreiding hiervan naar andere sectoren. Ook op andere gebieden geldt dit. Zo wordt het belangrijk gevonden om op EU-niveau desinformatie te bestrijden.
Nexit
Uiteindelijk is er vermoedelijk maar één realistische optie om Nederland als natie te vrijwaren van steeds verdere integratie en centralisatie in de EU: eruit stappen. Want anders geldt: wie in het schuitje zit, moet mee. Op dit moment bestaat daar geen meerderheid voor in Nederland, maar het is niet gezegd dat die nooit zou kunnen ontstaan. Het Verenigd Koninkrijk laat zien dat uitstappen mogelijk is. De alom voorspelde rampspoed is in dit land uitgebleven. Landen als Noorwegen en het kleine Zwitserland bewijzen dat er leven is buiten de EU. Overigens kan dan door een associatieverdrag nog steeds aangehaakt worden bij bepaalde onderdelen van de EU.
Het is in dat licht bezien opvallend dat de SGP een nexit bij voorbaat als politiek en economisch onwenselijk ziet, „tenzij verregaande ontwikkelingen in de Europese Unie een heroverweging hiervan noodzakelijk maken”. Dat is merkwaardig. Want dat betekent in de praktijk vrijwel onvermijdelijk: meegaan in de langzame verdere ontwikkeling richting een federale superstaat, hoewel tegensputterend.
Het Beginselprogramma van de SGP stelt in artikel 29 dat er geen overdracht van de bij Nederland als zelfstandige natie behorende bevoegdheden aan bovennationale organisaties of gemeenschappen mag plaatshebben. Het is tijd om dit beginsel af te stoffen en een nexit niet meer bij voorbaat als onwenselijk te zien.
De auteur is ondernemer en op diverse manieren kerkelijk en maatschappelijk actief.